European Commission

P/04/37

Brussel, 17 maart 2004

7507/04 (Presse 87)

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over de situatie in de autonome Georgische republiek Adjara

De Europese Unie volgt van zeer nabij de situatie in Georgië, in het bijzonder in de autonome Georgische republiek Adjara.

De EU herhaalt dat zij hecht aan de soevereiniteit en de territoriale integriteit van Georgië. De EU roept alle partijen op om iedere verdere escalatie die tot geweld zou kunnen leiden, te vermijden. De EU dringt er bij de centrale regering in Tbilisi en bij de autoriteiten in Batumi op aan dat zij de dialoog op het hoogste niveau herstellen teneinde een vreedzame oplossing te vinden die voor iedereen aanvaardbaar is en die het belang van Georgië dient. De EU is bereid om samen met de andere internationale organisaties en hoofdrolspelers in de regio aan een dergelijke regeling bij te dragen.

De speciale vertegenwoordiger van de EU voor de zuidelijke Kaukasus, ambassadeur Heikki Talvitie, is gisteren, dinsdag 16 maart 2004, naar Tbilisi gevlogen. Hij heeft daar met president Saakashvili en met de vertegenwoordiger van Adjara in Tbilisi de situatie besproken. Vandaag is hij naar Poti gevlogen waar hij minister-president Zhvania en andere officiële leiders heeft ontmoet. De speciale vertegenwoordiger van de EU houdt de Raad volledig op de hoogte van de meest recente ontwikkelingen.

De EU steunt en waardeert het bezoek dat mevrouw Nino Burjanadze, voorzitter van het Georgische parlement, vandaag aan Batumi brengt. Dit zou de weg vrij moeten maken voor een bezoek van president Saakashvili, en wel zo spoedig mogelijk. Een bezoek van president Saakashvili zou dan weer kunnen bijdragen aan het scheppen van de voorwaarden voor het houden van vrije en eerlijke parlementsverkiezingen in Adjara, evenals in de rest van Georgië, op 28 maart.

De EU verzoekt de autoriteiten van de autonome Georgische republiek Adjara met klem om de mensenrechten, de democratische beginselen en de rechtsstaat te eerbiedigen en de voorwaarden te scheppen voor een ordelijke voorbereiding van vrije en eerlijke parlementsverkiezingen.

De toetredende landen Cyprus, Tsjechië, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slowakije en Slovenië sluiten zich bij deze verklaring aan.