Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid
de heer mr. A.J. de Geus
Postbus 90801
2509 LV Den Haag

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 29-01-2004 AV/KO/2003/94382 RL/FvK/2004/016
Onderwerp
Concept Tijdelijk besluit kwaliteit kinderopvang
Geachte heer De Geus,
Op 19 december 2003 heeft u het Tijdelijk besluit kwaliteit
kinderopvang voorgelegd aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal). Het besluit regelt op grond van de Wet
basisvoorziening kinderopvang de kwaliteit van kinderopvang en
gastouderopvang.
Het College heeft de gevolgen voor de administratieve lasten voor het
bedrijfsleven van dit besluit getoetst. Deze toetsing heeft
plaatsgevonden op de volgende hoofdpunten:

1. Zijn de te verwachten administratieve lasten gekwantificeerd en is de berekening daarvan voldoende onderbouwd?

2. Is er voldoende aandacht besteed aan alternatieven, die mogelijk minder administratieve lasten voor het bedrijfsleven opleveren?

3. Is er binnen het doel van het besluit gekozen voor het minst
belastende alternatief?
Het College heeft de bevindingen besproken met een expertpanel. Aan
dit panel namen deel ver-tegenwoordigers van een brancheorganisatie en kinderopvangondernemers.
In beeld brengen administratieve lasten
U gaat in de nota van toelichting in op de gevolgen voor de
administratieve lasten voor het bedrijfsleven. Het opstellen van een
risico-inventarisatie leidt voor kinderopvangondernemers (inclusief de gastouderopvang) tot een éénmalige administratieve lastendruk van
430.000 euro. U raamt de structurele kosten op circa 1,1 miljoen euro. De structurele administratieve lasten betreffen bijvoorbeeld de
informatieplicht aan ouders, de administratie van gegevens,
meldingsplicht en toezicht door de GGD.

1

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de
administratieve lastendruk van de huidige situatie als gevolg van de
Welzijnswet 1994 en het daarop gebaseerde Tijdelijk besluit
kinderopvang nader berekend. In de nota van toelichting meldt u dat de administratieve lasten momenteel circa 1,4 miljoen euro bedragen. Per
saldo is er een structurele lastenverlichting van circa 0,3 miljoen
euro.
Het College stelt vast dat met het besluit een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van de
kabinetsdoelstelling om de administratieve lastendruk van het
bedrijfsleven met 25% te verminderen.
U heeft het College bericht dat in 2004 een nulmeting wordt uitgevoerd voor het wetsvoorstel basisvoorziening kinderopvang. Het College
onderschrijft het belang van het uitvoeren van dit onderzoek, omdat
daarmee een totaalbeeld gegeven wordt van de administratieve lasten
van de wet en de daarop gebaseerde algemene maatregelen van bestuur.
Alternatieven en keuze
Bij de voorbereiding van het besluit zijn alternatieven met gevolgen
voor administratieve lasten voor het bedrijfsleven overwogen. Het
betreft bijvoorbeeld de verplichting aan ondernemers om ouders een
jaaropgave te verstrekken van de voor het kinderopvanggebruik gemaakte kosten. Deze maatregel is niet in het besluit opgenomen. Daarmee heeft u een administratieve lastendruk van 176.000 euro voor het
bedrijfsleven voorkomen.
Het College heeft geconstateerd dat veel wordt geïnvesteerd in een
vlotte implementatie van de Wet basisvoorziening kinderopvang. Er is
een programmabureau in het leven geroepen dat ten doel heeft de
invoering van de wet soepel te laten verlopen. Het programmabureau
werkt hierbij nauw samen met de koepelorganisaties uit de
kinderopvangsector. Het programmabureau maakt onder meer gebruik van
informatieverstrekking via www.wbk.nl.
Het College onderschrijft het belang van een goede
informatieverstrekking aan het bedrijfsleven. Dit kan ook onnodige
wrevel over de nieuwe regelgeving voorkomen. Tijdens de bijeenkomst
van het expertpanel is bijvoorbeeld aandacht gevraagd voor het
decentraal beschikbaar hebben van personeelsgegevens om aan de
toezichtvereisten te voldoen. Volgens het expertpanel zou dit met name bij het inzetten van invalkrachten tot problemen leiden.
Uit de nota van toelichting maakt het College echter op dat de houder
van een kinderopvangcentrum of gastouderbureau de gegevens centraal
kan beheren. Het gaat u er om dat de gegevens desgewenst op de locatie kunnen worden ingezien "dat kan ook elektronisch, per fax of
anderszins."
Het College adviseert u dit gegeven in de voorlichting te benadrukken.
2

Het expertpanel heeft ook aandacht gevraagd voor de
informatieverstrekking aan kleine zelfstandigen die kinderopvang aan
huis willen bieden. De regelgeving over kinderopvang zou voor deze
categorie bedrijven moeilijk te overzien zijn. Het College adviseert u de administratieve lasten voor deze kleine bedrijven zo veel mogelijk
te beperken door deze categorie met nadruk in het voorlichtingstraject te betrekken.
In de nota van toelichting meldt u dat een hulpmiddel voor het
opstellen van een risico-inventarisatie is gemaakt. Het betreft een
(elektronische) model risico-inventarisatie. U schrijft dat onder-
nemers tijdens voorlichtingsbijeenkomsten en workshops uitgebreid
worden geïnformeerd over de wijze waarop een risico-inventarisatie
moet worden opgezet.
Het College adviseert de risico-inventarisatie te incorporeren in het
managementsysteem van het bedrijfsleven als dit leidt tot minder
administratieve lasten. Het College adviseert het toezicht hierop te
laten aansluiten.
Het expertpanel heeft aandacht gevraagd voor de administratieve lasten van het toezichtsprotocol. Het bedrijfsleven wil voorkomen dat via het toezichtsprotocol weer gedetailleerde regelgeving wordt ingevoerd.
Het College heeft begrepen dat aan de vaststelling van de protocollen
nog een pilot vooraf gaat, zodat het bedrijfsleven nog in de
gelegenheid is om commentaar te leveren. Het College verwacht daarom
dat er een toezichtsprotocol komt met zo min mogelijk administratieve
lasten voor het bedrijfsleven en dat aansluit op het
managementinformatiesysteem van de ondernemer.
Alles overwegende, komt het College tot het volgende eindoordeel over
het Tijdelijk besluit kwaliteit kinderopvang:
Het College adviseert u het besluit in te dienen.
Hoogachtend,
R.L.O. Linschoten
Collegevoorzitter

3