Ingezonden persbericht

Amerikaanse uitvaartgigant verlaat Europa

UTRECHT, 20040126 -- De Amerikaanse uitvaartmultinational Service Corporation International verkoopt haar Franse bedrijf OGF aan een groep investeerders onder leiding van investeringsmaatschappij Vestar Capital Partners. In deze groep nemen ook Philippe Lerouge, president van OGF en een groot aantal managers van OGF deel. Met de overname is een bedrag van 300 miljoen euro gemoeid. SCI wil met de verkoop van de Franse belangen de eigen schuldpositie verbeteren.


OGF is met 138.000 uitvaarten marktleider in de Franse markt. Het merendeel van deze uitvaarten wordt verzorgd door Pompes Funèbres Générales, maar OGF opereert ook onder merknamen zoals Roblot, Henri de Borniol en Dignite Funéraire. OGF exploiteert veertig van de honderd Franse crematoria en bezit tevens de grootste doodskistenfabriek van Europa.

In 1995 nam SCI de OGF Groep over. In deze periode was SCI in een hevige concurrentiestrijd verwikkeld met twee andere Amerikaanse uitvaartmultinationals, Stewart Enterprises en de Loewen Groep. Deze concurrentiestrijd werd vooral buiten de VS uitgevochten, waarbij SCI, Stewart en Loewen in hoog tempo uitvaartbedrijven overnamen. Met name SCI veroverde daarbij in tal van landen een positie als marktleider op uitvaartgebied. Op het hoogtepunt had SCI een marktaandeel van 10 procent in de VS, 14 procent in het Verenigd Koninkrijk, 24 procent in Australië en zelfs 28 procent in Frankrijk. In het rijk van SCI ging de zon nooit onder.

In 1999 bleek echter dat de Amerikaanse bedrijven hun hand overspeeld hadden. Door de vele acquisities hadden ze torenhoge schulden opgebouwd. De koers van hun aandelen raakte vervolgens in een vrije val: van tegen de vijftig dollar naar vijf dollar of minder.
De strategie werd vanaf 2000 radicaal omgegooid en buitenlandse belangen werden in even hoog tempo afgebouwd. Stewart en Loewen (tegenwoordig Alderwoods) hebben dit proces in respectievelijk 2002 en 2003 afgerond. De verkoop van het Franse OGF is nu het sluitstuk van deze operatie bij SCI. Eerder deed SCI activiteiten in Spanje, Portugal, Noorwegen, België, en Italië van de hand. In Nederland nam Monuta de activiteiten van SCI over. In Engeland en Australië ging SCI over tot het sluiten van joint-ventures. Ondanks de uitverkoop die SCI heeft gehouden had het bedrijf in september 2003 nog een schuld uitstaan van 1,7 miljard dollar.

Ook in Frankrijk kiest SCI voor een joint venture-constructie. SCI houdt een minderheidsaandeel van 25 procent. Zo gooit de Amerikaanse uitvaartgigant de deur naar internationale expansie in ieder geval niet helemaal in het slot. In Australië heeft SCI een aandeel van 20 procent in de marktleider op uitvaartgebied InvoCare (voortgekomen uit Service Corporation International Australia). In Groot-Brittannië heeft SCI een aandeel van 20 procent in het Britse Dignity, zoals het Britse SCI na een management buy out en een naamsverandering door het leven gaat.
Het Australische InvoCare ging begin december naar de beurs en haalde daar een bedrag op van bijna 175 miljoen Australische dollar. Maandag maakte de Britse Dignity groep bekend ook naar de beurs te willen. Men wil een bedrag van 100 miljoen Britse pond uit de markt halen.
De verschillende operaties zijn niet zonder gevolg gebleven voor de beurskoers van SCI op de New Yorkse beurs. In de laatste zes maanden is de koers van SCI met 49 procent gestegen.

Hoewel de beurskoers van SCI het afgelopen half jaar is gestegen, zijn niet alle aandeelhouders tevreden over de ontwikkelingen. Een groep aandeelhouders heeft deze week zelfs een rechtszaak aangespannen tegen SCI omdat het management belangrijke informatie achtergehouden zou hebben over de problemen met de Menorah Gardens begraafplaatsen in Florida. Daar is SCI verwikkeld in een juridische strijd met nabestaanden over verschillende misstanden op de Menorah Gardens begraafplaatsen. De aandeelhouders zijn ook bang dat SCI onvoldoende geld heeft om alle schadeclaims die uit de rechtszaken in Florida voortvloeien te kunnen betalen. In twee zaken heeft SCI inmiddels een schikking getroffen en bedragen betaald van 100 miljoen en 14 miljoen dollar.




Ingezonden persbericht