Verdonk moet terugkeerbeleid uitleggen
Vreemdelingen- en integratiebeleid
Boris Dittrich
03-02-2004 - D66 wil van minister Verdonk weten op grond waarvan zij
heeft vastgesteld welke asielzoekers om humanitaire redenen in
Nederland mogen blijven en welke niet. D66 vindt het niet humaan om
een deel van een gezin uit te wijzen en een ander deel te laten
blijven. Volgens Boris Dittrich is er veel onrust in de samenleving
omdat niet duidelijk is welke criteria Verdonk heeft gebruikt.
Dittrich: We horen verhalen over gezinnen die uit elkaar worden gerukt
- dat is niet humaan. Wij willen geen gescheiden uitzettingen. Dus
willen wij van de minister horen of die verhalen kloppen en met welke
afwegingen zij van haar discretionaire bevoegdheid gebruik heeft
gemaakt. D66 hoopt die duidelijkheid aanstaande maandag van de
minister te krijgen, als Verdonk met de Kamer spreekt over het
terugkeerbeleid.
De grote lijnen van het asielbeleid worden door D66 voluit gesteund.
Dittrich: Het uitgangspunt moet zijn dat wie mag blijven snel een
verblijfsvergunning krijgt, maar dat wie weg moet het land ook
daadwerkelijk verlaat. Dat is een humaan en uitvoerbaar beleid.
Onder de oude wet van PvdA en CDA duurde het vaak jaren voordat
asielzoekers definitief antwoord kregen op hun asielaanvraag. De
vreemdelingenwet van Paars II, waar D66 één van de architecten van
was, heeft daar een eind aan gemaakt. D66 vindt echter dat
asielzoekers die vanwege de oude wet al jarenlang in Nederland zijn op
een ruimhartig pardon mogen rekenen. Voor zon breed pardon hebben de
Democraten echter nooit een Kamermeerderheid gevonden. Eerst was het
de PvdA die elke pardonregeling blokkeerde, later was dat de LPF. CDA
en VVD waren consequent tegen een regeling. Via het regeerakkoord
heeft D66 toch een beperkte pardonregeling voor zon 2300 mensen weten
af te dwingen.
In datzelfde regeerakkoord wordt echter ook expliciet verwezen naar de
bevoegdheid van minister Verdonk om individuele gevallen vanwege hun
schrijnende karakter toch te laten blijven. Het is belangrijk dat wij
de keuzes niet jaar na jaar doorschuiven. Maar een beleid moet wel
kunnen rekenen op draagvlak in de samenleving. Dat vraagt om een goed
antwoord van de minister op de maatschappelijke onrust. D66 is nog
niet overtuigd dat de minister verstandig gebruik heeft gemaakt van
haar inherente afwijkingsbevoegdheid. Daarover heeft zij echt nog iets
uit te leggen, aldus Dittrich.
D66