Provincie Noord-Holland

Teveel ambulances te laat

In grote delen van Noord-Holland Noord en het gebied rondom Amsterdam hebben teveel ambulances de 15 minutengrens overschreden. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland (GS) hebben zich bezorgd getoond over de cijfers en zullen er bij minister Hoogervorst van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op aan dringen snel voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen.

In 2003 is in de regio Amsterdam en omstreken gemiddeld 8% van de ambulances te laat aangekomen. Het beeld in Noord-Holland Noord is somberder. Hier kwam gemiddeld 16% van de ambulances te laat aan. In de regios Kennemerland en Gooi & Vechtstreek zijn de overschrijdingen 4, respectievelijk 2%. Binnen de regios bestaan er grote verschillen tussen de gemeenten. De cijfers blijken uit het verslag (zie bijlage) over de situatie in de ambulancezorg in 2003 dat GS vandaag hebben vastgesteld.

Gedeputeerde Rinske Kruisinga: Overschrijdingen zijn niet altijd te voorkomen, maar dit is onaanvaardbaar. Er moeten snel afdoende maatregelen genomen worden. Hoewel onze wettelijke mogelijkheden beperkt zijn, willen wij een bijdrage leveren aan het zoeken naar oplossingen. Wij gaan daarom overleggen met de betrokken partijen in beide regios, zoals gemeenten, meldkamers, ambulancediensten en zorgverzekeraars. In goed overleg moeten we toch een heel eind in de goede richting komen. Het belang van de inwoners is in het geding.

GS gaan ervan uit, dat het gebrek aan voldoende parate ambulances één van de belangrijkste oorzaken is van de overschrijdingen. GS zijn daarom ingenomen met de mededeling van minster Hoogervorst van VWS aan de Tweede Kamer dat er dit jaar 30 miljoen extra beschikbaar is voor het landelijke budget voor ambulancezorg. Gedeputeerde Kruisinga: Wij zullen de Minister een brief schrijven waarin wij hem wijzen op de situatie in Noord-Holland en hem verzoeken de oplossing van de knelpunten in onze provincie financieel mogelijk te maken. Ambulancezorg, Stand van zaken 2003, Verslag over enkele hoofdzaken

M. Ottenvanger 4 februari 2004