Gemeente Utrecht


2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
37 Vragen van de heer V. Oldenborg
(ingekomen 7 april 2004)

In het kader van de Wet Voorzieningen Gezondheidszorg (WVG) worden onder andere hulpmiddelen verstrekt die het leven van mensen met een lichamelijke beperking aangenamer moeten maken. Voorbeelden hiervan zijn rollators en zogenaamde scootmobielen, elektrisch aangedreven vervoermiddelen.

Via de media bereikte onze fractie de informatie dat met name van deze scootmobielen (aanschafprijs circa EUR 5000, 00) ongeveer 10 tot 20 procent feitelijk door de aanvragers niet wordt gebruikt. Daarnaast blijkt in meerdere regio's dat er veel, niet meer in gebruik zijnde, scootmobielen in depot belanden. Terwijl op aanvragen steeds opnieuw nieuwe scootmobielen worden toegewezen. Zo staat er in de regio Veluwe voor EUR 250.000, 00 aan scootmobielen in depot die niet meer worden uitgegeven.

Dit leidt de fractie van Leefbaar Utrecht tot de volgende vragen:
1. Beschikt de stad Utrecht over een depot voor hulpmiddelen die verstrekt kunnen worden in het kader van de WVG?
2. Zo ja, is er ook in dit depot sprake van scootmobielen die van goede kwaliteit zijn maar desondanks niet meer worden uitgegeven?
3. Zo ja, om hoeveel van deze voertuigen gaat het in Utrecht?
4. Is er controle op het feitelijke gebruik van verstrekte hulpmiddelen door de aanvragers?
5. Wordt bij een positief advies van het Regionaal Indicatie Orgaan betreffende de toewijzing van een hulpmiddel steeds zo mogelijk gebruik gemaakt van in depot zijnde hulpmiddelen?
6. Zo niet, wat zijn hiervoor de redenen?
7. Welke maatregelen heeft het College genomen, dan wel overweegt zij te nemen, teneinde de middelen voor uitvoering van de WVG zo efficiënt mogelijk te benutten?


Antwoord van Burgemeester en wethouders
(Verzonden 4 mei 2004)


1. Ja, in Utrecht bestaat een depot voor voorzieningen ( scootermobielen en rolstoelen ), die verstrekt worden in het kader van de Wet Voorzieningen Gehandicapten.
2. Neen, alle voorzieningen die in het depot zijn opgenomen, zijn bestemd voor herverstrekking. Bij herverstrekking speelt uitsluitend de vraag of de bedoelde voorziening adequaat is voor de betrokkene een rol. Periodiek wordt het depot gecontroleerd op afgeschreven voorzieningen, dan wel voorzieningen, die verouderd zijn. Wanneer hergebruik niet meer mogelijk is worden de voorzieningen beschikbaar gesteld voor goede doelen. ( recentelijk zijn in dit kader voorzieningen beschikbaar gesteld aan Brno, nadat daar in Utrecht geen belangstelling bleek te zijn).
3. N.v.t.
4. Neen, een dergelijke controle is in de praktijk ook moeilijk uitvoerbaar. De ervaring van de afdeling Voorzieningen Gehandicapten is dat mensen die geen gebruik meer van de voorziening maken dit zelf melden bij de afdeling, zodat de voorziening kan worden opgehaald. In een stedelijke woonsituatie blijkt namelijk een scootermobiel, die niet gebruikt wordt een behoorlijke sta - in - de - weg.
5. Ja.
6. N.v.t.
7. In de Europese aanbesteding van 2002 voor scootermobielen en rolstoelen is in het eisenpakket opgenomen dat bij tenminste 50% van de aanvragen sprake moet zijn van leveringen uit het depot. De statistieken geven aan, dat er in 2003 sprake was van 48% herverstrekking; in 2004 ligt dit percentage op dit moment op 61%. Overigens is er sprake van 4000 uitstaande voorzieningen ( scootermobielen en rolstoelen) ; het depot omvat ongeveer 200 voorzieningen ( = ongeveer 5 % ).


---- --