GroenLinks Heerlen

Ten Esschen / Heerlen, 30 maart 2004

Aan de voorzitter van de gemeenteraad van Heerlen,

De heer A.M.G. Gresel

p/a de griffier van de gemeenteraad,
de heer J. Geurts


Betreft: subsidiëring Gerrit van de Pasch Stichting

Kader: vragen aan het college van burgemeester en wethouders van Heerlen conform artikel 35 reglement van orde van de gemeenteraad

Geachte heer Gresel,

Bij dezen wensen wij namens de gemeenteraadsfracties van de PvdA en GroenLinks over de subsidiëring van de Gerrit van de Pasch Stichting schriftelijke vragen te stellen aan het college van burgemeester en wethouders conform artikel 35 van het reglement van orde van de gemeenteraad. Wij verzoeken u daarbij om het college van B&W zo spoedig mogelijk van deze vragen in kennis te stellen, zodat dit een tijdige beantwoording van deze vragen bevordert.

Op zaterdag 13 maart jl. heeft er in cultureel café de Nor een debat plaatsgevonden over het asielbeleid in Parkstad Limburg. Aan het forum nam onder meer wethouder Peter van Zutphen deel. Hij gaf daarbij een uiteenzetting van het gemeentelijk beleid inzake de opvang van (dakloze) asielzoekers. Onder meer gaf hij aan dat het college van B&W de stimuleringsbijdrage ad E 17.000 aan de Gerrit van de Pasch Stichting heeft beëindigd (dit in relatie met de subsidiëring van de Stichting Noodopvang Parkstad). Deze mededeling maakte overigens ook aan deel uit van het antwoord van 20 februari 2004 van uw college op vragen van de fractie van GroenLinks over het te voeren beleid voor dakloze asielzoekers.

Zoals u weet, richt de Gerrit van de Pasch Stichting zich vooral op de opvang van dakloze asielzoekers die nergens anders meer opgevangen worden. Het zijn meestal uitgeprocedeerde vluchtelingen die op een dieptepunt in hun leven zijn aangeland en veelal ten einde raad zijn. Als deze asielzoekers tijdelijk opgevangen worden door de Gerrit van de Pasch Stichting, kunnen deze mensen tot rust komen, trachten orde op zaken te stellen en een pad voor hun verdere toekomst uitstippelen. Daarbij biedt de Gerrit van de Pasch Stichting hulp en ondersteuning, onder andere bij een mogelijke vervolg - asielaanvraag of terugkeer naar eigen land. Maar ook als hier geen perspectief op is, dan kunnen deze vluchtelingen hun verdere vlucht (deel noodgedwongen in de illegaliteit) beter voorbereiden. Daar waar naar onze mening de overheid verzaakt, getuigt het werk van de Gerrit van de Pasch Stichting en zijn medewerkers van zeer grote humaniteit en naastenliefde. Wij vinden het dan ook vanzelfsprekend dat de Gerrit van de Pasch Stichting van de gemeente een stimuleringssubsidie heeft ontvangen en dat deze ook gecontinueerd dient te blijven totdat er met zekerheid geen vluchtelingen meer op straat worden gezet.

Het is ons tijdens de toelichting op het gemeentelijk beleid gebleken dat wethouder van Zutphen een heel andere mening is toegedaan. Hij stelde dat het helpen van en opvang bieden aan mensen die zonder perspectief op straat staan "onmenselijk" is. Hij noemde dat "verlengen van de ellende". Daarmee beargumenteerde hij ook het stopzetten van de subsidie aan de Gerrit van de Pasch Stichting. En diskwalificeerde hij naar onze mening ook het werk dat de Gerrit van de Pasch Stichting en zijn medewerkers doen. Naar onze mening is de uitspraak van wethouder van Zutphen ongekend hard en doet ons deze denken aan zijn beginperiode als politicus. Het is volgens ons een uitspraak die een wethouder van onze stad Heerlen onwaardig is.

Dit gegeven leidt ons tot de volgende vragen:

Waarom heeft het college van B&W de subsidiëring aan de Gerrit van de Pasch Stichting beëindigd? Dit ondanks dat de Gerrit van de Pasch Stichting zich richt op een andere doelgroep dan de Stichting Noodopvang Parkstad?

Wethouder van Zutphen heeft het gemeentelijke beleid toegelicht en heeft niet aangegeven dat hij heeft gesproken op persoonlijke titel. Heeft wethouder van Zutphen deelgenomen aan het debat als lid en vertegenwoordiger van het college van B&W?

Onderschrijft het college de hierboven geciteerde opmerking van wethouder van Zutphen, dat hulp bieden aan deze categorie asielzoekers "onmenselijk" en "verlengen van de ellende" is?

Indien het college deze karakteriseringen van wethouder van Zutphen niet onderschrijft, wil het college dan hierover zijn verontschuldigingen aanbieden aan de Gerrit van de Pasch Stichting?

Wij verzoeken het college van B&W voor de eerstvolgende commissie SIG (19 april 2004) en de daaropvolgende raadsvergadering op 11 mei 2004 een besluit van het college over de hervatting van de stimuleringssubsidie (ad E 17.000 per jaar) aan de Gerrit van de Pasch Stichting ter kennisname aan de gemeenteraad voor te leggen. Anders zullen wij de raad hieromtrent een uitspraak vragen.

Voor de goede orde delen wij u nog mede dat wij een afschrift van deze vragen naar de media hebben gezonden. Wij danken u bij voorbaat voor uw aandacht en medewerking.

Met vriendelijke groeten,
namens de fracties van PvdA en GroenLinks
in de gemeenteraad van Heerlen,

Jos Zuidgeest en Harrie Winteraeken


---- --