Gemeente Utrecht

2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
35 Vragen van de heer P.F.C. Jansen
(ingekomen 7 april 2004)

Geacht college,

Wij ontvingen gisteren uw antwoorden op onze schriftelijke vragen (nr. 19/2004) d.d. 22 februari 2004, waarvoor dank. De inhoud van de beantwoording vinden wij echter zeer teleurstellend.

Het komt erop neer dat uw college niet bereid is om de Utrechtse Rechtswinkel, die voor 100% op vrijwilligers draait, met een bedrag van één euro per afgehandelde hulpvraag te subsidiëren. Daarmee wordt tevens het tweede deel van amendement S (begroting 2003) niet uitgevoerd. Het dictum van dit amendement luidde: "., besluit 4000 euro vrij te maken voor een subsidie aan de rechtswinkel Utrecht over het jaar 2003, uit de begrotingspost sociale vernieuwing en voor de jaren daarna het college te verzoeken bij de behandeling van de voorjaarsnota 2003 met een voorstel voor een structurele dekking te komen."

De SP-fractie overweegt om bij het debat over de voorjaarsnota de gemeenteraad een voorstel te doen voor het structureel verstrekken van een bescheiden subsidie aan de rechtswinkel. Op dit moment hebben wij al enkele aanvullende vragen aan uw college:


1. Hoeveel bedraagt de gemeentelijke subsidie per afgehandelde hulpvraag ten behoeve van de sociaal raadslieden bij de wijkwelzijnsorganisaties?
2. Hoeveel bedraagt de overheidsbijdrage per afgehandelde hulpvraag voor de Bureau's voor Rechtshulp?
3. De begroting van de Utrechtse Rechtswinkel gaat vrijwillig volledig op aan huisvestingskosten (huur van twee kamers, telefoonkosten). Is uw college bereid om te onderzoeken of er binnen het ruim bemeten gemeentelijk gebouwenbestand in de binnenstad nog twee kamers leeg staan die om niet aan de Rechtswinkel ter beschikking gesteld kunnen worden, als subsidie in natura?

Antwoord van Burgemeester en Wethouders ( d.d. 18-05-2004)

Alvorens bovenstaande vragen te beantwoorden willen wij graag een opmerking maken bij het geciteerde dictum van amendement S (begroting 2003). Tijdens de middagvergadering van 14 november 2002 hebben wij er op gewezen dat aanname van amendement S (Rechtswinkel) een toename van het aantal (structureel) gesubsidieerde instellingen zou betekenen. We hebben toen voorgesteld het besluit te wijzigen, met dien verstande dat voor 2003 het bedrag incidenteel gedekt zou worden uit de post sociale vernieuwing. Tevens hebben wij toen aangegeven dat bekeken zou worden of de subsidiëring zou kunnen worden voortgezet, en zo ja op welke wijze dit dan zou moeten gebeuren. Het college heeft bij deze gelegenheid echter duidelijk te kennen gegeven dat het zich niet wil vastleggen en dat het derhalve niet zou komen met een voorstel tot structurele dekking.

Overigens zijn wij tot de constatering gekomen dat het door u geciteerde amendement S is ingetrokken en vervangen door een aangepast amendement FF dat vervolgens unaniem is aangenomen. Amendement S is daarmee komen te vervallen.
Het dictum van amendement FF luidt nu als volgt:

"Besluit 4000 euro vrij (te) maken ten gunste van een bijdrage voor het jaar 2003 aan de Rechtswinkel Utrecht uit de begrotingspost Sociale Vernieuwing (6201.)en gaat over tot de orde van de dag."

Zoals u zult kunnen constateren is in dit amendement het gedeelte komen te vervallen "om voor de jaren daarna (na 2003) het college te verzoeken bij de behandeling van de voorjaarsnota 2003 met een voorstel voor een structurele dekking te komen". Vervolgens zullen wij nader ingaan op de vragen die u aan het college heeft gesteld.


1. Bij het sociaal raadsliedenwerk van de wijkwelzijnsorganisaties wordt een subsidiesystematiek gehanteerd waarbij de subsidie niet wordt verleend per afgehandelde hulpvraag, maar op basis van het aantal klantcontacturen. Wij beschikken niet over de mogelijkheid vast te stellen wat de kostprijs van een afgehandelde hulpvraag is en de subsidie die daar (eventueel) mee gemoeid is. Volledigheidshalve moet worden toegevoegd dat het bij het sociaal raadsliedenwerk bij de wwo's om een professionele vorm van hulpverlening gaat en dat de Utrechtse Rechtswinkel werkt op vrijwillige basis. De kostprijs van klantcontacturen bij genoemde organisaties zal aanmerkelijk verschillen maar kan, omdat zij op volstrekt ander basis werken, in geen enkel opzicht met elkaar worden vergeleken.
2. Navraag bij de bureaus voor rechtshulp heeft geleerd dat deze, zoals hiervoor reeds werd opgemerkt, werken met een subsidiesystematiek waarbij afgerekend wordt op het aantal klantcontacturen. Er kan derhalve niet worden vastgesteld wat een afgehandelde hulpvraag eventueel aan subsidie kost. Daarbij moet worden vastgesteld dat de bureaus voor rechtshulp niet ressorteren onder de verantwoordelijkheid van de lokale overheid, maar direct vallen onder de verantwoordelijkheid van de Raden voor de Rechtsbijstand die belast zijn met de uitvoering van de Wet op de Rechtsbijstand. De subsidiëring vindt plaats vanuit de Landelijk overheid en de lokale overheid draagt hiervoor geen verantwoordelijkheid. De gemeente Utrecht onderhoudt derhalve geen subsidierelatie met het bureau voor rechtshulp.
3. Het antwoord op deze vraag ligt besloten in de antwoorden die wij bij eerdere gelegenheid hebben gegeven op eensluidende vragen met betrekking tot de Rechtswinkel van de heer Aydemir en mevrouw Mos (zie commissiebrief van 24 maart 2004).Recapitulerend hebben wij toen de volgende antwoorden gegeven:

o De rechtswinkel zouden wij graag in overweging willen geven aansluiting te zoeken bij de sociaal juridische dienstverlening zoals die door wijkwelzijnsinstellingen wordt aangeboden. Een dergelijke aansluiting zou mogelijk een oplossing kunnen bieden voor de huidige huisvestingsproblematiek van de rechtswinkel. o Momenteel wordt er een traject ingang gezet waarbij de bureaus voor Rechtshulp omgevormd worden tot Juridische Loketten. Ook voor deze loketten blijft echter gelden dat de verantwoordelijkheid ligt bij (een van) de Raden voor Rechtsbijstand. Bij het realiseren van de Juridische Loketten zal worden bekeken of de diverse vormen van juridische hulpverlening nader op elkaar afgestemd kunnen worden. o De wethouder zal zich met betrekking tot de positie en de problematiek van de rechtswinkel nader informeren, en daartoe contact zoeken met de Rechtenfaculteit van de Rijksuniversiteit Utrecht.

Het uitvoeren van deze acties maakt naar wij verwachten een discussie over het in natura beschikbaar stellen van ruimte in het gemeentelijk gebouwenbestand overbodig.

Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd

---- --