Provincie Limburg

Rijk keurt Limburgs Reconstructieplan goed
Erkenning voor voortvarende aanpak

Het Rijk heeft het Reconstructieplan voor Noord- en Midden-Limburg goedgekeurd en daarmee de deur opengezet voor plattelandsvernieuwing in het grootste deel van de provincie. Limburg krijgt van het Rijk veel waardering voor de voortvarende wijze waarmee Gedeputeerde Staten de reconstructie in Noord- en Midden-Limburg en de vitalisering van het landelijk gebied aanpakken. Dat schrijven minister C. Veerman (LNV) en staatssecretaris P. van Geel (VROM) in een brief aan GS. Het Rijk wil vóór 1 juli met de Provincie Limburg een bestuursovereenkomst sluiten over de uitvoering in de eerste vier reconstructiejaren (2004 t/m 2007) en daarin ook de financiële bijdrage van het Rijk voor de uitvoering verder regelen. Dat is nog eens bevestigd in overleg vandaag tussen het Rijk en vertegenwoordigers van de vijf reconstructieprovincies.

De Reconstructie is de breed opgezette vernieuwing van het platteland. In Noord- en Midden-Limburg gaat het om een operatie die 12 jaar duurt en bijna 1 miljard aan investeringen vergt. Voor de eerste 4 jaar gaat het om een bedrag van 300 miljoen. De bewindslieden hebben aangegeven dat het Rijk maximaal 38% zal bijdragen. Op 5 maart hebben Provinciale Staten het reconstructieplan vastgesteld. Limburg is daarmee als eerste provincie in staat geweest om een reconstructieplan aan het Rijk voor te leggen. LNV-minister Veerman vindt dit een felicitatie waard aan iedereen die aan de totstandkoming van het plan heeft meegewerkt.

Zonering
Wat betreft de verplaatsingen van bedrijven in de intensieve veehouderij steunt de minister afspraken die al gemaakt zijn in verband met verplaatsingen uit extensiveringsgebieden. Voor andere verplaatsingen wacht hij de uitkomsten af van de operatie ARIBA, een stimulerings¬regeling die de Provincie Limburg heeft ontwikkeld om versneld bestemmingsplannen in overeenstemming te brengen met onder meer het Reconstructieplan en tegelijk niet meer in gebruik zijnde vergunningen voor intensieve veehouderij in te trekken. Na afronding van deze operatie zal er een beter zicht zijn op het werkelijke aantal nog te verplaatsen veehouderijen, stelt de minister. Verder schrijft Veerman, dat er geen noodzaak meer is voor het creëren van varkensvrije zones nu de EU inenting van varkens bij eventuele toekomstige epidemieën goed¬keurt. Hij vraagt de Provincie dan ook, nu hieraan geen uitvoering te geven en nader te bezien hoe om te gaan met varkenshouders met wie al afspraken zijn gemaakt over bedrijfsbeëindiging.

23-4-2004 08:46