CBS

Veel voorkomende criminaliteit licht gedaald

In 2003 gaf een kwart van de bevolking aan slachtoffer te zijn geweest van veel voorkomende criminaliteit. Dit is minder dan in 2002, maar vrijwel even veel als in de jaren daarvoor. Vooral diefstallen en vernielingen zijn gedaald, maar het aantal geweldsdelicten is ongeveer gelijk gebleven. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.

Minder slachtoffers in 2003
Een kwart van de inwoners van vijftien jaar en ouder gaf in 2003 aan slachtoffer te zijn geweest van veel voorkomende criminaliteit, zoals diefstal, vandalisme en geweld. Dit komt overeen met 3,3 miljoen slachtoffers. Zij werden in totaal geconfronteerd met 4,8 miljoen delicten. Dit is een lichte daling ten opzichte van 2002. In dat jaar lag het percentage slachtoffers op 27 procent. Daarvoor lag het aandeel slachtoffers, net als in 2003, rond de 25 procent.

Minder diefstallen en vernielingen
De lichte daling van de veel voorkomende criminaliteit deed zich vooral voor bij diefstallen en vernielingen. In 2003 had 12 procent van de bevolking te maken met diefstal, zoals inbraak, fietsdiefstal en zakkenrollerij. De stijging in 2002 is daarmee weer teniet gedaan. In dat jaar steeg het aantal diefstalslachtoffers na een jarenlange daling. In 2003 gaf 11 procent van de bevolking aan slachtoffer te zijn geworden van beschadigingen aan de auto en andere vernielingen. In totaal ging het daarbij om 1,8 miljoen voorvallen. Dit is iets minder dan in het jaar daarvoor.

Geweld gelijk gebleven
In 2003 werd 6 procent geconfronteerd met geweld. Bedreiging komt daarbij het meest voor, gevolgd door mishandeling en seksuele delicten. In totaal ging het om bijna 1,1 miljoen geweldsvoorvallen. Dit is vrijwel evenveel als in beide voorgaande jaren.

Technische toelichting
De gegevens over slachtofferschap van criminaliteit en ondervonden delicten zijn afkomstig uit het Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS) van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Dit is een steekproefonderzoek waarin jaarlijks, verspreid over alle maanden, aan circa 10 000 mensen onder meer wordt gevraagd naar slachtofferschap van veel voorkomende criminaliteit (zoals mishandeling, bedreiging, inbraak, fietsdiefstal, zakkenrollerij en vernielingen) in de voorafgaande twaalf maanden. Personen die in instellingen en tehuizen wonen, zijn in dit onderzoek niet opgenomen. Vanwege de onnauwkeurigheidsmarges bij de steekproefuitkomsten mogen alleen uit grote veranderingen en uit veranderingen die zich gedurende een langere periode aftekenen, conclusies worden getrokken.

PB04-065
28 april 2004
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht