Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

Koersgesprekken

2e ronde koersgesprekken
In januari en februari 2004 worden verdiepingsgesprekken gevoerd. Deze gesprekken zijn een vervolg op de verkennende gesprekken in de 1e ronde van de Koers primair onderwijs.
Het programma van de gesprekken ziet er als volgt uit:
* Opening en ontvangst

* Discussie in deelsessies

* Pauze

* Vervolg discussie in deelsessies

* Afronding

De invulling van de gesprekken is afhankelijk van het onderwerp van het gesprek.


* 28 januari 2004
Verdiepingsgesprek Koers primair onderwijs over: Waarvoor is de school verantwoordelijk? Over de opvoedkundige taak van de school en ouders en de toekomst van de brede school. Nadat de bijeenkomst heeft plaatsgevonden, vindt u hier een verslag.
* 3 februari 2004
Verdiepingsgesprek Koers primair onderwijs over: Kan het ook anders? Onderwijsvernieuwing en onderwijs anders organiseren. Nadat de bijeenkomst heeft plaatsgevonden, vindt u hier een verslag.

* 5 februari 2004
Verdiepingsgesprek Koers primair onderwijs over: De school: een professionele organisatie?! Over personeelsbeleid en schoolmanagement. Nadat de bijeenkomst heeft plaatsgevonden, vindt u hier een verslag.

* 10 februari 2004
Verdiepingsgesprek Koers primair onderwijs over: Verantwoording afleggen; hoe en aan wie? Nadat de bijeenkomst heeft plaatsgevonden, vindt u hier een verslag.
* 11 februari 2004
Verdiepingsgesprek Koers primair onderwijs over: Extra aandacht gewenst! Over leer- en gedragsproblemen en achterstandenbeleid. Nadat de bijeenkomst heeft plaatsgevonden, vindt u hier een verslag.


1e ronde koersgesprekken
In december zijn de eerste gesprekken gevoerd.
Het programma ziet er als volgt uit:

* Opening en ontvangst

* Het Koersspel Primair Onderwijs

* Discussie

* Afronding

Het Koersspel primair onderwijs is een op maat gemaakt beleidsspel waarbij deelnemers relevante onderwerpen voor de toekomst van het primair onderwijs tegenkomen. Per onderwerp kunnen zij items inbrengen, die hun ideeën en/of prioriteiten bij het desbetreffende onderwerp aangeven. Aan het eind van het spel start de discussie over deze prioriteiten en wordt de inhoudelijke opbrengst in kaart gebracht.


* 3 december 2003
Netwerk om de school
De maatschappelijke opdracht van de school stond centraal tijdens het eerste Koersgesprek met vertegenwoordigers van gemeenten, zorginstellingen, Pabo's en schoolbegeleidingsdiensten. Zij kozen als belangrijkste gespreksthema's: de brede school, opvoedkundige taak, kennis en vaardigheiden van leraren en achterstandenbeleid. Een van de uitkomsten: veel kansen voor kinderen komen samen in de brede school. Door een goede samenwerking in de wijk kunnen arrangementen ontstaan met bijvoorbeeld onderwijs, maatschappelijk werk, bibliotheek, kinderopvang, consultatiebureau en buurthuisfuncties. Vanuit de gedachten 'vele handen maken licht werk' kunnen deze partners hun aandeel leveren in de opvoedkundige taak en het voorkomen en wegwerken van leerachterstanden. De gemeente de regie kunnen voeren over de samenwerking in de brede school. De schooldirectie en de leerkrachten kunnen zich dan richten op hun kerntaak: onderwijskwaliteit leveren.

Meer vragen, interessante opvattingen en ideeën kwamen naar voren tijdens het Koersspel PO. Dit discussie-instrument werd voor het eerst ingezet en met enthousiasme ontvangen (zie verder op deze site).


* 8 december 2003
Schoolleiders aan het woord
In Gouda spraken ruim 30 schoolleiders over hun school in de toekomst. Kennis en vaardigheden van leerkrachten en De professionele directeur scoorden als gespreksthemas erg hoog. De school van de toekomst vergt meer ruimte en faciliteiten voor leerkrachten om zich bij te scholen en zich verder te ontwikkelen. Als elke school een pedagogisch profiel heeft en de ruimte om dit zelf in te vullen ontstaan kansen. Ook voor meer variatie in taken en lesuren voor leerkrachten. Maar de schoolleider zelf moet het goede voorbeeld geven: ook hij moet voorbereid zijn op zijn nieuwe managementtaak. Bij verantwoordelijkheid krijgen en nemen is verantwoording afleggen vanzelfsprekend onderdeel. Maar niet alleen naar de overheid of de onderwijsinspectie. Ook onderling, naar de ouders en naar de maatschappelijke omgeving.


* 10 december 2003
Ouders betrokken
Een levendige discussie met ouders, in de Brede Bossche School woensdagavond. Voor het derde koersgesprek waren ouders uit het hele land gekomen om met het ministerie te praten over datgene wat zij belangrijk vinden bij het basisonderwijs aan hun kinderen. Moeten leerlingen één juf of meester hebben die alle vakken verzorgt, of moeten leerkrachten zich eigenlijk specialiseren? Welke vorm van het aanleren van omgangsregels is gewenst en waar houdt de opvoedkundige taak van scholen op? En hoe kan het overblijven worden geprofessionaliseerd zonder dat het enthousiasme van de vele vrijwilligers verdwijnt? Het gesprek met de ouders leverde een duidelijke agenda op.


* 15 december 2003
Leerkrachten
Met een enthousiasme en betrokkenheid zoals het leerkrachten betaamt, werd er deze avond gediscussieerd op basisschool De Drieslag in Amersfoort over de toekomst van het primair onderwijs. Tijdens de bijeenkomst gaf minister Van der Hoeven de aftrap voor de leerlingenwedstrijd 'Toekomst van je school' door het uitreiken van het eerste wedstrijdpakket aan een van de deelnemende scholen. Daarna luisterde ze belangstellend naar de discussies tussen de leerkrachten in het Koersspel. Als belangrijkste onderwerpen bestempelden de aanwezige leerkrachten in het Koersspel: kennis en vaardigheden van leraren, onderwijs anders organiseren, leer- en gedragsproblemen en de professionele directeur. Vooral onderwerpen op het terrein van personeel en organisatie van de school. Een aantal leerkrachten gaf aan dat waar het vroeger vooral ging om kennisoverdracht in het onderwijs nu ook veel meer om een vraaggerichte werkwijze gaat om kinderen zich optimaal te laten ontwikkelen. Leerkrachten moeten daarom andere dingen leren op de PABO en ook meer bij elkaar. Al zal dat laatste in ' de waan van de dag' best lastig te realiseren zijn. Door onderwijs anders te organiseren is volgens sommige deelnemers ook beter recht te doen aan een de kwaliteiten en niveau van een leerkracht of assistent. Hun verwachting: het einde van het klassikaal onderwijs is in zicht. In een andere organisatie zouden ook leer- en gedragsproblemen veel beter kunnen worden aangepakt. Het doorvoeren van veranderingen moet volgens sommige leerkrachten niet te veel aan de beroepsgroep zelf worden overgelaten: veel leerkrachten zijn bang om het oude en vertrouwde los te laten. Het ministerie zou daarom moeten stimuleren en faciliteren, naar de leerkrachten en de schooldirecteur. Tijd te kort om alle onderwerpen goed door te spreken, was een van de constateringen aan het eind van de bijeenkomst. Veel leerkrachten gaven daarom aan uitgenodigd te willen worden voor de verdiepingsgesprekken.

Ministerie van OCW
Rijnstraat 50
Postbus 16375
2500 BJ Den Haag
T: 070 412 34 56
F: 070 412 34 50
E: info@minocw.nl