Gemeente De Ronde Venen

De Ronde Venen reageert op Ontwerp Streekplan provincie Utrecht 27-01-2004

Burgemeester en wethouders van De Ronde Venen hebben een reactie voorbereid op het Ontwerp Streekplan 2005-2015 van de provincie Utrecht. De reactie zal met inachtneming van de opmerkingen uit de commissie pas verzonden worden nadat de brief besproken is in de raadscommissie Ruimtelijke Ordening.

Het college van B&W juicht het toe dat de provincie rekening gehouden heeft met enkele wensen die eerder door de gemeente zijn ingebracht. Zo biedt de bebouwingscontour bij Waverveen nu ruimte voor nieuwbouw. Verder is het moment waarop woningbouw in Veenzijde 3b kan starten, in tijd losgekoppeld van de start van natuurontwikkeling . De financiële koppeling blijft overeind.

Toch heeft het college ook enkele bedenkingen bij het Ontwerp Streekplan. Dit betreft met name de indeling van een gebied aan de zuid-oost kant van Vinkeveen, gelegen tussen Bloemhaven, Demmerik, Spoorlaan en Westerheul. In het Ontwerp Streekplan wordt dit gebied getypeerd als landelijk gebied 3 waardoor bebouwing in de toekomst is uitgesloten. Het gebied wordt geheel omsloten door stedelijke gebied en viel in de vorige streekplanperiode binnen de bebouwingscontour. Het college pleit voor op-name van het gebied in de bebouwingscontour.

In het huidige Ontwerp Streekplan is de ontwikkeling van een gebied in Vinkeveen ten noorden van de N201 gekoppeld aan ondertunneling van de N201. De gemeente pleit ervoor de tekst in het streekplan zodanig aan te passen dat deze ontwikkeling elders zou mogen plaatsvinden wanneer de ondertunne-ling niet doorgaat.

Verder pleit het college van B&W voor ruimere regelingen voor hergebruik van voormalige agrarische bedrijfsgebouwen en ruimte voor ruimte. Doel van deze regelingen is om verstening van het buitenge-bied tegen te gaan en om bestaande bebouwing opnieuw een zinvolle bestemming te geven. Deze doelstellingen kunnen slechts worden bereikt wanneer het ook aantrekkelijk is om gebruik te maken van deze mogelijkheden.

Met betrekking tot de wateropgave voor De Ronde Venen dient de noodzaak onomstotelijk te worden aangetoond, alvorens medewerking wordt verleend. In het Ontwerp Streekplan wordt hieraan nog een voorwaarde van financiering gekoppeld. Naar de mening van het college van B&W kan van een dergelijke voorwaarde in het geval van absolute noodzaak geen sprake zijn.