Wageningen Universiteit

http://www.wau.nl/pers/04/013wur.html

Persbericht Wageningen UR: nr 013, 28 januari 2004

4-6 februari in Wageningen

Internationale conferentie over preventie van allergie

Wat moet in de komende jaren de strategie zijn om allergie zoveel mogelijk te voorkomen, dan wel beheersbaar te maken en de symptomen te reduceren? Die vraag staat centraal op de internationale conferentie over allergiepreventie die van 4 tot 6 februari a.s. wordt gehouden in Wageningen. De conferentie waar ruim honderd deskundigen uit de hele wereld en vanuit uiteenlopende disciplines worden verwacht, is georganiseerd door Wageningen Universiteit en Researchcentrum.

Op dit moment lijdt een kwart van de bevolking in de moderne westerse wereld aan enigerlei vorm van allergie. De laatste decennia is het aantal patiënten en de ernst van allergie sterk toegenomen. Allergie is niet alleen buitengewoon hinderlijk voor de mensen die er mee te maken hebben, het brengt ook nog eens geweldige maatschappelijke kosten met zich mee. Alleen al voor Nederland komt een ruwe schatting uit op een kostenpost van circa twee miljard euro per jaar.

"Op dit moment gaat de meeste aandacht uit naar de medische behandeling van allergie, maar het besef groeit dat de preventie veel meer aandacht verdient, niet alleen uit oogpunt van kostenreductie in de gezondheidszorg maar ook met het oog op de verbetering van de kwaliteit van leven voor de allergiepatiënt", aldus prof. dr.ir. Huub Savelkoul, hoogleraar Celbiologie en Immunologie aan Wageningen Universiteit en lid van het bestuur van het Allergie Consortium Wageningen. In dit consortium, drijvende kracht achter de conferentie, hebben alle disciplines die zich binnen Wageningen UR met de preventie van allergie bezig houden, hun activiteiten voor de komende jaren gebundeld.

De Raad van Bestuur van Wageningen UR heeft het consortium erkend als expertisecentrum en daarvoor gelden vrijgemaakt.

Conferentie

Op de internationale conferentie staan, naast het vaststellen van de zogeheten state-of-the-art rond allergiepreventie, zes thema's centraal: de voedselproductieketen en nieuw ontwikkelde voedingsproducten, de invloed vanuit de leefomgeving, de menselijke en maatschappelijke kant, 'genomics en proteonomics' en de rol van communicatie. Een dertigtal deskundigen laat zijn licht schijnen vanuit uiteenlopende invalshoeken. Een willekeurige greep daaruit:
* Naar een hooikoortsvrij continent. (Prof G. Spangenberg, Australië)
* Is het mogelijk een aanstaande moeder te vaccineren, zodat haar kind geen allergische reacties oploopt? (Prof. M. Lövik uit Noorwegen)
* Hoe kan je met behulp van bijen de paprika-pollen-allergie bij werkers in kassen tegengaan? En hoe kan je latex-allergie bij ziekenhuispersoneel (operaties) tegengaan? (Dr. H. de Groot, Erasmus Medisch Centrum)
* Hoe kun je allergeniciteit voorspellen in nieuw te ontwikkelen eiwitten? (Dr. G. Kleter, RIKILT, Wageningen UR)
* De veranderingen in de levensstijl en de bedreigingen en kansen voor allergiepreventie (Dr. G. Lack, UK)
* Perspectieven voor de gezondheidszorg (M. Bosch, Msc, Zorgverzekeraars Nederland) Allergie, een ernstig probleem

Het aantal allergiepatiënten in Nederland is in de afgelopen twintig jaar verdubbeld. Bijna iedereen heeft er zelf of in de eigen omgeving wel mee te maken, of men nu allergisch is voor planten of huisdieren, voor bijvoorbeeld gluten of koemelk, of voor stuifmeel. Allergieën openbaren zich vaak al op jonge leeftijd, maar de patiënt kan er levenslang last van hebben waarbij veranderingen in het ziektepatroon kan optreden en de ernst van de overlast kan toenemen. Ongeveer tien procent van de bevolking van Noordwest-Europa lijdt aan hooikoorts. Het blijkt dat bij 50 á 70 procent van de patiënten die lijden aan ademhalingsproblemen veroorzaakt door allergie, zich allergieën ontwikkelen voor vers fruit en verse groenten. Juist in het onderkennen van risico's van voeding voor de allergiepatiënt en het tegengaan daarvan, ligt de kracht van Wageningen UR vanwege zijn brede expertise op terreinen als de leefomgeving en voeding.