Gemeente Den Haag

april 2004
Gemeente en schoolbesturen maken afspraken over ongewenste segregatie in het onderwijs (2 april)

Van de 41.850 Haagse basisschoolleerlingen gaan er 32.000 (77,5 procent) in het eigen stadsdeel naar school. Leerlingstromen in Den Haag dragen op dit moment niet in overwegende mate bij aan de segregatie in het onderwijs. Allochtone kinderen gaan wel vaker in hun eigen omgeving naar school dan autochtone kinderen. Dat blijkt uit een onderzoek van de dienst OCW van de gemeente Den Haag naar leerlingstromen in het reguliere basisonderwijs. Het onderzoeksrapport wordt vandaag aangeboden aan de Raadscommissie voor Onderwijs, Sociale zaken, Cultuur en Integratie. De gemeente Den Haag en de schoolbesturen gaan afspraken maken over ongewenste segregatie in het onderwijs. Dat schrijft wethouder Pierre Heijnen aan deze commissie.

Met het onderzoek loopt Den Haag vooruit op het voornemen van het kabinet om gemeenten en schoolbesturen afspraken te laten maken over het aannemen en de spreiding van leerlingen.
Het rapport is besproken in het Haags Onderwijs Beraad, waarin de gemeente overlegt over lokaal onderwijsbeleid met de schoolbesturen.

De gemeente wil nu afspraken maken met schoolbesturen over onderwijshuisvesting, waarbij de capaciteit van de school wordt afgestemd op de vraag naar onderwijs vanuit het voedingsgebied van de school. Uitgangspunt daarbij is dat alle leerlingen de mogelijkheid moeten hebben in hun eigen buurt naar school te gaan. Om te bevorderen dat scholen een afspiegeling vormen van de bevolkingsopbouw in de wijk, wil de gemeente een aantal maatregelen treffen. De vrijheid van schoolkeuze staat hierbij niet ter discussie.Voorbeelden van mogelijke maatregelen zijn het beïnvloeden van de schoolkeuze door gerichte voorlichting aan ouders en de betrokkenheid van ouders bij de school vergroten.

Een apart aandachtspunt vormen de zogenaamde mono-linguistische scholen. Dit zijn scholen met leerlingen die hoofdzakelijk uit één niet-Nederlandse taalgroep afkomstig zijn, bijvoorbeeld Turks of Arabisch. Hierover wordt overleg gevoerd met enkele scholen, schoolbesturen en ouders.
Een vergelijkbaar onderzoek naar leerlingstromen in het Haagse voortgezet onderwijs is in voorbereiding.

Afspiegeling
Een belangrijke conclusie uit het rapport is dat de leerlingstromen in Den Haag op dit moment niet in overwegende mate bijdragen aan de segregatie in het onderwijs. Daarnaast zijn enkele ontwikkelingen zichtbaar. Autochtone kinderen in wijken met een overwegend allochtone bevolking kiezen vaker voor een school buiten de eigen wijk. In het bijzonder vertoont de schoolpopulatie in drie wijken (Regentessekwartier, het Valkenboskwartier en het Zeeheldenkwartier) een opvallende afwijking van de populatie in de wijk. In deze wijken is de conclusie gerechtvaardigd dat de leerlingstromen een negatieve invloed hebben op de evenwichtige samenstelling van de schoolpopulatie van de wijk.

Belangrijke motieven van ouders bij de keuze van een basisschool voor hun kind zijn de kwaliteit van de school en de nabijheid; de school moet in de buurt zijn. Meestal betekent dit dat de school in de eigen wijk of in het eigen stadsdeel ligt. Het kan ook voorkomen dat de dichtstbijzijnde school net over de wijk- of stadsdeelgrens heen staat. Niet alle ouders kiezen voor een school om de hoek. De levensbeschouwelijke grondslag, het pedagogisch concept of de verkeersveiligheid rond de school zijn motieven om te kiezen voor een school in een andere wijk, een ander stadsdeel of zelfs buiten de stad.

Enkele cijfers
Uit het onderzoek naar leerlingstromen blijkt dat 85 procent van de kinderen in Haagse Hout in hun eigen stadsdeel naar school gaat. Relatief veel kinderen uit Segbroek (32 procent) en Laak (29 procent) gaan naar een school in een ander stadsdeel. In stadsdeel Centrum is het verschil tussen de schoolkeuze van allochtone en autochtone kinderen duidelijk zichtbaar. Van de allochtone kinderen gaat 88 procent in het eigen stadsdeel naar school tegen 51 procent van de autochtone kinderen.

Het aantal leerlingen op Haagse basisscholen is 41.457. Iets meer dan de helft van de basisschoolleerlingen (53 procent) die in Den Haag wonen, is van allochtone afkomst.

Over het onderzoek
In dit onderzoek is uitgegaan van de volgende definitie van het begrip allochtoon: kinderen die zelf, of waarvan een van de ouders in het buitenland is geboren. In het onderzoek is er voor gekozen om kinderen die vallen in de groep 'westers geïndustrialiseerd' als autochtoon mee te tellen. De 1.573 kinderen die een internationale school bezoeken zijn buiten beschouwing gelaten.