Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Datum

Postadres
Postbus 58285, 1040 HG AMSTERDAM Van mr. M.A. Harms T 020 - 687 34 03, F 020 - 687 21 79 Aan de Minister van Sociale Zaken en martin.harms@uwv.nl Werkgelegenheid, mr. A.J. De Geus
Ons kenmerk Postbus 90801 20040323_SZW 2509 LV DEN HAAG

Onderwerp
Aanbieding TNO rapport

Geachte heer De Geus,

Bijgaand ontvangt u conform afspraak het eindrapport van de Evaluatie aanbesteding van reïntegratiecontracten 2003. In opdracht van UWV heeft TNO Arbeid een evaluatie gedaan op de aanbestedingsprocedure 2003. Doel van de evaluatie is verdere verbeterpunten in de procedure te formuleren om tot een (nog) meer doelmatige en effectieve wijze van contracteren te komen.

Het onderzoek van TNO Arbeid omvat de aanbestedingsprocedure als geheel, waarbij specifieke aandacht is geweest voor de volgende punten.

· Resultaatsfinanciering;

· Opleidingsmogelijkheden/scholingsaanbod;

· Administratieve lastenverlichting;

· Preferred suppliers en continuering contracten.

De algemene conclusie is positief. Ten opzichte van de procedure van 2002 heeft de aanbestedingsprocedure van 2003 aan kwaliteit toegenomen. "UWV is op weg naar een professionele en kwalitatief hoogwaardige aanbestedingsprocedure".
Met betrekking tot eerder genoemde punten wordt het volgende geconcludeerd.

Resultaatsfinanciering
De reïntegratiebedrijven pleiten voor niet-volledig resultaatsgefinancierde trajecten. Belangrijk bezwaar hierbij is dat alle risico's bij het reïntegratiebedrijf komen te liggen terwijl externe factoren het resultaat (plaatsing in arbeid) mede beïnvloeden. Door uitsluiting van contractering van kleinere bedrijven dreigt de nadruk op bulkwerk te liggen en lijkt het risico van afroming aanwezig.

Aan deze bezwaren wordt inmiddels gedeeltelijk tegemoet gekomen. Aanscherping van de doelgroep, ontwikkeling/ indeling in klantprofielen en onderzoek naar de effectiviteit van een traject zijn als middelen in te zetten.

Bezoekadres La Guardiaweg 94 1043 DL AMSTERDAM www.uwv.nl

Ons kenmerk 20040323 Blad 2 van 2 Opleidingsmogelijkheden/scholingsaanbod
Uit de reacties blijkt dat de markt niet tevreden is met het opnemen van het element scholing in de trajectprijs. Het risico van `onderscholing' lijkt reëel aanwezig. Daarnaast heeft onderzoek recent uitgewezen dat sommige groepen klanten baat hebben bij scholing. Nu al komen vanuit de uitvoering signalen van klanten dat reïntegratiebedrijven niet bereid zijn om scholing in te zetten, omdat het beschikbare budget dit niet zou toe laten. Deze signalen worden steeds omvangrijker.

Preffered suppliers en continuering van contracten
Uit het onderzoek blijkt dat ondanks de kwaliteitsverbetering er behoefte bestaat tot een verdergaande administratieve lastenverlichting. In het bijzonder legt het kortcyclisch aanbesteden een grote administratieve last bij zowel UWV als bij de reïntegratiebedrijven. Om de administratieve lasten te drukken is het gewenst dat er een mogelijkheid ontstaat om tot contractsverlenging te komen met goed presterende contractspartners. Het is volgens ons belangrijk om een start te maken met een nieuw model van contracteren waarbij langere contracten en verlenging bij goed presteren mogelijk zijn. Een andere reden voor contractsverlenging is het voor de kwaliteit van de dienstverlening noodzakelijk investeringsrisico dat zal toenemen bij een langere contractdatum.
In Australië wordt bijvoorbeeld de methode gehanteerd van het zgn. `star rating'model. Daar is zo'n 60% van de aan te besteden trajecten op voorhand gereserveerd voor goed presterende reïntegratiebedrijven. Op basis van vooraf vastgestelde transparante criteria die periodiek worden getoetst ontstaat een lijst van goed presterende reïntegratiebedrijven. De kwaliteit wordt aangegeven door middel van het aantal eenduidige criteria. De resterende 40% wordt via een aanbestedingsprocedure aangeboden. Zo ontstaat een langer durende contractsrelatie met goed presterende bedrijven, krijgen de reïntegratiebedrijven een stabielere (financiële) basis voor hun bedrijfsvoering en nieuwkomers behouden een kans op toetreding tot de markt. UWV is in staat om op basis van de huidige ervaringscijfers een dergelijke lijst samen te stellen en te werken aan een geleidelijke introductie van een nieuw model.

Administratieve lastenverlichting
Ten opzichte van 2002 is een aanzienlijke stap gezet om de administratieve lasten van zowel reïntegratiebedrijven als UWV te beperken. Verdere mogelijkheden voor terugdringing van de lasten moeten worden opgepakt.
Bij de voorbereiding van de aanbesteding per 1 juli 2004 zijn in samenspraak met de branche wederom de nodige stappen gezet. Dit heeft geleid tot een concept Programma van Eisen waarbij de administratieve lasten verder substantieel worden teruggebracht.

Ons kenmerk 20040323 Blad 3 van 3 Sinds het verschijnen van het rapport "Op weg naar een werkende reïntegratiemarkt" is er veel veranderd. Enkele voorbeelden daarvan zijn:


· Introductie Borea keurmerk;

· Transparantie op de reïntegratiemarkt;

· Inzicht in de resultaten van de markt;

· Introductie IRO;

· Kennis van buitenlandse modellen: (Australische model) is toegenomen.

Gelet op de conclusies uit het rapport van TNO Arbeid met betrekking tot de vier eerder genoemde punten en de veranderingen sinds het verschijnen van het rapport "Op weg naar een werkende reïntegratiemarkt" (2002) geeft UWV er de voorkeur aan om alvorens te komen tot een nieuwe aanbestedingsronde een discussie te voeren met betrokkenen (SZW, RWI en de branche) om te komen tot een model dat ook op de langere termijn werkbaar is en meer bijdraagt aan de gewenste effectiviteit en doelmatigheid.
UWV streeft naar een model waarbij de positieve en negatieve aspecten van de de huidige aanbesteding met elkaar in evenwicht zijn. De ervaringen opgedaan in de afgelopen jaren en de ervaring met onder andere het Australische model moeten daarbij meegenomen worden.

Wij willen u daarom voorstellen om de datum van de volgende aanbestedingsronde te verschuiven van 1 juli 2004 naar 1 oktober 2004 teneinde in de komende periode met betrokken partijen het overleg te voeren om tot een verbeterde aanbestedingsprocedure te komen. Bij een aanbesteding per 1 oktober 2004 kunnen dan enkele substantiële stappen worden gezet om de door TNO gedane aanbevelingen te realiseren.

Gelet op de voorbereidingstijd die noodzakelijk is voor het opstarten van de volgende aanbestedingsronde verzoeken wij u ons vóór 1 april 2004 te laten weten of u akkoord gaat met het voorstel de aanbesteding van 1 juli 2004 te verschuiven naar 1 oktober 2004.

Hoogachtend,

A. Dümig

Tijdelijk Voorzitter Raad van Bestuur

Bijlage: TNO rapport