Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk
Proj/Walvis/Sub/04/22268
Onderwerp Datum
toezeggingen gedaan tijdens wetgevingsoverleg 30 maart 2004
Walvis d.d. 2 februari jl.
Tijdens het wetgevingsoverleg over de wetsvoorstellen Walvis en aansluitingswet Walvis, d.d. 2
februari 2004, hebben de Staatssecretaris van Financiën en ik op een aantal punten toegezegd u
uiterlijk op 1 april 2004 te informeren. Met deze brief doe ik, mede namens de Staatssecretaris
van Financiën, deze toezeggingen gestand.
Inmiddels zijn de adviezen van de Raad van State inzake het wetsvoorstel Wet financiering sociale
verzekeringen (Wfsv) en de Invoeringswet Wfsv ontvangen en wordt thans het nader rapport
opgesteld. De wetsvoorstellen, alsmede het nader rapport, zullen voor 30 april 2004 aan uw
Kamer worden aangeboden.
Hieronder ga ik in op de volgende onderwerpen. De hoofdlijnen van de wetsvoorstellen Wfsv en
de Invoeringswet Wfsv, de concept gegevensset van de loonaangifte 2006, de mogelijkheid tot het
doen van weekaanleveringen, de concept-gegevensset van een eerstedagsmelding (EDM), het
liquiditeitvoordeel en de opmerkingen van de Inspectie Werk en Inkomen (IWI).
Samenvatting van de Wfsv
Ik heb uw Kamer toegezegd inzicht te verschaffen in de hoofdlijnen van de Wfsv, inclusief het
sanctieregime dat na inwerkingtreding van de Wfsv zowel voor loonheffing als
./. premies werknemersverzekeringen gaat gelden. Bij deze brief treft u daartoe bijlage 1 aan, waarin
de Wfsv en de Invoeringswet Wfsv op hoofdlijnen is beschreven.
Bijlage 1 omvat tevens de door de Staatssecretaris toegezegde nadere uitwerking van de
rechtsgang zoals die straks voor de premies werknemersverzekeringen gaat gelden.
Concept-gegevensset van de loonaangifte 2006
Er is door uw Kamer gevraagd naar de inhoud van het PANA-bericht (de loonaangifte
2
./. 2006). In bijlage 2 treft u de concept-gegevensset aan van de loonaangifte 2006. Deze concept-
gegevensset is afgestemd met SZW, Financiën, UWV, Belastingdienst, CBS en CVZ. De
concept-gegevensset is opgesteld naar de huidige stand van zaken. Afhankelijk van (toekomstige)
wijzigingen in de wet- en regelgeving kunnen aanpassingen van deze concept-gegevensset aan de
orde komen.
Bij de aangifteset maak ik de volgende opmerkingen. Het doel van de loonaangifte is:
· verantwoording van de afdracht van de premies werknemersverzekeringen en loonheffing door
de werkgever/inhoudingsplichtige (zgn. collectieve deel);
· het vullen van de polisadministratie met gegevens van de werknemer/uitkeringsgerechtigde
(nominatieve deel), die worden gebruikt door met name UWV, Belastingdienst, ziekenfondsen
en CBS bij de uitvoering van hun taken (meervoudig gebruik/vermindering uitvraag bij
werkgever).
In totaal gaat het bij de aangifte om maximaal 118 gegevens (stand 25 maart 2003):
verdeeld over 38 rubrieken. Maximaal 25 collectieve gegevens per werkgever (11 rubrieken) en
maximaal 93 nominatieve gegevens per werknemer (27 rubrieken).
Dit lijkt veel maar het volgende moet hierbij bedacht worden. Bijna alle gegevens voor de
loonaangifte zijn standaard in de (geautomatiseerde) loonadministratie van de werkgever aanwezig,
omdat deze nodig zijn voor het berekenen van de uit te betalen lonen aan werknemers. Deze
gegevens kunnen `met een druk op de knop' in de elektronische loonaangifte worden gezet.
Wijzigingen in de loonadministratie werken daarmee ook automatisch door in de aangifte. Vanaf
2006 zal de loonaangifte in beginsel verplicht elektronisch moeten worden aangeleverd. Over het
algemeen wordt door werkgevers de loonadministratie nu al geautomatiseerd, eventueel via een
administratiekantoor, gevoerd.
Voorts moet bedacht worden dat circa 10% van de gegevens eenmalig per dienstverband wordt
geregistreerd in de loonadministratie, daarnaast kent circa 40% van de gegevens een lage
wijzigingsfrequentie en nog eens 20% van de gegevens wordt geautomatiseerd berekend vanuit de
loonadministratie.
Ter vergelijking: in de huidige situatie moet de werkgever ongeveer 140 gegevens beschikbaar
houden of leveren. Vaak moeten dezelfde gegevens ook nog eens aan meerdere instanties worden
geleverd.
Weekaanlevering
Uw Kamer heeft aandacht gevraagd voor het feit dat het PANA-bericht niet voorziet in de
mogelijkheid van een wekelijkse aanlevering van data, zoals dat thans binnen de uitzendsector met
het Reflex-systeem wel mogelijk is.
Inmiddels heeft er overleg plaatsgevonden tussen UWV, Belastingdienst en de Algemene
./. Bond Uitzendondernemingen (ABU). In bijlage 3 treft u de brief aan van ABU en UWV, waarin
wordt aangegeven dat partijen zijn overeengekomen dat een weekaanlevering, naast de periodieke
aangifte, mogelijk moet zijn. Wel dient nog een aantal knelpunten opgelost te worden. Het is de
verwachting van partijen dat zij daar voor 1 mei uit zijn; daarna zullen partijen mij daarover
informeren.
Concept-gegevensset eerstedagsmelding (EDM)
3
Uw Kamer heeft een EDM bepleit die een zo laag mogelijke administratieve belasting vormt
./. voor de werkgever. In bijlage 4 treft u de concept-gegevensset aan van een elektronische EDM.
Uitgangspunt hierbij is een EDM die voor alle werkgevers geldt en wordt uitgevoerd met een
beperkte gegevensset, waarbij de gegevens ook gebruikt worden in de loonaangifte en die de
werkgever dus geautomatiseerd kan opleveren. Wellicht ten overvloede merk ik nog op dat als de
EDM wordt ingevoerd de huidige Melding Sociale Verzekering (MSV) komt te vervallen.
Eenmalig liquiditeitstekort
Met betrekking tot het eenmalig liquiditeitsnadeel in de fondsen, dat door de premieheffing achteraf
in 2006 ontstaat, is door uw Kamer gevraagd wie van de meevaller uit hoofde hiervan profiteert.
Het wetsvoorstel Wfsv bewerkstelligt dat de werkgever de premies werknemers-verzekeringen
gaat afdragen `op aangifte achteraf' in plaats van `op voorschot'. Het betaalmoment van de
premies komt hierdoor een kleine maand later te liggen dan nu het geval is en dit is een voordeel
voor werkgevers. Dit geldt voor werkgevers die thans op voorschotbasis aan UWV afdragen,
d.w.z. de werkgevers die waren aangesloten bij het voormalige GAK en Cadans. Andere
werkgevers, die al een vorm van premieafdracht `op aangifte achteraf' hebben, genieten dit
voordeel niet.
De werkgevers die thans op voorschotbasis afdragen hebben vanaf 2006 een liquiditeitsvoordeel
van naar schatting 1,4 miljard euro, hetgeen een structureel rentevoordeel van ongeveer 60 miljoen
euro voor deze werkgevers met zich meebrengt.
Het kabinet zal deze zaak nog bezien in het geheel van de lastenontwikkeling in 2006.
De premieheffing op aangifte achteraf bewerkstelligt geen wijziging in de hoogte en het
betaalmoment van het netto inkomen, en heeft dan ook geen effect op de koopkracht en de
liquiditeit van werknemers en uitkeringsgerechtigden.
Kanttekeningen van IWI
Er is door uw Kamer opgemerkt dat IWI onlangs twijfels heeft geuit over de berekende
terugverdientijd van de forse ICT-investering die nodig is voor de Walvis/SUB-operatie.
Naar aanleiding van enkele kritische kanttekeningen van IWI bij de begroting van deze operatie
had ik UWV al gevraagd hierop te reageren en met afdoende oplossingen te komen.
In het wetgevingsoverleg heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de reactie van UWV.
./. De brief van de Raad van Bestuur UWV is bijgevoegd (bijlage 5). Ik constateer dat UWV een
onderbouwing heeft gegeven van de 40 mln euro voor de migratie van de polisadministratie.
Tevens constateer ik dat UWV acties onderneemt met betrekking tot de zogenoemde witte
vlekken, alsmede het verband tussen de plannen van aanpak en andere activiteiten. Naar aanleiding
van de brief van UWV concludeer ik dat er thans geen reden is om aan te nemen dat de
terugverdientijd langer zal duren.
4
Verdere procdure
Ik vertrouw erop dat de informatie die ik u hierbij mede namens de Staatssecretaris van Financiën
heb doen toekomen het mogelijk maakt op korte termijn over te gaan tot voortzetting van de
behandeling van de wetsvoorstellen Walvis en aansluitingswet Walvis. Zoals al in
wetgevingsoverleg van 2 februari jl. naar voren kwam is het, met het oog op inwerkingtreding van
beide genoemde wetsvoorstellen per 1 januari 2005, van groot belang voortgang te boeken.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid