Gemeente Westerveld

22-1-2004
Zienswijze gemeentebestuur op ontwerp POP II

In de voorstellen en aanpassingen van de Provincie in het ontwerp-POP II kan het gemeentebestuur zich in hoofdlijnen goed vinden en heeft dat kenbaar gemaakt bij de provincie.
Provinciaal Omgevings Plan
Het Provinciaal Omgevings Plan is destijds opgesteld als toetsingkader voor diverse beleidsterreinen in Drenthe. Gemeenten moeten zich daar aan houden. Denkt u dan aan zaken die te maken hebben met verkeer en vervoer, Ruimtelijke ordening (bestemmingsplannen), milieu (geluidhinder, natuurbeheer), recreatie, etc. Het is een veel omvattend integraal plan waar bovenstaande onderwerpen in zijn verweven.

Zienswijze gemeentebestuur
College en raad zijn ingenomen met de beleidsruimte die wordt geboden om voor vrijkomende boerderijen tot goede oplossingen te komen. Ten aanzien van een eventueel derde nationaal park in de gemeente Westerveld is kennis genomen van het standpunt van de provincie. De discussie in het kader van de ontwikkeling van een gemeentelijk omgevingsplan wordt afgewacht.

Woningbehoefte
Het is positief dat de gemeente meer beleidsruimte wordt geboden om door middel van een woonplan de woningbehoefte te onderbouwen en daarvoor ook de nodige woonruimte tot stand te brengen. Zoals afstemming tijdens de planvorming, waarbij de gemeente ervan uitgaat dat de provincie daarbij de gemeentelijke beleidsruimte respecteert.

De gemeente heeft aangegeven dat het opgenomen woningbouwcontingent (50 woningen voor de periode 2010-2014) voor Westerveld veel te laag is. In dit verband wordt gewezen op de Nota Ruimte, waarin de bouwmogelijkheden voor het platteland aanzienlijk worden verruimd. Bouwmogelijkheden

In de reactie geeft het college met betrekking tot het voorontwerp POP II aan, aandacht te hebben gevraagd voor het eventueel bouwen buiten de POP-contour. Omdat op basis van het gemeentelijk woonplan voor de periode na 2004 zal blijken dat er aanzienlijk meer woningen nodig zijn om aan de behoefte te kunnen voldoen aan het huidige woonplan en gewenste demografische ontwikkeling.

Het gemeentebestuur benadrukt nogmaals dat bouwen buiten de bebouwingscontour soms nodig is. En blijft daarom van mening dat de contour geen hard gegeven mag zijn en dat er dus flexibel mee moet worden omgegaan. Hierbij kan desgewenst wel worden gekozen voor landschappelijk bouwen.

Ecologische hoofdstructuur
De toekomst van bestaande verblijfsrecreatieterreinen in of nabij de Ecologische Hoofdstructuur baart het gemeentebestuur ernstig zorgen. De pilot verblijfsrecreatie is ervoor bedoeld inzicht te krijgen in de knelpunten om vervolgens via een uitwerking van het POP tot oplossingen te komen.
In onze gemeente liggen relatief veel recreatiebedrijven en particuliere recreatieparken in of dicht bij de grote natuurgebieden. Een belangrijk deel van deze terreinen valt binnen zone V van de functiekaart. Binnen zone V wordt geen mogelijkheid geboden om bestaande verblijfsrecreatieterreinen in stand te houden. Binnen zone IV is het niet veel anders.

Dit betekent dat recreatieterreinen binnen deze zones geen toekomstperspectief hebben. Verplaatsing van deze bedrijven binnen de gemeente is naar onze mening geen reële optie. De kans is dan groot dat deze bedrijven uiteindelijk zullen verdwijnen, met ernstige gevolgen voor het economisch draagvlak van onze gemeente.

Daarbij komt dat niet aangetoond is en naar de mening van het gemeentebestuur ook niet aannemelijk is, dat deze verblijfsrecreatieterreinen een bedreiging vormen voor de Ecologische Hoofdstructuur.

Het gemeentebestuur kan zelfs situaties voorstellen waarbij bestaande verblijfsrecreatieterreinen door middel van herinrichting positief kunnen bijdragen aan natuurontwikkeling en dat ook uitbreiding goed te motiveren valt. En vinden het noodzakelijk dat in elk geval de uitbreidingsmogelijkheid die voor bestaande verblijfsrecreatie binnen zone VI wordt geboden, ook voor de verblijfsrecreatieterreinen binnen de zones IV en V gaat gelden.

Volgens het Provinciaal Omgevingsplan zullen op basis van de Structuurschema Groene Ruimte robuuste verbindingszones worden ontwikkeld. Nu duidelijk is dat het rijk niet van plan is voor dit doel voldoende geld beschikbaar te stellen, is de financiële haalbaarheid volgens de inschatting van Westerveld zeer gering. Als er geen middelen zijn voor realisatie is het niet reëel deze zones wel in het POP op te nemen. Zeker niet als hierin wordt betrokken dat de aanduiding op de kaart, direct effecten heeft op de ontwikkelingsmogelijkheden van de agrarische sector.

Het gemeentebestuur pleit ervoor alleen tot aanwijzing van ecologische zones over te gaan als er zicht bestaat op financiering die wordt ingezet binnen de periode waarvoor het POP wordt vastgesteld.

In dit verband wil de gemeente het provinciaal bestuur nogmaals onder de aandacht brengen dat er grote zorgen bestaan over de voortgaande verslechterende positie van de agrarische sector binnen de gemeente. Naast verbreding van de landbouw lijkt het voor de gemeente Westerveld zinvol tevens stevig in te zetten op het versterken van de agrarische structuur.

De zienswijze van het college is tot stand gekomen in overleg met de raadscommissie.

---

documenten
Verslag commissievergadering 13 januari 2004