Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Algemene Zaken

Persbericht ministerraad
5 maart 2004

STEVIGE AANPAK FRAUDE IS ZAAK VAN OVERHEID EN BURGERS

De ministerraad heeft op voorstel van minister-president Balkenende ingestemd met de toezending aan de Tweede Kamer van een brief over publieke moraal en integriteit. De brief dient als voorbereiding op het debat over dit onderwerp, dat op 10 maart in de Tweede Kamer zal worden gehouden. Aan het debat zullen namens het kabinet behalve de minister-president, ook de ministers van Financiën, van Economische Zaken, van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties deelnemen. Het kabinet vindt het een goede zaak om het uiterst belangrijke thema publieke moraal in zijn volle breedte te bespreken. Maar het ziet geen algemene tendens tot verslechtering van de publieke moraal in Nederland. Nederland is geen "fraudeland". In dit verband wijst het kabinet onder meer op internationale vergelijkingen van Transparency International: de afgelopen jaren heeft Nederland steeds in de top 10 van minst corrupte landen gestaan. Volgens het kabinet is sprake van een `integriteitsparadox'. Door strengere handhaving en meer aandacht voor waarden en normen lijkt het alsof schendingen van integriteit zich vaker voordoen, terwijl dat niet noodzakelijk zo is. Tegelijkertijd is elk geval van fraude en schending van integriteit er een te veel en is een stevige aanpak geboden. Het kabinet herhaalt dat bovenmatige inkomensontwikkelingen van bestuurders van ondernemingen en zelfstandige organen in de publieke sector niet verantwoord zijn.
De brief bevat een overzicht van de maatregelen die het kabinet in dit verband heeft genomen en nog zal nemen op de verschillende terreinen . Zo worden overheidswerkgevers verplicht een gedragscode op te stellen, gericht op goed ambtelijk handelen. Het kabinet wijst erop dat niet alleen naar de overheid moet worden gekeken. Meer toezichtinstellingen en regels wekken ten onrechte de indruk dat de overheid alles zou kunnen controleren. Naleving van de normen in het onderlinge verkeer van burgers, ook in hun rol van aandeelhouder, werknemer of bestuurder, is vooral een zaak van burgers zelf. RVD, 05.03.2004