013 - Rijksuniversiteit Groningen krijgt hoogleraar sporteconomie
Datum: 12 februari 2004
Helpt het als de voetbalclub de trainer ontslaat? Zijn sportprestaties
op economische gronden te verklaren? Dat zijn vragen waar de
sporteconoom zich mee bezighoudt. Een jong, snelgroeiend vakgebied.
Per 1 februari 2004 is dr. Ruud Koning benoemd tot bijzonder
hoogleraar Sporteconomie aan de Faculteit der Economische
Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen. De leerstoel is
gevestigd door het W.J.H. Mulier Instituut, centrum voor
sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek.
Het vakgebied Sporteconomie is als zelfstandig vakgebied in de
afgelopen twintig jaren meer en meer tot ontwikkeling gekomen, in het
bijzonder in de Verenigde Staten. Uiteraard is deze groei gevoed door
het toenemende economische belang van de amusementsindustrie in het
algemeen en professionele sporten in het bijzonder. Naast het
toenemende belang van de professionele sportsector is er ook sprake
van een toenemend belang van de breedtesport. Stijging van de
arbeidsproductiviteit leidt tot meer en meer vrije tijd. De actieve
beoefening van en belangstelling voor sport geven een belangrijke
invulling aan die vrije tijd.
Activiteiten bundelen
De ontwikkeling van het vakgebied sporteconomie loopt in Europa nog
enigszins achter, maar deze situatie is snel aan het veranderen.
Binnen Nederland vervult de Groningse universiteit hierin een
belangrijke rol. Aan de faculteit Economische Wetenschappen vindt
sinds een aantal jaren onderzoek plaats op het gebied van
sporteconomie, dat onder meer publicaties oplevert in internationale
wetenschappelijke tijdschriften. Tegen deze achtergrond is het
voornemen ontstaan om de activiteiten te bundelen en te komen tot de
bijzondere leerstoel die nu wordt ingevuld door dr. Ruud Koning.
Curriculum vitea
Koning (1966) studeerde in 1988 cum laude af in de Econometrie aan de
economische faculteit in Groningen. In 1995 promoveerde hij op het
proefschrift 'Essays on applied microeconometrics'. Sindsdien is hij
aangesteld geweest als Academie-onderzoeker en verbleef hij aan de
Brown University in de Verenigde Staten. Al lange tijd verricht hij
onderzoek op het snijvlak van economie, statistiek en sport. Daarbij
kwamen onder meer de vraag of het ontslaan van een voetbaltrainer
leidt tot betere resultaten, de marktwerking in het betaalde voetbal
(ten behoeve van het Ministerie van Economische Zaken) en de lange
termijn ontwikkeling van competitieve verhoudingen in het Nederlandse
voetbal aan bod. Ook neemt hij deel in de Werkgroep
Voetbal&Statistiek, die onder meer een voorspelmodel heeft ontwikkeld
voor de analyse van grote voetbaltoernooien. In 2001 organiseerde
Koning met een aantal andere economen het congres `Sport en Computer'.
Later dit jaar organiseert hij een sessie over de ontwikkeling van
competitie in verschillende sporten tijdens het congres van de
American Statistical Association in Toronto.
Prestaties meten
Het toekomstige onderzoek van Koning zal zich met name richten op de
volgende gebieden: het meten en verklaren van (sport-)prestaties
waarbij uiteraard met name economische verklaringsgrondenen centraal
staan. Prestaties kunnen op verschillende niveaus worden gemeten: op
het niveau van een individuele atleet, maar ook op het niveau van
landen tijdens een groot toernooi. Daarnaast blijft hij onderzoek doen
naar economische aspecten van de organisatie van competities en naar
marktwerking in de sport. Vanaf het collegejaar 2004/2005 zal hij het
vak Sporteconomie aanbieden binnen de Rijksuniversiteit Groningen.
Mulier Instituut
De bijzondere leerstoel is gevestigd door het W.J.H. Mulier Instituut.
Dit instituut, gevestigd in 's-Hertogenbosch en vernoemd naar
sportpionier Pim Mulier, is in 2002 opgericht. Het is ontstaan uit een
samenwerkingsverband van de Universiteit van Amsterdam, de
Universiteit van Tilburg en de Universiteit Utrecht. Het instituut
onderzoekt, evalueert en adviseert in opdracht van overheden en
organisaties in de sport.
Als netwerkorganisatie vervult het Mulier Instituut een spilfunctie in
het sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek Bij de diverse programma's
en projecten van het instituut zijn, vanuit verschillende
organisaties, momenteel bijna veertig personen betrokken. Het
ministerie van VWS, NOC¬ NSF, de Koninklijke Vereniging van Leraren
Lichamelijke Opvoeding (KVLO), het Nederlands Instituut voor Sport &
Bewegen (NISB) en LC Instituut voor Lokale Sport & Recreatie zijn nauw
betrokken bij de activiteiten van het instituut en zijn
vertegenwoordigd in de Raad van Toezicht. Paul Rosenmöller vervult in
deze raad de rol van onafhankelijk voorzitter.
Noot voor de pers
Meer informatie: dr. R.H. Koning, tel.: (050) 363 71 92, e-mail:
r.h.koning@eco.rug.nl (werk). Zie ook: www.rhkoning.com. Ruud Koning
is op vrijdagochtend 13 februari van 10-12u telefonisch beschikbaar
voor vragen.
Mulierinstituut: W.J.H. Mulierinstituut, Postbus 188, 5201 AD
's-Hertogenbosch, tel.: (073) 612 64 01, fax: (073) 612 64 13, e-mail:
info@mulierinstituut.nl, internet: www.mulierinstituut.nl
Rijksuniversiteit Groningen