POLITIE EN WETENSCHAP
Jeugdgroepen in beeld
PERSBERICHT
'Jeugdgroepen in beeld'.
Verslag van een pilotstudie naar de implementatie van de '' shortlist
groepscriminaliteit, een instrument om problematische jeugdgroepen in
stad of wijk systematisch kaart te brengen.
Nieuwe uitgave in de reeks Politiekunde van het Programma Politie en
Wetenschap.
Embargo tot vrijdag 23 januari 7.00 uur
Problematische jeugdgroepen waar veel korpsen en gemeenten mee hebben
te kampen, laten zich goed in kaart brengen met behulp van een
relatief eenvoudig te hanteren, zeer practische werkmethodiek.
Voorwaarde voor succesvolle toepassing is dat de beschikbare maar
sterk gefragmenteerde kennis en informatie binnen de politie, beter
wordt benut en vooral bijeen gebracht. Voorwaarde is ook dat goed
wordt samengewerkt met verschillende partners in buurt of
gemeente onder regie van het lokale bestuur.
Dit zijn enkele van de belangrijkste uitkomsten van een pilotstudie
naar de implementatie van de 'shortlist groepscriminaliteit', die, in
opdracht van Politie en Wetenschap is uitgevoerd door Advies- en
Onderzoeksgroep Beke te Arnhem.
Problematische jeugdgroepen staan hoog op de politiek-maatschappelijke
agenda. Een van de randvoorwaarden voor een succesvolle aanpak is
gelegen in een goede kennis- en informatiepositie van de politie. De
'shortlist' methodiek biedt daarvoor een zeer practisch, relatief
eenvoudig te hanteren instrument wat zich dan ook in een groeiende
belangstelling van korpsen en gemeenten mag verheugen.
Succesvolle toepassing is evenwel sterk afhankelijk van een aantal
randvoorwaarden waarin terdege moet worden geïnvesteerd. De
belangrijkste zijn een goede gebiedskennis van wijkagenten, koppeling
van hun gebiedskennis aan dader- en aangifte gegevens, een goede
samenwerking met relevante partners in de wijk zoals jongerenwerkers,
bureaus jeugdzorg en jeugdcoördinatoren van gemeente en Openbaar
Ministerie (Justitie in de Buurt) en een sturende rol van het lokaal
bestuur.
De 'shortlist groepscriminaliteit' is een instrument dat relatief
eenvoudig toegepast kan worden door politiemensen om problematische
jeugdgroepen die actief zijn in hun wijk of verzorgingsgebied
systematisch in kaart te brengen. De gebiedskennis van wijkagenten
wordt daartoe gekoppeld aan dader- en aangiftegegevens. De methodiek
maakt een onderscheid mogelijk in drie soorten (typen) van groepen;
hinderlijke, overlastgevende en criminele en biedt daarmee een basis
voor een effectieve aanpak op maat. Eenmaal in kaart gebracht kunnen
in samenspraak met relevante partners in wijk of gemeente, zoals
bureaus jeugdzorg en jeugdofficieren van Justitie, en onder regie van
het lokale bestuur, prioriteiten worden gesteld en een gezamenlijke,
probleemgerichte aanpak worden opgezet en uitgevoerd. Toepassing van
het instrument veronderstelt dan ook, maar vormt tevens een
belangrijke stimulans voor het lokaal integraal veiligheidsbeleid.
Doel van de pilotstudie die is uitgevoerd in het regiokorps
Gelderland-Midden, was om zowel de randvoorwaarden voor als mogelijke
opbrengsten van succesvolle implementatie te achterhalen. Het
uiteindelijke resultaat is in een practische handleiding in de vorm
van een concreet stappenplan, waarin ook ervaringen van toepassingen
in andere korpsen zijn verwerkt.
Dit stappenplan en de voorwaarden voor succesvolle toepassing zijn
gisteren gepresenteerd en besproken op een studiedag in Nunspeet,
waarbij zo'n 200 deelnemers, voornamelijk jeugddeskundigen van politie
(waaronder wijkagenten en jeugdcoördinatoren), gemeenten en Openbaar
Ministerie uit het hele land, aanwezig waren. Daarbij zijn ervaringen
gepresenteerd met de toepassing van de methodiek in Arnhem en
Amsterdam-West.
Het onderzoeksrapport is uitgegeven in de reeks Politiekunde van het
Programma Politie en Wetenschap. Dit programma is in mei 1999
ingesteld door de minister van BZK om het wetenschappelijk onderzoek
op het gebied van politie en veiligheid te stimuleren en tevens een
impuls te geven
Aan een betere benutting van onderzoeksresultaten in politiepraktijk
en opleiding. Daartoe is een meerjarig onderzoeksprogramma ontwikkeld.
De uitvoering van dit programma geschiedt onder leiding van de
directeur van het programmabureau, G.C.K. Vlek.
Nadere informatie:
Van de zijde van de onderzoekers:
- Advies- en Onderzoeksgroep Beke: Henk Ferwerda
Tel. 026-4438619
Van de zijde van het Programma Politie en Wetenschap :
- Programma Politie & Wetenschap: G.C.K. Vlek.
Tel. 055 5397215 of 06 22778644
23 jan 04 07:00