Ingezonden persbericht


Ministerie van Sociale Zaken
en WerkgelegenheidDirectie
Communicatie

05 februari 2004

Nr. 04/024

Bouwvakkers lopen grootste kans op ongeval

Werknemers in de bouw hebben de grootste kans op een ernstig ongeval op het werk. De bouw zorgt voor 6 procent van de banen, maar in deze sector komt 22 procent van de ongevallen voor. Van alle slachtoffers van ongelukken is 93 procent man en 7 procent vrouw; toch is de verhouding op de werkvloer 65 - 35.

Deze cijfers komen uit een rapport van de Arbeidsinspectie over arbeidsongevallen in het jaar 2002 dat staatssecretaris Rutte van Sociale Zaken en Werkgelegenheid naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Het zijn de recentste cijfers die beschikbaar zijn. De Arbeidsinspectie heeft in 2002 ruim 1700 ernstige ongelukken onderzocht. Hierbij gaat het om ongelukken op het werk die ernstig lichamelijk of geestelijk letsel tot gevolg hebben. Zeventig ongevallen hadden zelfs een dodelijke afloop.

De belangrijkste oorzaken van ernstig letsel zijn vallen en bekneld raken. In de bouw is bij meer dan de helft van de ongelukken sprake van een val. In de industrie is beknelling bij 43 procent van de ongevallen oorzaak van het letsel. Bij de verwondingen gaat het meestal om botbreuk (33 procent). Amputatie van ledematen (19 procent) volgt als tweede.

Uit het rapport van de Arbeidsinspectie blijkt dat uitzendkrachten naar verhouding vaker bij een ongeval betrokken zijn dan werknemers in vaste dienst. Van de slachtoffers is 13 procent uitzendkracht, terwijl deze groep werknemers maar 3 procent van de banen in Nederland bezet. De Arbeidsinspectie vermoedt dat dit te maken heeft met gebrekkige kennis over het werk en onvoldoende toezicht.

Hoe meer ervaring, des te minder ongelukken, zo is een andere conclusie in het rapport. Werknemers die korter dan twee jaar in dienst zijn, lopen grotere risico s, ongeacht de leeftijd. Verder is de kans op een ongeval het grootst in een bedrijf met tussen de twintig en 100 werknemers.

Het totaal aantal arbeidsongevallen in Nederland, dus inclusief de minder ernstige, bedraagt volgens het CBS naar schatting 170.000.