Partij van de Arbeid


Den Haag, 30 januari 2004


Vragen van het lid Bussemaker (PvdA) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid


1. Bent u op de hoogte van het onlangs verschenen OESO-rapport, waarin melding wordt gemaakt van recordaantallen immigranten naar Westerse landen in 2001, terwijl het beeld voor 2002 niet wezenlijk anders is ?


2. Wat zijn in het rapport de meest relevante gegevens voor Nederland?


3. Is het genoemde aantal van 94.000 immigranten in overeenstemming met de verwachtingen van het kabinet? Kunt u aangeven uit welke groepen dit aantal is opgebouwd?


4. Deelt u de mening dat door de toenemende arbeidsmigratie de Nederlandse verzorgingsstaat gevaar loopt, of denkt u dat arbeidsmigratie juist nodig blijft voor het voortbestaan van de Nederlandse verzorgingsstaat.?


5. Deelt u de opmerking van het rapport dat, wat beperkte arbeidsmigratie betreft, toegesneden op hoogopgeleiden, overheidsingrijpen niet noodzakelijk is, omdat de Westerse vraag naar hooggeschoold personeel op termijn een verbetering van het aanbod uitlokt?


6. Wat is de stand van zaken wat kenniswerkers betreft? Hoeveel zijn er gekomen? Over hoeveel hoger opgeleide immigranten spreken we?


7. Kunt u de Kamer een inventarisatie sturen met daarin aangegeven de knelpunten op de arbeidsmarkt voor de komende 10 à 15 jaar?


De Volkskrant, 23 januari 2004; www.oecd.org