De Commissie Onderwijs, Vorming en Wetenschapsbeleid heeft
het ontwerp van decreet betreffende de studiefinanciering
en de studentenvoorzieningen bij unanimiteit goedgekeurd.
Minister Vanderpoorten heeft met dit decreet het stelsel
van studietoelagen willen afstemmen op de veranderingen in
onze maatschappij en in het Vlaamse
hogeronderwijslandschap. "Er zijn meer éénoudergezinnen en
nieuw samengestelde gezinnen, de kenniskloof dreigt te
vergroten en de positie van de student in de samenleving is
grondig veranderd.", zegt Minister Vanderpoorten.
Bovendien voegt het decreet drie studentenmateries samen:
studiefinanciering, studentenvoorzieningen en
studentenmobiliteit.
Elke hogeronderwijsinstelling heeft een eigen
studentenvoorziening die voorziet in sociale voorzieningen
(restaurant, residentie, sociale dienst,
huisvestingsdienst, jobdienst, .) ten behoeve van de
studenten. Met dit decreet is er voor de eerste keer
bepaald dat de administratie studiefinanciering structureel
samenwerkt met de studentenvoorzieningen aan de
instellingen. Bovendien is er eenduidig voor hogescholen en
universiteiten aangegeven welk soort voorzieningen ze
kunnen aanbieden aan welke studenten.
Overleg tussen studentenvoorzieningen in een bepaalde regio
wordt aangemoedigd. Daartoe wordt een overlegcomité
voorzien dat indien gewenst een rechtspersoonlijkheid kan
aannemen. Op die manier kunnen de studentenvoorzieningen er
voor kiezen hun voorzieningen te coördineren en als groep
samen te werken met onder meer de provincie, de steden, de
OCMW's, Centra Geestelijke Gezondheidszorg.
Het systeem van de studiebeurzen heeft sinds de invoering
ervan begin jaren zeventig geen fundamentele veranderingen
meer ondergaan. Een van de belangrijkste problemen was dan
ook het feit dat de studiebeurs niet aansloot bij de
werkelijke kosten die een student moet maken tijdens een
academiejaar.
De studiebeurs voor een niet-kotstudent wordt daarom
opgetrokken tot 1842,12 euro en dekt zo 97,17% van de reële
studiekost. In het academiejaar 2000-2001 bedroeg die
toelage nog 1.532 euro. Het gaat dus om een stijging met
10%. Een kotstudent krijgt 3.069,15 euro, een bedrag dat
85,65% van de reële studiekost dekt. In 2000-2001 kreeg
diezelfde student 2.590 euro. Het gaat dus om een stijging
met 7,5%.
Het decreet vereenvoudigt bovendien de wetgeving en
vermindert de administratieve last. "Sinds 2001 hebben we
steeds meer mensen de mogelijkheid gegeven om van een
toelage te genieten.", zegt minister Vanderpoorten. "De
studietoelagen zelf zijn gestegen, de jokerbeurs is
ingevoerd, het vermoedelijk inkomen is verruimd en in
éénoudergezinnen werd de ontbrekende ouder bijgeteld."
Deze maatregelen hebben tot bijna 10.000 bijkomende
aanvragen en een forse stijging van het aantal
beursgerechtigden geleid. Het aantal afwijzingen, dat
daarvoor één derde bedroeg, is met ruim 7% gedaald. "Ik
hoop dat door de nieuwe maatregelen de komende jaren nóg
meer mensen de weg naar een toelage vinden en zo krijgen
waar ze recht op hebben," aldus de minister.
Een erg belangrijke nieuwigheid is ook dat aanvragen in
plaats van op 31 oktober pas op 30 juni van het lopende
academiejaar moeten worden ingediend. Ook verdwijnt de
hiërarchie in studieniveau's. Op die manier zal een student
na een bachelorsopleiding aan een universiteit naar een
mastersopleiding aan een hogeschool kunnen overstappen
zonder zijn beurs te verliezen.
Studiebeurzen mogen voortaan ook mee naar het buitenland op
voorwaarde dat het om een studie gaat binnen de Europese
Hogeronderwijsruimte. Studenten die buiten de
Hogeronderwijsruimte willen studeren, krijgen hun beurs mee
als de gekozen opleiding geen equivalent heeft in
Vlaanderen of als het om een uitwisselingsprogramma gaat.
Naar aanleiding van het invoeren van het structuurdecreet
voor hoger onderwijs en de invoering van de bachelor-master
structuur, wordt het concept 'studiefinancieringskrediet'
ingevoerd. Dit krediet bevat twee bachelor-, één master-,
een jokerkrediet. Bovendien kunnen studenten in de toekomst
ook één voorbereidingsprogramma, één schakelprogramma en
één lerarenopleiding als vervolgopleiding met studiebeurs
volgen.
"Met dit decreet zet ik mijn beleid rond gelijke
onderwijskansen onverzettelijk verder.", besluit minister
Vanderpoorten.
info : Jo De Ro, woordvoerder van minister Vanderpoorten
- tel. (0475) 98 33 73 -
(02) 553.99.23 - fax. (02) 553 99 19
e-mail: persdienst.vanderpoorten@vlaanderen.be
---
Vlaamse overheid