Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Advies Rob: Kabinet wil teveel met wijziging kiesstelsel

4 februari 2004

De Raad voor het openbaar bestuur (Rob) denkt niet dat een wijziging van het kiesstelsel veel zal bijdragen aan het bereiken van de ambities van het kabinet. Die ambities zijn: meer kamerleden met een eigen kiezersmandaat, een versterking van de band tussen kiezers en gekozenen, een sterker parlement, een grotere betrokkenheid van de kiezers bij de landelijke politiek en een revitalisering van politieke partijen'.Om dit te bereiken is veel meer nodig. Wel acht de Raad het waarschijnlijk dat het nieuwe kiesstelsel tot meer herkenbare kandidaten leidt. De Raad verwacht niet dat het kabinetsvoorstel zal leiden tot een fundamenteel hogere opkomst bij de landelijke verkiezingen.
---

Dit schrijft de Rob in zijn advies `Naar meer herkenbare kandidaten', dat onlangs aan de minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties, de heer De Graaf, is aangeboden. Het advies is een reactie op de hoofdlijnennotitie "Naar een sterker parlement" waarin het kabinet een voorstel doet voor een nieuw kiesstelsel. In het kabinetsvoorstel krijgen kiezers voortaan twee stemmen: één om uit te brengen op een landelijke kandidaat en één om uit te brengen op een districtskandidaat.

In het kabinetsvoorstel is het niet mogelijk zowel kandidaat op de landelijke lijst te zijn als districtskandidaat. De (Rob) beveelt echter aan dit voorstel van de onverenigbaarheid van kandidaatschappen in te trekken. Volgens de Rob wordt het dan pas aantrekkelijk voor `toppers' en kandidaten van kleine en middelgrote partijen zich kandidaat te stellen voor een district.

Daarnaast stelt de Rob in zijn advies, dat het kabinet te weinig aandacht besteedt aan alternatieve kiesstelsels. Voor een goede discussie acht de Rob het noodzakelijk dat ook elementen uit andere stelsels een plaats krijgen in de discussie. De Rob wijst op de lessen die het kabinet kan trekken uit het Ierse, Duitse of het Nieuw-Zeelandse kiesstelsel.

Ten slotte acht de Rob het wenselijk dat het kabinet de manier waarop districtskandidaten worden gekozen, nogmaals in overweging wordt genomen. De Rob gaat in zijn advies in op enkele andere mogelijkheden, zoals het overdraagbaar maken van de districtsstem naar een andere districtskandidaat. In het voorstel van minister De Graaf is dat nu niet mogelijk.