Programmabureau Advies Overheid.nl
Nederland stijgt licht op de Europese eGovernment ranglijst
In een onderzoek naar elektronische publieke dienstverlening, in
opdracht van de Europese Commissie, bezet Nederland een negende
plaats.
Het onderzoek richt zich op de vorderingen die Europa boekt op het
gebied van online diensten aan zowel burgers als bedrijven in de 15
EU-lidstaten, plus Noorwegen, IJsland en Zwitserland.
Het onderzoek is voor de vierde maal uitgevoerd door Cap Gemini Ernst
& Young (CGE&Y). De resultaten ervan zijn op maandag 26 januari bekend
gemaakt.
Hoewel er steeds meer initiatieven op het gebied van eGovernment zijn,
is in het onderzoek een afname geconstateerd in de snelheid van de
groei in 2003 vergeleken met 2002. De diensten zijn geavanceerder
geworden: de interactiviteitscore nam toe tot 67%, tegenover 60% in
2002 en 45% in 2001. Nederland is de laatste twee jaar de op drie na
grootste stijger op de eGovernment ranglijst en stijgt daarmee plaats
van 15 naar plaats 9. Ondanks deze cijfers blijft Nederland met een
score van 65% een middenmoter in Europa.
De ontwikkelingen in 2003 zijn zodanig geweest dat het nu mogelijk is
specifiek te kijken naar die online publieke diensten die volledig
transactioneel zijn. Dan blijkt dat nog slechts 45% van de diensten in
Europa volledig online beschikbaar is. Op dit gebied scoren
Denemarken, Oostenrijk en Zweden het hoogst en staat Nederland op de
voorlaatste plaats. Terwijl in 2002 alleen Denemarken, Zweden, Ierland
en Finland een vooruitgang vertoonden tot het niveau van
tweerichtingsinteractie, kan nu worden vastgesteld dat vrijwel alle
onderzochte landen het gemiddelde niveau van hun online publieke
diensten hebben verhoogd tot boven dat van simpel eenrichtingsverkeer
van de overheid naar de burger: er kan nu in het algemeen beide kanten
op worden gecommuniceerd.
Er zijn twintig typen publieke diensten te onderscheiden, twaalf voor
burgers en acht voor bedrijven, en voor elk daarvan is het
interactieniveau gemeten op een schaal van het eenvoudig online
leveren van informatie tot volledige elektronische afhandeling. De
diensten werden hierbij in vier hoofdgroepen verdeeld:
* Inkomstengenererend: diensten waarbij burgers en bedrijven geld
betalen aan de overheid (aangifte belastingen, afdracht sociale
premies en invoerrechten)
* Registratie: diensten met betrekking tot het vastleggen van
gegevens in het bevolkingsregister (geboorte, huwelijk,
adreswijziging, voertuigregistratie, statistieken en inschrijving
bij de Kamer van Koophandel)
* Publieke diensten en sociale voorzieningen: diensten die de
regering aan burgers en bedrijven verleent in ruil voor
belastingen, premies e.d. (openbare bibliotheek, sociale
zekerheidsuitkeringen, aangifte bij de politie,
arbeidsbemiddeling, zorgdiensten en studiefinanciering)
* Vergunningen en licenties: documenten die overheden uitgeven met
betrekking tot huizenbouw, ondernemingen e.d. (paspoort,
rijbewijs, vergunningen voor milieu, bouw en inschrijving in het
hoger onderwijs)
Opnieuw werd in vrijwel alle landen meer vooruitgang geboekt bij de
online diensten voor bedrijven dan bij die voor burgers. Nederland
houdt als enige land de elektronische dienstverlening aan burgers en
bedrijven in evenwicht: beide scoren 65%. Het Europees gemiddelde voor
bedrijfsdiensten laat een totaalscore van 79% voor online
interactiviteit zien (63% voor volledige online afhandeling) tegen 58
% voor elektronische dienstverlening aan burgers (en slechts 32% voor
volledige online afhandeling). Voor zowel burgers als bedrijven geldt
dat diensten voor belastingbetaling en premieafdracht verder
ontwikkeld zijn dan diensten waarbij de overheid iets voor de
ontvanger moet doen (zoals het verlenen van vergunningen, het
inschrijven in registers, etc). Landen zouden moeten worden
gestimuleerd om ook voor diensten die geen geld opbrengen volledig
elektronische afhandeling mogelijk te maken. Als dergelijke diensten
online een hoger kwaliteitsniveau hebben, zal dat bijdragen aan een
groter gebruik van eGovernment-diensten.
In het onderzoek is alleen gekeken naar de resultaten van
eGovernment-initiatieven in termen van de online beschikbaarheid van
publieke diensten. In de toekomst zal de EC zich inspannen de
resultaten van deze studie te integreren in een breder programma van
eGovernment-maatregelen: de aanwezigheid van koppelingen tussen
diensten, kanaalkeuze, afhandelingscapaciteiten in back-offices en
gebruik en impact van eGovernment.
Zie ook:
The growth Of E Government slows across Europe - eServices available
for citizens still below that of business
Het onderzoeksrapport in (nog) niet online beschikbaar.
www.ictu.nl