Gemeente Utrecht

2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
36 Vragen van de heer J.H. Berends
(ingekomen 7 april 2004)

De fractie van Leefbaar Utrecht constateert dat de korpschef van de Utrechts politie de heer Vogelzang zich heeft uitgesproken voor een drastische afzwakking van het preventief fouilleren. Hij is van mening dat dit veiligheidsinstrument enkel en alleen op veelplegers ingezet dient te worden.

Hierover heeft Leefbaar Utrecht de volgende vragen:


1. Is in het driehoeksoverleg geconcludeerd dat het huidige beleid t.a.v. preventief fouilleren mislukt is? Onderschrijft de burgemeester de uitlatingen van dhr. Vogelzang?
2. Waarom is de commissie Bestuur en Veiligheid niet van tevoren geïnformeerd over deze mogelijke beleidswijziging? Wanneer is de burgemeester van zins deze omissie recht te zetten?

De heer Vogelzang stelt dat de politie graag het fouilleren wil beperken tot die mensen die in hun ogen interessant genoeg zijn.


3. Betekent dit dat de politie beschikt over geactualiseerd bestand veelplegers, en hebben alle bij het fouilleren betrokken agenten dit bestand paraat? Of wordt er geselecteerd op uiterlijke kenmerken als houding, het dragen van petjes, kleding enzovoorts?
4. Past de wens van de korpschef in het landelijk beleid t.a.v. veelplegers, of is dit het laatste proefballonnetje voor zijn vertrek?

Bijlage: artikel Utrechts Nieuwsblad Online d.d. 7 april 2004.

Korpschef: preventief fouilleren beperken

UTRECHT (ANP) - De Utrechtse korpschef P. Vogelzang wil preventief fouilleren alleen toepassen op veelplegers. Hij vindt het een uitstekend middel in de strijd tegen de criminaliteit, maar vindt het onzin dat iedereen zich tijdens een actie moet laten controleren. Dat zei een woordvoerder van zijn korps woensdag. Vogelzang zou graag zien dat politiemensen zich tijdens een fouilleeractie mogen beperken tot mensen die in hun ogen interessant zijn. "Nu moeten we iedereen controleren, terwijl de mensen die het aangaat, weglopen", zo liet hij via zijn woordvoerder weten. De korpschef vindt preventief fouilleren daarom voor de gewone burger een te zwaar middel en meent dat het nuttiger is om burgers niet te hinderen, maar hen juist te betrekken bij het bestrijden van de criminaliteit. Preventief fouilleren is in Utrecht mogelijk sinds mei vorig jaar. Sindsdien zijn ongeveer 5000 mensen gecontroleerd op wapens en verdovende middelen. Daarbij zijn behalve elf verboden wapens vooral veel spullen boven water gekomen die als wapen gebruikt zouden kunnen worden.

Antwoord van de Burgemeester
(Verzonden 4 mei 2004)

Inleiding.
In het dagblad Trouw van 7 april jl. heeft een artikel gestaan met als hoofdthema aantasting van de privacy bij het gebruik van instrumenten zoals preventief fouilleren. De vraag kwam aan de orde of er voldoende evenwicht bestaat tussen een collectieve aantasting van de privacy en de aantasting van de privacy van personen die problemen veroorzaken. De heer Vogelzang heeft gesteld dat het maken van onderscheid tussen personen een kernverantwoordelijkheid van de politie is. Uiteraard niet op basis van willekeur, maar op basis van professionele overwegingen, zoals bestaande politie-informatie over personen, plaats, tijdstip, modus operandi, ervaring of een combinatie hiervan.

De heer Vogelzang heeft aangegeven er de voorkeur aan te geven om zo min mogelijk inbreuk op de privacy te maken. Preventief fouilleren is daarbij als voorbeeld genoemd. Preventief fouilleren dient a-selectief te worden uitgevoerd, wat inhoudt dat bij een actie iedereen onderwerp van onderzoek is. In het bewuste artikel is op geen enkele wijze het nut van bestaande wetgeving op dit punt ter discussie gesteld. Integendeel. Zolang er geen andere -naar de persoonlijke mening van de heer Vogelzang betere- regelgeving is, is ook de heer Vogelzang van mening dat dit een passende bevoegdheid is. Bovendien staat hiermee op zich niet ter discussie of preventief fouilleren in de gemeente Utrecht wel of niet succesvol genoeg is om voort te zetten. Het artikel ging dan ook niet over het huidige beleid in de gemeente Utrecht, waarbij uitvoering wordt gegeven aan de mogelijkheden van de bestaande wetgeving.

Antwoord op de vragen.


1. In juni 2004 wordt het toepassen van het instrument preventief fouilleren in de gemeente Utrecht geëvalueerd. De evaluatie wordt besproken in het driehoeksoverleg en het standpunt van het driehoeksoverleg wordt dan bepaald. Dit wordt vervolgens voorgelegd aan het college van burgemeester en wethouders en aan de raadscommissie Bestuur en Veiligheid. Verder verwijs ik naar de hierboven beschreven context waarin de opmerkingen zijn gemaakt.
2. Er is geen sprake van een beleidswijziging, zie het antwoord op vraag 1.
3. Uiteraard heeft de politie actuele informatie over veelplegers, maar in het kader van preventief fouilleren is dit niet relevant. Immers, zoals hierboven aangegeven, wordt preventief fouilleren in de gemeente Utrecht uitgevoerd binnen de huidige wettelijke mogelijkheden, dus a-selectief.
4. Zoals hierboven aangegeven moeten de opmerkingen van de heer Vogelzang in Trouw in de juiste context van het bewuste artikel worden gezien.

---- --