Provincie Utrecht

Persbericht

Zoektocht alternatieven baggerberging biedt nog geen oplossing

Provincie en Amersfoort trekken samen op naar Den Haag

27-4-2004
Er is nu nog geen concreet alternatief voor het storten of verwerken van de 7 miljoen m3 vervuilde baggerspecie die op dit moment nog in de wateren binnen de provincie Utrecht ligt en er op middellange termijn uitgebaggerd moet worden. Er gloort echter wel enige hoop dat er op termijn alternatieven beschikbaar zouden kunnen komen of dat de omvang van de hoeveelheid te bergen bagger kleiner zal kunnen zijn. Zeker is dat echter niet. Met name de tussentijdse wijzigingen van de regels van het Rijk creëren onduidelijkheid.

Op naar Den Haag

Gedeputeerde staten constateren naar aanleiding van een rapport van het externe onderzoeksbureau MMG over mogelijke alternatieven voor de baggerberging Zevenhuizen, dat de gewijzigde spelregels van het Rijk onduidelijk zijn. "Schuivende doelen, elkaar tegensprekende bewindslieden, verschillende signalen, zo kunnen overheden niet met elkaar omgaan" aldus het college van GS. "We gaan dus bestuurlijk overleg voeren in Den Haag, samen met het gemeentebestuur van Amersfoort" aldus verantwoordelijk gedeputeerde J.Binnekamp (VVD). "We gaan daar duidelijk maken dat de huidige dilemma's en vraagpunten een eenduidige oplossing in de weg staan."

Nog geen concreet alternatief.
MMG concludeert in het rapport dat onlangs aan de opdrachtgevers (gemeente Amersfoort en de provincie Utrecht) is aangeboden dat er nog geen concreet alternatief is omdat er nog zoveel onzekerheden zijn. MMG was aan het werk gezet in het kader van de gezamenlijke zoektocht van gemeente en provincie naar alternatieven voor het bergen van 7 miljoen m3 vervuild baggerslib. Het ging daarbij niet alleen om de beschikbare capaciteit, maar ook om de bereidheid van de baggeraanbieders (de waterschappen en Rijkswaterstaat) om van de beschikbare capaciteit ook daadwerkelijk gebruik te gaan maken.

Afwachtende houding waterbeheerders
MMG richtte zich voor het onderzoek ook tot de waterbeheerders. Zij nemen een afwachtende houding aan, binden zich niet op voorhand aan een verwerker en laten de oplossing op basis van aanbesteding over aan de markt. Voor een belangrijk deel gaat het om problematiek op middellange termijn. Zo gaat het bij Rijkswaterstaat om baggerberging na 2010, waarbij men dan bij voorkeur gebruik wil maken van de bestaande landelijke depots, maar zekerheid verstrekt men daar niet over.

Verschillende posities, verschillende verwachtingen Het college van burgemeester en wethouders van Amersfoort en het college van gedeputeerde staten van Utrecht hebben in een gezamenlijk overleg over het rapport geconcludeerd dat het rapport duidelijk inzicht geeft in de feitelijke situatie (namelijk dat het vooral gaat om bepaalde dilemma's, aannames en onzekerheden) maar dat de interpretaties van en de verwachtingen naar aanleiding van het rapport vanuit de verschillende posities van de twee besturen anders zijn. Amersfoort vindt bijvoorbeeld dat het Utrechtse baggerprobleem genuanceerd kan worden tot 3 miljoen m3, gedeputeerde staten vinden dat dit geen recht doet aan alle onzekerheden. Als baggeraanbieders namelijk buiten de provincie in landelijke depots vervuilde bagger kwijt kunnen, dan eist het rijk wel als tegenprestatie dat de provincie actief meewerkt aan het realiseren van voldoende stortcapaciteit op landelijk niveau.

Alternatieve verwerkingen
In het rapport van MMG wordt geconstateerd dat er in toenemende mate sprake is van alternatieve particuliere initiatieven voor baggerverwerking. Naar verwachting zullen op afzienbare termijn meerdere alternatieve opties beschikbaar zijn, aldus onderzoeker M. Daamen van MMG. Echter: Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden dat zegt op langere termijn problemen te hebben met de afzet van forse hoeveelheden bagger, kan en wil zich niet vastleggen of men tzt gebruik zal maken van deze opties.

Laatst gewijzigd op 04/27/2004 02:04:37 PM. Paginabeheer: Marjolein.Copier@provincie-utrecht.nl