Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk
16 maart 2004 AI/AMF/2004/20657 2030410480
Onderwerp Datum
Vragen van het lid Bussemaker 6 april 2004

./. Hierbij zend ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, de antwoorden op de vragen van het lid Bussemaker (PvdA) over mogelijke miljoenenfraude met illegalen.

De Staatssecretaris van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

(M. Rutte)

2

2030410480
Antwoorden op vragen van het lid Bussemaker (PvdA) aan de staatssecretarissen van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Financiën over mogelijke miljoenenfraude met illegalen. (Ingezonden 15 maart 2004)

Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van het artikel "Miljoenenfraude met illegalen"?

Antwoord 1
Ja. De strekking van het artikel is dat via een constructie Poolse arbeidskrachten op grote schaal illegaal werken. Via de constructie worden landbouwproducten (op papier) van te voren aan een buitenlands bedrijf verkocht en komt de koper met eigen personeel oogsten. Hiermee beoogt men de werkgever-werknemer relatie en daarmee regelgeving in Nederland op het gebied van arbeidsmarkt en sociale premies en belasting te ontduiken. De arbeidsinspectie zou van deze constructie op de hoogte zijn, maar niet of nauwelijks ingrijpen: aldus het artikel.

Vraag 2
In hoeverre waren de ministeries hiervan op de hoogte en vanaf wanneer?

Vraag 3
Waarom zijn niet veel eerder maatregelen genomen?

Antwoord 2 en 3
De Arbeidsinspectie en de Belastingdienst (onderdelen van respectievelijk de Ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Financiën) zijn sinds 1994 van dit soort constructies op de hoogte en hebben hier herhaaldelijk op ingegrepen. Zo zijn dergelijke constructies in Noord- Holland en in het oosten van het land al eerder 'aangepakt', veelal in samenwerking met UWV en FIOD-ECD. Deze acties hebben geleid tot gevangenisstraffen (tot maximaal 4 jaar) en grote navorderingen tot een totaalbedrag van 50,1 miljoen gulden (22,7 miljoen Euro). Bovendien heeft het Hof Amsterdam deze zogenoemde koop-verkoop constructie als vals aangemerkt.

De specifieke zaak waarover onlangs in De Telegraaf is gepubliceerd, is sinds 2001 onder de strafrechter en heeft nog niet geleid tot een definitieve veroordeling. Afhankelijk van het definitieve oordeel van de rechter zullen vervolgstappen worden gezet. De zitting in deze strafzaak staat in juni gepland. Begin 2003 heeft de SIOD twee nieuwe fraudemeldingen ontvangen die betrekking hebben op dezelfde verdachte als die in de hiervoor genoemde specifieke zaak. Beide meldingen zijn door de SIOD bij het Openbaar Ministerie aangebracht. De Officier van Justitie gaat in afwachting van de definitieve rechterlijke uitspraak in bovengenoemde zaak vooralsnog niet over tot vervolging.

De Arbeidsinspectie heeft intussen wel controles uitgevoerd bij tuinders die gebruik maakten van de constructie. Deze hebben geleid tot strafrechtelijke vervolging van die tuinders wegens overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen. Daarnaast heeft de Belastingdienst/Oost-Brabant kantoor Helmond op grond van al opgelegde naheffingsaanslagen voor meer dan 35 miljoen beslag gelegd bij tuinders in de regio Brabant/Limburg.

3

Vraag 4
Zijn er nog andere bedrijven bekend waar veelvuldig met illegalen wordt gewerkt?

Antwoord 4
Ja, er zijn meer bedrijven die veelvuldig personen illegaal tewerkstellen. Er zijn bij de Arbeidsinspectie ook meerdere bedrijven bekend die op papier de producten van agrarische ondernemingen kopen als zij nog in de grond zitten en de producten doorverkopen aan buitenlandse bedrijven. Ook bij de Belastingdienst is er kennis van bedrijven die deze constructie toepassen.
De Arbeidsinspectie is een dergelijke constructie buiten de agrarische sector nog niet tegengekomen. Bij de constructies zijn enkele tientallen Nederlandse ondernemingen en enkele honderden illegaal tewerkgestelde vreemdelingen betrokken. Met betrekking tot de (il)legaliteit van de constructie merk ik op dat bij de arbeid door vreemdelingen van buiten de EER altijd een tewerkstellingsvergunning nodig is, ook als zij via koop/verkoopovereenkomsten aan eigen producten werken.
Voor de aanpak van de organisatoren van dergelijke constructies heb ik onder meer de SIOD in het leven geroepen. In 2003 heeft de SIOD 68 zaken afgerond waarbij in ruim 40 gevallen sprake was van grootschalige, georganiseerde illegale arbeid, die deels gebruik maakten van soortgelijke constructies. In 2004 wordt door de SIOD fors ingezet op de bestrijding van illegale tewerkstelling. De SIOD beschikt over uitgebreide bevoegdheden waarmee dergelijke constructies en de organisatoren strafrechtelijk kunnen worden aangepakt.
Als de Arbeidsinspectie zaken tegenkomt waarbij sprake is van ingewikkelde juridische constructies worden deze overgedragen aan de SIOD.

Vraag 5
Welke maatregelen worden genomen om aan deze ongewenste situaties een eind te maken?

Antwoord 5
Naar aanleiding van deze concrete situaties in Zuidoost Nederland wordt gewerkt aan de oprichting van een interventieteam in Oost-Brabant/Noord-Limburg. Vooruitlopend hierop werkt de Arbeidsinspectie structureel samen met een aantal gemeentelijke platforms. De grootschalige, georganiseerde illegale arbeid waar het interventieteam op stuit, wordt opgepakt door de SIOD

De Arbeidsinspectie richt zich de laatste tijd - in verband met de lange termijn die gemoeid is met de veroordeling voor het toepassen van dit soort constructies ­ niet in eerste instantie op de constructie, maar op de ondernemer bij wie de vreemdelingen aan het werk zijn. Nadeel hiervan is dat het optreden van de AI weliswaar leidt tot veroordelingen, maar dat de opgelegde straffen het economisch voordeel voor de werkgever in onvoldoende mate wegnemen.
Ondertussen wordt gewerkt aan invoering van afdoening van overtredingen van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) via bestuurlijke boete, die fors hoger zal zijn en veel sneller opgelegd kan worden dan de huidige boete. De daartoe benodigde wetswijziging kan naar verwachting in de tweede helft van 2004 in werking treden. De overheid zal dan lik op stuk kunnen geven voor overtreding van de Wav.

4

Omdat de bestrijding van de betreffende constructies bijzondere expertise vereist is in 2000 door de Belastingdienst/Oost-Brabant besloten een speciale coördinatiegroep in het leven te roepen. Deze groep doet gericht onderzoek naar de betreffende constructies. Op aangeven van deze groep worden door de Belastingdienst controles uitgevoerd. De door de tuinbouwbedrijven aangegane overeenkomsten worden daarbij aangemerkt als schijnhandelingen zodat deze bedrijven ook aansprakelijk worden voor de heffingen. Om verschuldigde bedragen dan veilig te stellen wordt direct beslag gelegd op de grond en de daarop aanwezige oogst, waarop door de betreffende bedrijven wordt gewerkt.

De problematiek wordt ook aangepakt door het zogenaamde CIBA-team van
Belastingdienst/Limburg. Dit Coördinatiepunt Internationale ter Beschikkingstelling van Arbeidskrachten is actief bij het signaleren van constructies rondom niet in Nederland gevestigde ondernemingen en intermediairs die arbeidskrachten op de Nederlandse markt te werk willen stellen. Indien constructies worden geconstateerd, wordt door het CIBA ook geadviseerd hoe de constructies op fiscaal gebied aangepakt kunnen worden. De aldus vergaarde informatie wordt intern verspreid binnen de Belastingdienst en ook uitgewisseld met andere uitvoeringsinstanties en Ministeries. Door het CIBA worden o.a. postbusfirma's in Polen en aandeelhouderschap van Polen in Belgische BvbA's onderzocht.

Vraag 6
Hoeveel premies en belastingen is de overheid hierdoor misgelopen?

Antwoord 6
Zoals genoemd bij de beantwoording van vraag 2 en 3 is voor een bedrag van 35 miljoen beslag gelegd in de gevallen waarin al naheffingsaanslagen zijn opgelegd. Dit bedrag zal met alle ter beschikking staande middelen worden geïnd.
Controles en boekenonderzoeken worden onverminderd voortgezet waarbij de uitkomsten van controles ook in de naheffing zullen worden betrokken.