Eneco

ENECO

ENECO Energie behaalt goed resultaat in 2003

Rotterdam 27 april. ENECO kan wederom terugzien op een, in financieel opzicht, goed jaar. Het nettoresultaat steeg in 2003 naar ¤ 185 miljoen (+ ¤ 28 miljoen;
+ 18%). De omzet, bruto marge en het bedrijfsresultaat kregen door de overname van REMU een positieve impuls.
Omzet
De totale omzet energie is gestegen tot ruim ¤ 3,2 miljard, een stijging van bijna 62%, welke voor een belangrijk deel het gevolg is van de overname van REMU. De omzet van REMU bedroeg ¤ 779 miljoen. De afzet van elektriciteit steeg ten opzichte van vorig jaar met 63% (2003: 19,9 TWh; 2002: 12,2 TWh). Het aandeel van REMU in deze stijging bedroeg 6,8 TWh. Als gevolg van gerichte verkoopinspanningen was er sprake van bijna 17% autonome omzetgroei van elektriciteit .
De totale gasafzet (volume) steeg van 4.665 miljoen m³ tot 6.852 miljoen m³. Het aandeel van REMU in deze stijging bedroeg 1.079 miljoen m³; de autonome afzetgroei van gas bedroeg 24%.
In het verslagjaar is overeenstemming bereikt met de toezichthouder DTe (Dienst uitvoering en toezicht Energie) over de toegestane omzet van elektriciteit in de eerste reguleringsperiode (2001/2003). Deze overeenstemming leidde tot een additionele omzet en brutomarge van ¤ 46 miljoen. Bruto marge energie
De bruto marge energie steeg naar ¤ 913 miljoen (+ ¤ 274 miljoen). In percentage van de omzet daalde de bruto marge echter van 32,0% tot 28,3%. De belangrijkste oorzaak hiervan is de toename van de afzet van elektriciteit en gas in het vrije marktsegment buiten het ENECO netbeheergebied. Aan deze afnemers brengt ENECO alleen het leveringstarief in rekening, terwijl de transportopbrengst aan de locale netbeheerder toekomt. De bruto marge werd positief beïnvloed door eerder vermelde eenmalige aanpassing van de elektriciteitstarieven. Hiertegenover stonden sterk gestegen inkoopkosten van elektriciteit , onder andere het gevolg van de relatieve schaarste in de zomerperiode, en hoge kosten voor onbalans. Ten gevolge van deze stijging verdampte een aanzienlijk deel van de bruto marge in het leveringssegment.
2
Bedrijfsresultaat
De factoren die van invloed waren op de ontwikkeling van de bruto marge, hebben in dezelfde mate het bedrijfsresultaat beïnvloed. Daarnaast zette de hoge kosten voor de voorbereiding op de liberalisering van de markt het bedrijfsresultaat onder druk. In totaal werd hiertoe ¤ 48 miljoen ten laste van het resultaat gebracht.
Het bedrijfsresultaat is ten opzichte van het vorige jaar met ¤ 55 miljoen gestegen. De belangrijkste oorzaak van deze stijging is de consolidatie van REMU met ingang van 2003. REMU heeft, voor afschrijving van goodwill, voor ¤ 83 miljoen bijgedragen aan de verbetering van het bedrijfsresultaat. Financiële baten en lasten
In het voorjaar 2003 is de gehele beleggingsportefeuille verkocht om de overname van REMU te financieren. Het restant van de koopsom is gefinancierd met een deel van een nieuw uitgegeven obligatielening. In 2003 is het laatste deel van de opbrengst uit de verkoop van N.V. Elektriciteitsbedrijf Zuid-Holland (EZH) gerealiseerd, alsmede de opbrengst uit het belang in B.V. Transportnet Zuid-Holland (TZH). In 2003 zijn de aandelen van TZH verkocht aan TenneT. De in 2003 gerealiseerde boekwinst op de aandelen in EZH en TZH bedroeg in totaal ¤ 46 miljoen. Vennootschapsbelasting
De effectieve belastingdruk bedraagt 25,6 % van het resultaat voor belasting. Het verschil met het normale percentage van 34,5 % is voor een belangrijk deel het gevolg van de deelnemingsvrijstelling welke van toepassing is op de gerealiseerde boekwinst bij de verkoop van TZH/EZH. Daarnaast is het verschil tussen de fiscale en commerciële waardering van materiële vaste activa een van de oorzaken. De energiebedrijven zijn per 1 januari 1998 vennootschapbelastingplichtig geworden. Sindsdien is onderhandeld met de belastingdienst over de fiscale openingsbalans. Uiteindelijk is eind 2003 overeenstemming bereikt over de waardering van de netgebonden activa. Deze fiscale boekwaarde ligt ongeveer ¤ 2 miljard boven de huidige commerciële boekwaarde.
Investeringen
In 2003 bedroegen de investeringen in materiële vaste activa ¤ 142 miljoen (2002: ¤ 164 miljoen). Belangrijke investeringen in 2003 waren onder andere de nieuwe elektriciteitsstations bij Rotterdam Zuidwijk, op de Maasvlakte en in Ooltgensplaat en de infrastructuur voor de Vinex-locaties Haaglanden en Ypenburg. Een ander omvangrijk project betrof de aanleg van elektriciteitsleidingen door een daarvoor geboorde nieuwe tunnel onder het Hartelkanaal. In kader van de bouw van de HSL en de Betuwelijn zijn in het
3
afgelopen jaar veel werkzaamheden verricht om netwerkonderdelen te verleggen.
De voorbereidingen voor meer eigen productie van windenergie zijn vorig jaar in gang gezet. De randvoorwaarden om in dit type opwekking te investeren zijn beter geworden. Er is voldoende politieke steun voor duurzame energieopwekking wat heeft geresulteerd in een toekomstgerichte financieringsconstructie tussen producenten en overheid (MEP). Bovendien kan worden gewerkt met bewezen technologie. Daarom heeft ENECO besloten de productiecapaciteit in belangrijke mate uit te breiden. Met de overname van Gen Renewables krijgt ENECO toegang toe een groot aantal grondcontracten, dat wordt benut voor de plaatsing van windmolenparken. Credit Rating
In april 2004 heeft Standard & Poor's (S&P), naar aanleiding van de kabinetsplannen, de vooruitzichten voor de rating van "stabiel" naar "negatief" aangepast. De credit rating zelf is door S&P onveranderd gehandhaafd op A+ /A1. Deze rating is mede bepalend voor de hoogte van de te verstrekken zekerheden uit hoofde van crossborder lease- and leaseback transacties. Winstverdeling
ENECO handhaaft haar dividendpolitiek door 40% van het nettoresultaat ter beschikking te stellen aan haar aandeelhouders. Dit komt neer op een uitkering van ¤ 74,2 miljoen (2002: ¤ 62,6 miljoen).
Splitsingsvoorstel
De minister van Economische Zaken heeft onlangs het beleidsvoornemen geuit om uiterlijk de netbedrijven volledig te splitsen van de energieconcerns. Het splitsingsvoorstel van de minister is gebaseerd op zijn optimisme over een snelle totstandkoming van de Europese interne markt. Deze veronderstelling is niet conform de Europese ontwikkelingen die ENECO signaleert. Volledige splitsing van bedrijven wordt door geen enkele Europese richtlijn voorgeschreven en wordt door geen enkele Europees land overwogen. Bovendien is splitsing onnodig: de kwaliteit van de Nederlandse netten behoort al jarenlang tot de Europese top en de DTe heeft vastgesteld dat er geen sprake is van het weren van nieuwkomers zonder netten. Ronald Blom, voorzitter van de Raad van Bestuur van ENECO, heeft daar een duidelijke visie op: "Met dit beleid loopt Nederland voor de muziek uit. Maar dat niet alleen: we breken ook ons in de afgelopen tientallen jaren zorgvuldig geconstrueerde energiebouwwerk af, voordat goed en wel de fundamenten van het nieuwe Europese energiehuis zijn gelegd."


4
Leveringszekerheid
Vooruitlopend op de kwaliteitstoets die de DTe voorbereidt, heeft ENECO NetBeheer de rapportages over het oplossen van storingen verbeterd. Het grootste gedeelte van de elektriciteitsstoringen werd ook in het afgelopen jaar veroorzaakt door graafwerkzaamheden. In Rotterdam, Den Haag en Gouda hebben enkele incidenten plaatsgevonden die helaas hebben geleid tot ernstige calamiteiten. Het ging hierbij om gasexplosies met aanzienlijke gevolgen. De oorzaken lagen buiten de invloedssfeer van ENECO. Naar aanleiding van een dijkverschuiving in Bergschenhoek, die gevolgen had voor de veiligheid van de gasaansluiting in een woning aldaar, heeft ENECO verschillende preventieve maatregelen genomen. Om incidenten die leiden tot ernstige calamiteiten sneller, veiliger en gerichter te kunnen oplossen is de calamiteitenprocedure aangescherpt.
Het aantal storingsminuten (gemiddeld per aansluiting) vertoont, door enkele incidentele oorzaken, een lichte stijging met het vorige jaar, maar blijft onder het landelijk gemiddelde. (zie navolgende tabel)
ENECO Energie-netten 2003 2002 2001 2000
Laagspanning 3,8 2,8 1,0 2,0
Middenspanning 17,8 18,2 21,3 16,4
Hoogspanning 0,6 0,9 nb nb
Totaal ENECO 22,2 21,9 22,3 18,4
Totaal Landelijk 30,0 28,3 30,9 26,8
Tempus
Het afgelopen jaar heeft ENECO een franchisebedrijf onder de naam 'TEMPUS' opgericht voor installateurs van cv-installaties, boilers en geisers. Het doel is om hiermee een landelijke dekking te creëren zodat klanten in het eigen gebied en daarbuiten regelmatig in contact komen met de dienstverlening van ENECO. Voor de aangesloten franchisenemers biedt deze formule schaalvoordelen op het gebied van inkoop, administratie en marketing. Maar ook commercieel is het een voordeel dat ENECO deze formule ondersteunt. Het betrouwbare imago van ENECO is belangrijk voor de acceptatie van TEMPUS. Er hebben zich vorig jaar tien installatiebedrijven aangesloten bij de nieuwe formule en voor 2004 is er voldoende potentieel om landelijke dekking te bereiken.
5
Verwachtingen
De privatiserings- en splitsingsdiscussie over de energiebedrijven in Nederland is nog lang niet afgerond. Inmiddels gaat medio 2004 de consumentenmarkt open. ENECO ziet deze marktopening met vertrouwen tegemoet. In 2003 heeft ENECO zich volledig ingezet voor een vlekkeloos verloop van mogelijke switches van klanten. De invloed van de liberalisering op de marktverhoudingen is echter onzeker. Het is daarom niet verantwoord om een prognose af te geven over de resultaatsontwikkeling in 2004.
Bijlage:
Eneco Holding N.V.
Kengetallen
bedragen in miljoenen euro's
2003 2002 2001
Resultaten
Omzet en bedrijfsopbrengsten 3.577 2.199 2.243
Bruto marge energie 913 639 625
Bedrijfsresultaat 277 222 217
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening 249 199 202 Nettoresultaat 185 157 202
Investeringen in materiële vaste activa 142 164 150 Eigen vermogen 1.279 1.156 1.081
Cash-flow 437 314 354
Ratio's
Eigen vermogen/totaal vermogen 33,3% 38,4% 38,0%
Rendement op werkzaam vermogen 9,1% 12,1% 13,5%
Interest coverage rate 3,7 7,9 12,3
Personeel
Aantal FTE's per jaareinde 5.083 3.454 3.544
Verkoopvolumes
Elektriciteit (GWh) 19.911 12.211 12.260
Gas (miljoen m3) 6.852 4.665 4.764
Warmte (TJ) 10.921 7.294 7.971