21 jan 2004 - Vragen Dezentjé Hamming-Bluemink verdwijnen nieuwsbrief
Belastingdienst
Vragen van het Lid Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD) aan de
staatssecretaris van Financiën over de opheffing van het Infobulletin
van de Belastingdienst.
1. Kunt u de verzekering geven dat ook na de opheffing van het
Infobulletin alle voor de Belastingdienst geldende beleidsregels
behoorlijk bekend zullen worden gemaakt, met inachtneming van het
bepaalde in artikel 3:42 AWB?
2. Kunt u aangeven hoeveel voor de Belastingdienst geldende
beleidsregels in het jaar 2003 bekend zijn gemaakt door publicatie in de
Staatscourant? Hoeveel procent van alle voor de Belastingdienst in dat
jaar uitgevaardigde beleidsregels betrof dit?
3. Hoe moet in het licht van het antwoord op vraag 2 worden aangekeken
tegen de opmerking in uw Besluit van 5 december 2003, nr DGB 2003/6423M
dat het door of namens u vastgestelde fiscale uitvoeringsbeleid vrijwel
steeds in de Staatscourant wordt gepubliceerd?
4. a. Vormt plaatsing van uitvoeringsbeleid op Internet een geschikte
wijze van bekendmaking in de zin van art. 3:42 AWB? b. Kan ervan worden
uitgegaan dat dit medium voor alle belanghebbenden voldoende
toegankelijk is? c. Blijven op Internet geplaatste beleidsregels voor
alle belanghebbenden tot in lengte van dagen toegankelijk, zolang zij
niet zijn ingetrokken? d. Hoe kunnen belanghebbenden op een redelijk
uitvoerbare wijze (via zoekfuncties, trefwoorden etc.) hun weg vinden in
beleidsregels die in het verleden op Internet zijn geplaatst, en in de
wijzigingen die die regels inmiddels hebben ondergaan?
5. Indien het antwoord op vraag 4a ontkennend luidt, wat zal dan de
inhoud en vormgeving worden van de door u voorgenomen voorlichting over
het beleid in de media? Meer specifiek: a. Aan welke media moet daarbij
worden gedacht? b. Worden alle betrokken belastingplichtigen, ook zij
die in het buitenland wonen, hiermee bereikt? c. Wordt de gehele inhoud
van de betreffende beleidsregel in de media opgenomen of alleen een
(korte) samenvatting daarvan? d. Hoe kan een belastingplichtige in
redelijkheid op de hoogte raken van de voor hem geldende beleidsregels
indien de situatie die voor hem tot toepassing van die regels aanleiding
geeft zich geruime tijd na de voorlichting in de media voordoet? e. Hoe
kan een belastingplichtige via voorlichting in de media in redelijkheid
een beeld krijgen van de actuele tekst van een beleidsregel die in de
loop der jaren een aantal keren is gewijzigd?
6. Vormt de door u voorgenomen voorlichting in de media, bezien in het
licht van het antwoord op vraag 5, een wijze van bekendmaking die aan de
eisen van art. 3:42 AWB voldoet?
7. Op welke wijze zullen uw besluiten om geen cassatieberoep tegen een
bepaalde uitspraak in te stellen en de toelichting daarop voortaan
openbaar worden gemaakt?
21 januari 2004
VVD