NVVE

Scen ten dode opgeschreven

Vandaag om 15.00 uur ontvangen de minister van VWS en de voorzitter van de KNMG een brief van de NVVE waarin deze bij beide partijen erop aandringt met spoed het overleg te hervatten en met elkaar tot een werkbare oplossing te komen ten aanzien van het voortbestaan van het SCEN project (Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland).

Als het SCEN project definitief wordt stopgezet zal de door alle partijen noodzakelijk geachte controle gaan verminderen en wordt de patiënt het kind van de rekening.

Hieronder treft u de brief aan.

Met ingang van 1 januari 2004 zijn de activiteiten van SCEN door de KNMG opgeschort, omdat naar de mening van de KNMG door VWS niet tijdig toereikende toezeggingen zijn gedaan over de financiering van de projectorganisatie. Nu al ontvangen wij verzoeken van artsen die voorheen bij SCEN werden gedaan. Als deze opschorting in een definitieve stopzetting wordt omgezet, zal dit verregaande consequenties hebben voor het jarenlang zorgvuldig opgebouwde euthanasiebeleid in Nederland.

Los van de vraag wie voor het eventueel mislukken van dit wereldwijd erkende project verantwoordelijk is, betekent deze stap vooral dat de controle op een zorgvuldige euthanasiepraktijk zal verminderen en daarmee de door alle betrokkenen beoogde transparantie zal verdwijnen. Onderzoek (Van der Wal / Van der Maas, 2003) toont immers duidelijk aan, dat de meldingsbereidheid van artsen die een SCEN-arts consulteerden procentueel aanzienlijk hoger ligt dan na consult van een niet-SCEN-arts.

Het is ons bekend dat zeer binnenkort door u (de Staatssecretaris van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en door het federatiebestuur van de KNMG) een (definitief?) besluit ten aanzien van de financiering zal worden genomen. De NVVE vindt het onacceptabel als SCEN, toch één van de kroonjuwelen van de Nederlandse euthanasiewet en euthanasiepraktijk, op een marginaal financieel verschil van mening zou sneuvelen, en dringt er daarom bij u beiden op aan om voor de definitieve besluitvorming het overleg te hervatten met het vooropgezette doel met elkaar tot een werkbare oplossing te komen. Op die manier moet het toch mogelijk zijn de verworvenheid van het project en de grote toegevoegde waarde ervan aan het euthanasiebeleid in Nederland te bewaren.

De NVVE verklaart zich bij dezen bereid daar waar mogelijk en wenselijk mee te denken over de wijze waarop de impasse in de onderhandeling zou kunnen worden doorbroken.

Wij hebben deze brief ook ter kennis gebracht van de media.

Met vriendelijke groet,

mr. J. Kohnstamm, voorzitter
drs. R. Jonquière, directeur

Amsterdam 22 januari 2004