European Commission

P/04/23

6382/1/04 REV 1 (Presse 52)

Brussel, 17 februari 2004

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over Haïti

De Europese Unie is zeer verontrust door de recente uitbarstingen van geweld in verscheidene provinciesteden. Zij verzoekt alle deelnemers aan het politieke leven, zonder uitzondering, om zich te onthouden van iedere vorm van geweld.

De duidelijke verslechtering van de veiligheid in Haïti gaat gepaard met ernstige schendingen van de mensenrechten en de democratische regels. In dit verband betreurt de Europese Unie het dat gewapende bendes op 12 en 15 februari eens te meer een vreedzame betoging hebben verhinderd.

Zij herinnert eraan dat president Aristide op 31 januari jongstleden te Kingston het voorstel voor een "voorafgaand actieplan" van de CARICOM heeft aanvaard. Het waarborgen van het recht op vreedzaam betogen is een belangrijk onderdeel van dit plan.

De Europese Unie is diep bezorgd over herhaalde inbreuken op het internationaal humanitair recht. Zij herinnert aan eenieders plicht om het personeel, de vestigingen, de vervoermiddelen en de medische voorzieningen te ontzien. Het embleem van het Rode Kruis vormt het teken van deze bescherming en moet worden geëerbiedigd.

De Europese Unie is ervan overtuigd dat de huidige crisis in Haïti vreedzaam moet worden opgelost door te streven naar dialoog en compromissen. Alle constitutionele oplossingen moeten in overweging worden genomen. De Europese Unie steunt met name het initiatief van de CARICOM en roept alle partijen op zich hierbij aan te sluiten. Zij verzoekt de Haïtiaanse autoriteiten de door president Aristide aangegane verbintenissen na te komen en concreet uit te voeren overeenkomstig de in het actieplan overeengekomen tijdsschema's.

De toetredende landen Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië, de kandidaat-lidstaten Bulgarije, Roemenië en Turkije, de landen van het stabilisatie- en associatieproces Albanië, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Bosnië en Herzegovina, Kroatië en Servië en Montenegro, alsmede de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, sluiten zich bij deze verklaring aan.


________________________