Partij van de Arbeid


30-03-2004


Madrid 11 maart: veilig Europa?


Waar was ik op donderdag 11 maart? In Straatsburg, als voorzitter van
een vergadering over wereldhandelspolitiek. Mijn medewerker kwam om
kwart voor tien binnen met de mededeling dat er in ieder geval vijf
bommen waren ontploft in Madrid. Alle vergaderingen werden direct
gestopt. Even later is het Parlement bijeengekomen in diepe
verslagenheid. Pat Cox, de voorzitter van het Europees Parlement,
sprak van een aanslag op de democratie. Ik heb geprobeerd zoveel
mogelijk te delen met mijn Spaanse collega's. Hoe kwestbaar is onze
complexe samenleving. Die dag is ons verzet en verstand even gebroken.
Niet voor lang.


In de uren en dagen hierop volgend nam het gevoel dat de terroristen
niet mogen winnen weer de overhand. We kunnen terrorisme alleen
aanpakken door over onze grenzen heen te kijken. Want het terrorisme
is beter georganiseerd dan ons Europese antwoord daarop. Voorstellen
voor grensoverschrijdende samenwerking liggen er al geruime tijd. Het
Europees Parlement en de Europese Commissie bij monde van commissaris
Vitorino hebben goede voorstellen op tafel gelegd. Helaas bleven de
regeringsleiders aarzelen. Wrang is dat ik nu ook de Europese
regeringsleiders dit pleidooi wel hoor houden, daags na de aanslagen.
Ik roep al jaren samen met andere europarlementariërs om een doorbraak
en daarmee een afdoende aanpak. Dat er 200 doden voor nodig zijn dat
te bereiken, is knap waardeloos. Het is al eerder gebeurd, na 11
september. Toen werd door de regeringsleiders een actieplan aangenomen
om de Europese Unie beter te wapenen tegen terrorisme. De uitvoering
daarvan in concreet beleid laat nog altijd op zich wachten. Niet in de
laatste plaats omdat nationale veiligheidsdiensten huiverig staan
tegenover het uitwisselen van informatie. Wanneer de regeringsleiders
nu niet doorpakken en deze voorstellen en actieplannen, die er al lang
liggen, daadwerkelijk omzetten in beleid, mist de Europese Unie weer
een grote kans om een afdoende antwoord te geven op terrorisme en
grensoverschrijdende criminaliteit.


De concrete voorstellen van Parlement en Commissie betreffen veel
verdergaande Europese samenwerking, zoals afspraken over infiltratie,
het financieel droogleggen van netwerken en een echte investering in
Europese grenspolitie. En alles democratisch gecontroleerd door het
Europees Parlement. Tenslotte gaat het juist om bescherming van de
Europese rechtsstaat. Ook in de ontwerp-grondwet zijn deze
uitgangspunten opgenomen. Ook daar durven de regeringsleiders niet
door te pakken omdat ze te bang zijn hun soevereiniteit kwijt te
raken. Het beeld bestaat dat wanneer Europees wordt samengewerkt,
nationaal geen duidelijk zicht meer is en macht uit handen wordt
gegeven. Dat beeld is onjuist. De eigen nationale veiligheidssituatie
wordt juist versterkt door samen te werken op die terreinen die over
de nationale grenzen heengaan. En terrorisme is bij uitstek een
voorbeeld van een grensoverschrijdend probleem. Terrorisme houdt niet
op bij de grens met Duitsland en België.


Drie dagen na de aanslagen wint de PSOE, de Spaanse socialistische
partij, de verkiezingen. Geen echte overwinning; het gevoel blijft dat
het stemgedrag van de Spanjaarden is bepaald door de afzender van de
bom. In dat geval hebben de terroristen toch gewonnen. Dat nooit! De
PvdA wil een veiliger Europa: dat op dat terrein nog veel te is
winnen, laten de gebeurtenissen van 11 maart opnieuw zien. Maar een
veiliger samenleving kan alleen door vóór Europa te kiezen op
donderdag 10 juni. PvdA, voor een veilig Europa. 'Alles van waarde is
weerloos', zoals Lucebert dicht; juist daarom heeft iedere stem op 10
juni zo'n grote waarde.


MvdB