Directie Voorlichting en Communicatie
Spreekpunten voor de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Hans
Hoogervorst, naar aanleiding van het in ontvangst nemen van het
onderzoeksrapport over fouten in de medische informatieoverdracht.
Den Haag, 19 februari 2004
Vóór de speech werd een video vertoond waarin drie mensen aan het woord kwamen die ervaringen hebben met
medische overdrachtfouten.
Bedankt voor dit rapport. Ik heb de toelichting erop aandachtig aangehoord
en heb met veel interesse de video bekeken.
Het is helaas inderdaad zo dat er door slechte medische informatieoverdracht
fouten worden gemaakt. Bijna iedereen is daar helaas mee bekend. Gelukkig
niet allemaal persoonlijk. Maar afgaand op het getal dat u in uw onderzoek
noemt - zes procent- heeft haast iedere Nederlander het wel eens in zijn
omgeving meegemaakt.
Hoe schokkend deze gegevens ook zijn, het is natuurlijk niet zo dat het
daarom een puinhoop is in de medische wereld. Integendeel: de kwaliteit is
hoog. Maar we moeten wel altijd blijven streven naar verbetering van de
kwaliteit.
Fouten maken is menselijk, hoor je regelmatig. Natuurlijk! Maar als je met
mensenlevens werkt, moet je wel heel voorzichtig zijn en al het mogelijke
doen om fouten te voorkomen. Nieuwe technieken, zoals ICT, kunnen, nee,
móeten hier toegepast worden. Ik sta volledig aan uw kant. Ik heb dat ook
aan de Tweede Kamer laten weten, toen ik onlangs reageerde op het rapport
van de IGZ over ketenzorg bij chronisch zieken.
Fouten, zoals we net in de video zagen, zijn vermijdbaar. En gelukkig hebben
we daar, dankzij de informatica, tegenwoordig ook de middelen voor.
Maar dan moeten we de informatie die we bezitten ook met elkaar willen
delen. Dat betekent dat de zorgverleners hun eiland moeten verlaten.
Geïsoleerd informatie verzamelen is nadelig voor de patiënt. Dat moet
veranderen. We moeten er voor zorgen dat alle zorgverleners 24 uur per dag
over de noodzakelijke patiëntgegevens kunnen beschikken.
Toespraak
Parnassusplein 5 Doorkiesnummer Hebt u 's avonds of in het weekend dringend
Postbus 20350 (070) 340 60 00 een voorlichter nodig, belt u dan met het
2500 EJ DEN HAAG Fax (070) 340.62.92 ministerie, telefoon (070) 340 79 11. Daar
Telefoon (070) 340 79 11 regelt men dat u wordt teruggebeld.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2 -
Vanzelfsprekend moeten we altijd voorzichtig zijn met patiëntengegevens.
We hebben immers te maken met de privacy van mensen. Ik lees in uw
rapport dat tegenstanders van het EPD zich vooral zorgen maken over de
beveiliging. Dit is iets waar ik me sterk voor maak. Ik ben een wet aan het
ontwikkelen die de beveiliging van medische informatieoverdracht regelt.
Hierin komt te staan waaraan zorgverleners en patiënten moeten voldoen om
elektronische gegevens uit te wisselen. Deze wet zal nog dit jaar naar de
Tweede Kamer gaan.
Opvallend in uw onderzoek is dat patiënten zich duidelijk uitspreken om zelf
inzage te hebben in hun dossier. Dit spreekt voor zich; een patiënt heeft
altijd recht op inzage in het eigen dossier, dat zal niet veranderen.
- Nu al bepaalt de patiënt zelf welke zorgverlener toegang krijgt tot zijn of
haar dossier. Daar hebben we uitgebreide wetgeving over. Dat verandert niet
met de komst van een elektronisch dossier. In de wet, waar ik het zojuist
over had, zal ook hieraan aandacht worden besteed.
Vooruitlopend op een landelijk patiëntendossier, start u dit jaar een proef in
vijf regio's met een elektronisch medicatiedossier. Ik steun dit van harte. Ik
ben erg benieuwd naar de resultaten.
Fouten maken is menselijk, maar we moeten alle mogelijke middelen inzetten
om vermijdbare fouten inderdaad te vermijden.
Uw onderzoek steunt het proces om tot een goed EPD te komen en daar ben
ik blij mee.
Toespraak
---- --