Minister steunt huidige bergingsstructuur
Minister Peijs van Verkeer en Waterstaat heeft de Tweede Kamer vorige
week te kennen gegeven niet te willen overgaan tot een ander systeem
van aanbesteding voor bergingen op het hoofd- en onderliggend
wegennet. Peijs is niet van plan om zich te mengen in een in haar ogen
private aangelegenheid tussen alarmcentrales en bergingsbedrijven.
Enkele maanden geleden ontstond discussie over het systeem van
incident management op de Nederlandse wegen. Incident management
speelt een rol bij ongelukken op het hoofd- en onderliggend wegennet.
Om files te voorkomen, is het van belang dat de coördinatie tussen
betrokken hulpdiensten efficiënt verloopt. Alarmcentrales zijn
daarvoor aangesloten bij de Stichting Incident Management Nederland
(SIMN), die de coördinatie bij bergingen verzorgt.
Bij een ongeval wordt een centraal alarmnummer gebeld, waarna de SIMN
de gecontracteerde berger in de desbetreffende regio inschakelt om de
berging te verzorgen. Gebleken is echter dat het ook regelmatig
voorkomt dat niet-gecontracteerde bergingsbedrijven, die meeluisteren
naar de berichten op de politiescanner, zelf naar de plek des onheil
rijden om opdrachten voor bergingen van personenautos te verwerven. De
gegunde berger loopt daardoor zijn opdracht mis. Daarom ontstond de
vraag of het systeem van aanbesteding voor bergingen moet worden
aangepast.
Scannerrijden
De Hoge Raad heeft onlangs aangegeven dat het niet verboden is dat
bergingsbedrijven zelf reageren op berichten via de politiescanner. In
antwoord op Kamervragen die hierover zijn gesteld, heeft minister
Peijs aangegeven dat het zogenaamde scannerrijden volgens haar geen
bom legt onder het huidige systeem van incident management, omdat
scannerrijden tot een minimum beperkt kan blijven. Dat kan
bijvoorbeeld via het niet-vergoeden van scannerbergingen door
verzekeraars. Peijs heeft de Kamer toegezegd hierover contact op te
nemen met de verzekeringsbranche. Een andere mogelijkheid om te
voorkomen dat de scannerrijders bergingen uitvoeren, is de invoering
van het niet-afluisterbare C2000-systeem voor hulpdiensten.
Volgens de minister hoeft de huidige bergingsstructuur dus niet te
worden aangepast. Een deel van de Tweede Kamer vindt echter dat de
gunning van bergingsopdrachten voor het onderliggend wegennet via een
openbare aanbesteding moet plaatsvinden. De minister heeft dit op
verzoek van de Kamer onder de aandacht gebracht bij de SIMN. De
stichting heeft op haar beurt echter aangegeven de voorkeur te geven
aan een onderhandse aanbesteding, omdat een openbare aanbesteding in
meer dan 150 verschillende regios onevenredig veel kosten met zich mee
zou brengen.
Private aangelegenheid
De minister heeft vorige week uiteindelijk aangegeven dat ze niet van
plan is zich te mengen in deze private aangelegenheid tussen
alarmcentrales en bergingsbedrijven. Het overgrote deel van de
bergingsbranche, meer dan 85%, heeft zich uitgesproken vóór de huidige
manier van aanbesteding. Slechts een klein deel heeft bezwaren, meent
de minister.
Per 1 april dit jaar zullen alarmcentrales voor een nieuwe periode
bergingsopdrachten gunnen. Peijs heeft de Kamer gevraagd de
aanbesteding af te wachten, alvorens de discussie over het
bergingssysteem opnieuw te openen. De LPF en de PvdA hebben echter
aangekondigd moties te willen indienen, maar dat zal op verzoek van de
VVD pas na het Krokusreces gebeuren.
Verzekerd!, maart 2004
Verbond van Verzekeraars