Ingezonden persbericht


Persbericht, 27 april 2004

Watervlo is bodyguard van alg ­

en parasiet maakt alg eetbaar

NIEUWERSLUIS (Utr.) ­ Ook onder water kun je last hebben van schimmels. Maiko Kagami en haar collega's van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) ontdekten dat watervlooien algen kunnen beschermen tegen hun schimmelige parasieten: door de sporen, de jonge zwemmende schimmels, op te eten. In het meinummer van het vooraanstaande Amerikaanse tijdschrift Limnology & Oceanography leggen ze uit dat voorheen oneetbaar gedachte algen daardoor toch meedoen in de voedselketen. En juist deze algen nemen toe bij overbemesting.

In het water komen veel schimmels voor. Naast schimmels die afgevallen bladeren afbreken, zwemmen er ook gevaarlijkere soorten rond. De chytriden bijvoorbeeld, zijn parasieten. Zij staan bekend als vijanden van vis en kikker, maar ook een alg is niet veilig voor ze. Zo zit het stervormige kiezelwier Asterionella vaak onder de schimmel. Maar onderzoekers van het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) vonden hulp uit onverwachte hoek. Watervlooien kunnen het kiezelwier beschermen.

Als een bodyguard kan een watervlo in het water rond algen de parasieten wegvangen, en vervolgens opeten. Watervlooien eten voedseldeeltjes uit het water van ongeveer de grootte van de schimmelsporen. Jonge chytride-schimmels zijn namelijk 'sporen', cellen met een zwemstaartje. Ze gaan op zoek naar een gastheer (een alg) om zich op te vestigen en weer nieuwe sporen te maken. Voordat ze zich vasthechten aan een alg, kunnen ze dus onderschept worden door een watervlo. Wellicht kan een watervlo zo - ook onbewust - vissen en kikkers helpen.

Een belangrijk gevolg van deze net ontdekte eetgewoonte van watervlooien, is dat deze algensoorten via hun parasieten toch eetbaar zijn. Grote algen zijn door hun afmetingen namelijk niet te verorberen door algenetende diertjes als een watervlo. Maar als een schimmel een algencel aantast en afbreekt, neemt hij de voedingstoffen uit de alg op. Zijn sporen komen vervolgens bij een watervlo terecht, en de watervlo valt ten prooi aan een vis bijvoorbeeld. Via deze route kunnen de voedingstoffen uit grote algen wèl doorstromen naar de rest van het voedselweb.

"Deze nieuwe route of loop in het voedselweb van meren noemen we de mycoloop," vertelt prof. Ellen van Donk van het NIOO. "'Myco' staat voor 'schimmel' en dat spreek je in het Engels hetzelfde uit als de voornaam van onze collega Maiko."

Juist de grote, lange, oneetbare algen nemen toe in overbemeste meren. De algen gaan woekeren en verstikken letterlijk het andere leven. Als ze via de parasieten toch kunnen worden geconsumeerd, dan kan dat zulke meren ontlasten.

Het lijkt een mooie oplossing, maar Kagami waarschuwt: "Het is geen makkelijk recept. Er zijn nog allerlei zaken die ook meespelen. We gaan nu onderzoeken hoe snel de watervlooien eigenlijk groeien op de sporen, wat er gebeurt met de celwanden van de algen ­ die worden niet opgegeten en zakken naar de bodem ­ en hoeveel van deze schimmels er nu eigenlijk in een meer rondzwemmen."

Het NIOO is het onderzoeksinstituut voor ecologie van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW). Het bestaat uit drie centra: voor ecologie van kust en zee, van het zoete water en van het land. Op het NIOO-Centrum voor Limnologie in Nieuwersluis richten de onderzoekers zich op het leven in en rond het zoete water.