Universiteit van Utrecht

Persbericht van de Universiteit Utrecht

4 februari 2004

Lokale klimaatverandering door grootschalige windenergiewinning Noordzee

Kleine windmolenparken lijken geen invloed op het plaatselijk klimaat te hebben, maar grootschalige parken van tienduizend vierkante kilometer zullen wel degelijk een verandering in het klimaat langs de Nederlandse kust veroorzaken, zo blijkt uit een onderzoek van het Instituut voor Marien en Atmosferisch Onderzoek Utrecht van de Universiteit Utrecht en de leerstoelgroep Meteorologie en Luchtkwaliteit van de Wageningen Universiteit.

Minder wind en neerslag
Een verkennend onderzoek dat door het Instituut voor Marien en Atmosferisch Onderzoek Utrecht (IMAU) van de Universiteit Utrecht en de leerstoelgroep Meteorologie en Luchtkwaliteit van de Wageningen Universiteit is uitgevoerd, laat zien dat een grootschalig park, voorzien van windmolens met een spanwijdte van bijna 100 meter, wel degelijk een significante invloed op het klimaat op de Noordzee en langs de Nederlandse kust zou kunnen hebben. Niet alleen in het gebied van het windmolenpark zal de windsnelheid sterk worden gereduceerd, maar ook in de wijdere omgeving zal de invloed merkbaar zijn. Uit een modelstudie is gebleken dat er ook langs de Nederlandse kust waarneembare effecten zijn. Niet alleen zal er bij een westelijke circulatie minder wind zijn, ook zijn er aanwijzingen voor een afname van de neerslag. De reden hiervoor is dat een omvangrijk park een stuwend effect op de wind heeft, waardoor een deel van de waterdamp condenseert. Dat zal leiden tot meer bewolking en meer neerslag in de directe omgeving van het windmolenpark. Het effect is te vergelijken met de stuwende werking van een gebergte. De luchtmassa die dan vervolgens de Nederlandse kust bereikt, is dientengevolge wat droger. Naast de klimatologische veranderingen valt te verwachten dat een grootschalig windmolenpark in de Noordzee ook invloed zal hebben op de golfbewegingen en de getijden; bij een eventueel vervolgonderzoek zal ook dit aspect worden onderzocht.

Windmolenparken Noordzee
Binnenkort wordt begonnen met de aanleg van de eerste windmolenparken in de Noordzee. Deze parken zijn nu nog bescheiden van omvang en de effecten op wind- en zeestromingen, golfbewegingen en neerslag lijken verwaarloosbaar klein. Op langere termijn (binnen 20 jaar) wordt gedacht aan veel grootschaliger exploitatie van windenergie op de Noordzee. Vooral het Nederlands Continentaal Plat is een gunstige locatie, vanwege het windklimaat, de relatieve ondiepte, de geschiktheid van de bodem voor het funderen van grote windmolens en vanwege de grote energievraag in de omringende landen. De mogelijke omvang van het windpark zou 10.000 vierkante kilometer kunnen bedragen: een strook van 150 kilometer noord-zuid en 60 kilometer oost-west, aan de westzijde begrensd door het Engelse Continentaal Plat en aan de oostzijde door een 30 kilometer brede open zone langs de Nederlandse kust. In dit gebied zouden vijf- tot tienduizend windmolens met elk een vermogen van vijf Megawatt geplaatst kunnen worden en voorzien in een belangrijk deel van de toekomstige elektriciteitsbehoefte van Nederland. Het streven van de Nederlandse overheid is een potentieel van 6000 Megawatt aan offshore windenergie in het jaar 2020.



Universiteit van Utrecht