Gemeente Breda

Persberichten

28-01-2004

Bredase situatie leidt tot aanpassing regels voor toepassing van thermisch gereinigd zand.

De toepassing van het thermisch gereinigd zand bij de Markbrug in Breda voldoet aan de nieuwe regelgeving die per april dit jaar ingaat. Het zand kan blijven liggen. Dit concludeert de gemeente Breda uit een brief van het ministerie van VROM. Hierin meldt staatssecretaris Van Geel dat hij voor de stoffen die in het zand bij de Markbrug zijn gebruikt, antimoon en sulfaat, een vrijstellingsregeling in het bouwstoffenbesluit heeft opgenomen. Extra beschermende maatregelen door het Projectbureau HSL-A16 zijn hierdoor niet meer noodzakelijk. Met de aanpassing in de wet erkent het ministerie dat de normen in het besluit voor deze stoffen en toepassingen te streng waren.

In december 2002 heeft wethouder Arbouw gesproken met staatssecretaris van Geel van VROM over de toepassing van thermisch gereinigd zand langs het HSL-traject. Daarvan werd in 2002 in Breda zon 145.000 ton toegepast voor de op- en afritten bij de Markbrug (spoorbrug). Dit zand bevat de stoffen antimoon en sulfaat die op termijn terecht kunnen komen in het grondwater (uitlogen). Bij strikte handhaving van de wet zou dit aanleiding zijn om het zand weer af te graven.

Gelet op de aard van de stoffen antimoon en sulfaat - deze vormen in deze hoeveelheid een zeer gering risico voor het milieu - heeft de staatssecretaris voor die stoffen nu een vrijstellingsregeling gemaakt. De vrijstelling past binnen de doelstelling van het Bouwstoffenbesluit namelijk het beperken van nadelige milieueffecten door uitloging van dergelijke stoffen. Volgens de staatssecretaris zijn de mogelijke milieueffecten door de eventuele uitloging van antimoon en sulfaat zeer klein en blijkt de norm in het Bouwstoffenbesluit voor deze stoffen in de praktijk te streng.

Met dit besluit komt een positief einde aan de door Breda tot het hoogste niveau geagendeerde kwestie: Het gebruikte thermisch gereinigd zand kan volgens de nieuwe regels blijven liggen.

Breda, 28 januari 2004