Gemeente Heerenveen

Stec-rapport levert bouwstenen voor toekomstig economisch beleid

20/01/2004

Bij het aantrekken van nieuwe bedrijven moet de gemeente zich richten op grote, middelgrote en kleine vestigers. In ieder geval mag de gemeente zich niet blind staren op grote bedrijven. In de promotie van de gemeente moeten de centrumfunctie van Heerenveen en de talrijke voorzieningen worden benadrukt. Dus goed wonen ook in de hoge prijsklassen, levendigheid en de aanwezigheid van goede voorzieningen. Naar rust en ruimte hoeft Heerenveen niet te verwijzen, die begrippen worden toch al door iedereen geassocieerd met het Noorden. Een kerntaak van de gemeente moet ook zijn het zo goed mogelijk faciliteren van de bedrijven die al in Heerenveen gevestigd zijn.

Die zorgen voor het leeuwendeel van de werkgelegenheid. Bovendien is de ervaring dat nieuwe bedrijventerreinen zowel worden opgevuld door bedrijven uit de eigen gemeente en de directe omgeving als van daarbuiten. Die aanbevelingen staan in het rapport dat onderzoeksbureau Stec Groep BV uit Nijmegen in opdracht van de gemeente en het IBF heeft opgesteld. De opdracht was om bouwstenen aan te dragen voor de economische strategie die Heerenveen de eerstkomende jaren moet ontwikkelen. Vragen in dat kader zijn: over welke bedrijventerreinen moet de gemeente beschikken om aantrekkelijk te blijven voor bestaande en nieuw te vestigen bedrijven en welke acquisitie moet daarbij worden gepleegd.
Het onderzoeksbureau heeft ook gekeken naar het Internationaal Bedrijvenpark Friesland. De samenstellers van het rapport concluderen dat het verlagen van de kavelgrootte op het IBF van tien naar twee hectare als voordeel heeft dat het bedrijventerrein voor veel meer bedrijven interessant wordt. Met name is dan te denken aan productie- en hoogwaardige transportbedrijven. Volgens Stec is een nadeel dat het IBF dan gaat concurreren met andere bedrijventerreinen in Noord-Nederland. Een alternatief zou ook zijn om de kavelgrootte op het IBF geheel vrij te laten en alleen beschikbaar te stellen voor grote bedrijven die zich daar van buiten Friesland gaan vestigen. De filosofie van het IBF blijft dan nog enigszins behouden. Stec adviseert verder om in ieder geval tot 2010 voorzichtig te zijn met het ontwikkelen van een hoogwaardige bedrijvenlocatie. Er zijn plannen om ten westen van het Businesspark Friesland een nieuw terrein te ontwikkelen. Veel vraag naar zon terrein is er niet, de risicos zijn groot, en het is moeilijk om verschil te krijgen ten opzichte van andere terreinen. Het onderzoeksbureau adviseert om een alternatief te overwegen en dat is het opdelen van het nieuwe bedrijventerrein Klaverblad Noordoost in een hoogwaardig deel langs de snelweg en een gewoon terrein daarachter. Bij voorkeur moet dat eerste deel dan een andere naam krijgen.

Wordt het terrein aan de westkant van het Businesspark toch een hoogwaardig bedrijvenpark dan wordt aanbevolen om het verschil ten opzichte van Klaverblad Noordoost goed duidelijk te maken. Dat kan door verschil te maken in het aandeel
kantoorvloer voor de gebouwen; bijvoorbeeld bedrijven met een aandeel kantoorvloer van meer dan dertig
procent naar het Businesspark, bedrijfsgebouwen met minder dan dertig procent kantoor naar Klaverblad Noordoost.

Burgemeester en wethouders hebben het Stec-rapport ter kennisgeving naar de gemeenteraad gestuurd.
Het is de bedoeling dat dit jaar nadere voorstellen voor het ontwikkelen van een toekomstig economische
strategie aan de raad worden voorgelegd.