Algemene Onderwijsbond

15 april 2004

AOb wil reddingsteams voor slechte scholen

Sluiting scholen dupeert onschuldige leerlingen en personeel

De Algemene Onderwijsbond pleit voor het instellen van zogenaamde reddingsteams, om te voorkomen dat het onderwijspersoneel de dupe wordt van een slecht schoolbestuur of slecht management. Minister Van der Hoeven wil scholen die langere tijd ondermaats presteren sluiten. Hiermee wordt het personeel mogelijkerwijs de dupe van de slechte prestaties van het bestuur of de directie van de school. In plaats van een school te sluiten, moet volgens de AOb een team van ervaren leraren en managers de school doorlichten, om een analyse van de problemen te maken en een oplossing voor te stellen.

Walter Dresscher, voorzitter Algemene Onderwijsbond: "Het is goed dat de minister slecht functionerende scholen harder wil aanpakken. Tegelijkertijd mogen de mensen die hieraan niet schuldig zijn niet gedupeerd worden. Leerlingen en personeelsleden zijn niet gebaat bij sluiting, maar juist bij verbetering. En die verbetering moet dus afgedwongen kunnen worden"

Behalve volledige sluiting zou zo'n reddingsteam bijvoorbeeld kunnen adviseren de directie te vervangen, dan wel een andere verandering in het personeelsbestand aan te brengen. Of om een ander gebouw te betrekken. Belangrijk is dat de vicieuze cirkel van achteruitgang van de kwaliteit doorbroken wordt.

Vier procent van de Nederlandse basisscholen zit in de gevarenzone. Twee procent komt hier op eigen kracht weer uit, twee procent lukt dat niet. Het bestuur of de directie op deze scholen blijkt niet bij machte, uit onwil of onkunde, het slechte functioneren adequaat aan te pakken. Wettelijk is het niet mogelijk het schoolbestuur te dwingen zich terug te trekken. De enige sanctie is de bekostiging stopzetten. Hierdoor komen leerlingen en personeelsleden op straat te staan en dit creëert onnodig veel problemen. Voor ouders, die hun kinderen naar een andere en vaak verder weg gelegen school moeten brengen, voor andere scholen, die opeens een grote leerlingenaanwas te verwerken krijgen en voor personeelsleden, die hun baan kwijt raken. Volgens de AOb is het zinvoller de oorzaken van het probleem te zoeken en daarop gericht te gaan werken.

Walter Dresscher, AOb: "In andere landen bestaan al zulke ´A-teams´. Zij nemen de leidinggevende taken op zich en ondersteunen het personeel bij het oplossen van de problemen. Hierdoor kunnen de lessen gewoon doorgaan en hoeft niemand naar huis gestuurd te worden. Het invoeren van dit soort reddingsteams voorkomt bovendien schadeclaims van de vakbond aan het adres van de bestuurders. Wij zouden het natuurlijk nooit accepteren als onze leden buiten hun schuld op straat komen te staan."

Het idee om reddingsteams in te voeren is niet nieuw. In Amerika opereren zij onder regie van de vakbonden, in Engeland worden zij aangestuurd door de overheid. In Nederland weigerden echter tot nu toe de besturenorganisaties om mee te werken. De AOb vindt dat het op non actief stellen van de directie of de samenstelling van het bestuur wijzigen de voorkeur verdient boven het rigoureuze middel van sluiting. Ook als hier een aanpassing van de onderwijswetgeving voor nodig is. De Algemene Onderwijsbond wil zonodig de verantwoordelijkheid op zich nemen deze teams aan te sturen.