Antwoorden op kamervragen over mogelijk vandalisme op en rond het
spoor
Antwoorden op kamervragen over mogelijk vandalisme op en rond het spoor
27 februari 2004
Vragen van de leden Externe link Duyvendak en Externe link Vos
(beiden GroenLinks) aan de ministers van Verkeer en Waterstaat en van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over mogelijk vandalisme op
en rond het spoor. (Ingezonden 4 februari 2004)
---
Antwoord van staatssecretaris Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
(Verkeer en Waterstaat), mede namens de minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties.
1. Vraag
Bent u ermee bekend dat binnen korte tijd meerdere ernstige incidenten
hebben plaatsgevonden, waarbij rijdende treinen belaagd werden met
voorwerpen als hekken, staven, hout en stenen? 1)
1. Antwoord
Ja.
2. Vraag
Onderschrijft u de stelling van FNV Bondgenoten dat het aantal en de
ernst van de incidenten is toegenomen? 1)
2. Antwoord
Uit gegevens van ProRail blijkt dat het aantal meldingen van
vandalisme na een flinke daling in 2001, in 2003 weer op het niveau is
gekomen van 2000. Over de ontwikkeling van de ernst van de incidenten
kan op basis van de gegevens van ProRail geen uitspraak worden gedaan.
3. Vraag
Welke maatregelen worden op dit moment genomen om dergelijke vormen
van vandalisme te voorkomen en te bestrijden?
3. Antwoord
ProRail plaatst op dit moment hekken langs enkele als riskant
aangemerkte spoortrajecten en camera's op een aantal risicovolle
stations en spoorwegovergangen. In regio Zuid wordt momenteel een
pilot uitgevoerd op het baanvak Eindhoven - Deurne. In deze pilot
worden gevaarlijke plekken geïdentificeerd waarop maatregelen worden
afgestemd, zoals afrastering, bewaking en camera's. Hoewel ProRail
primair verantwoordelijk is voor de beveiliging en bescherming van de
infrastructuur, heeft ook NS initiatieven ontplooid, zoals
surveillances langs de baan door conducteurs op vrijwillige basis.
Verder wordt er in Groningen en Leeuwarden 's nachts door conducteurs
op het station en de opstelterreinen gesurveilleerd. Samen met ProRail
worden plannen voorbereid om opstelterreinen integraal te beveiligen.
4. Vraag
Bent u bereid om op korte termijn in overleg te treden met NS en
ProRail om (aanvullende) maatregelen te treffen?
4. Antwoord
Zoals u kunt lezen uit mijn antwoorden op vraag 3 en 5 treffen ProRail
en NS diverse maatregelen. Ik zie op dit moment geen aanleiding om met
deze partijen nader in overleg te treden om aanvullende maatregen te
treffen.
5. Vraag
Deelt u de mening dat een deel van het vandalisme voorkomen kan worden
wanneer bij werkzaamheden aan het spoor minder (bouw)materialen
rondslingeren? Zo ja, bent u bereid om uw verantwoordelijkheid te
nemen om ervoor te zorgen dat er geen (bouw)materialen rondslingeren
rond het spoor?
5. Antwoord
Met ProRail ben ik van mening dat de aanwezigheid van bouwmaterialen
het risico op vandalisme vergroot. Het treffen van maatregelen en het
maken van afspraken met aannemers over het opslaan van bouwmaterialen
acht ik een primaire verantwoordelijkheid van ProRail. Met de
aannemers bestaan afspraken dat aan het einde van ieder werk alle
materialen worden opgeruimd. Omdat dit tijdens het werk niet altijd
mogelijk is, vindt er toezicht en controle door de aannemers plaats.
Dit toezicht is naar aanleiding van de incidenten verscherpt.
6. Vraag
Deelt u de mening dat gerichte surveillance bij plaatsen waar meer dan
eens incidenten plaatsvinden kan helpen om de pakkans te vergroten?
Bent u bereid in overleg te treden met korpsbeheerders om op deze
plaatsen de surveillanceinspanningen te verhogen, en tevens de inzet
van de spoorwegpolitie hierop aan te passen? Zo neen, waarom niet?
6. Antwoord
In zijn algemeenheid zal surveillance niet veel helpen om de pakkans
te vergroten. Nederland telt namelijk een enorme hoeveelheid
kilometers spoor (circa 3000 km). De politiecapaciteit, inclusief die
van de spoorwegpolitie is bovendien een schaars goed. De politie maakt
al als gevolg van het Aanvalsplan sociale veiligheid openbaar vervoer
dat in 2002 aan de Tweede Kamer is aangeboden (kamerstuk 28 642, nr.
1) afspraken met de vervoerders zoals de NS. Alleen als uit
registratie blijkt dat op specifieke plekken veel incidenten
plaatsvinden, zou gerichte surveillance kunnen helpen, naast
cameratoezicht, infrastructurele maatregelen of toezicht door de
vervoerder.
7. Vraag
Deelt u de mening dat fysieke afscherming van het spoor en viaducten,
bijvoorbeeld met schermen of begroeiing, kan bijdragen aan het
voorkomen van dergelijke incidenten?
7. Antwoord
Met ProRail ben ik van mening dat fysieke afscherming kan bijdragen
aan het voorkomen van dergelijke incidenten. Garanties hiervoor zijn
evenwel niet te geven. Gezien de lengte van het spoorwegnet, alsook
het aantal spoorwegovergangen en viaducten is de uitvoering hiervan
in de praktijk bovendien zeer kostbaar. Daarnaast zijn er praktische
uitvoeringsproblemen, bijvoorbeeld in verband met
«landschapsvervuiling».
1) ANP, 2 februari jl.
---
---
---
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties