Gemeente Amsterdam

Toespraak Huffnagel bij herdenking Homomonument

4 mei 2004 - Anne Hofstede
Hieronder de volledige tekst van de toespraak van wethouder Huffnagel, bij de herdenking bij het Homomonument op de Westermarkt.

Dames en heren,

Wij staan hier vandaag in het hart van Amsterdam bij het homomonument. Het eerste homomonument ter wereld, dat hier sinds 5 september 1987 staat als markering voor mannen en vrouwen die willen uitkomen voor hun homoseksuele geaardheid en -gevoelens. Het homomonument is er om te inspireren en tot steun te zijn in de strijd tegen ontkenning, onderdrukking en discriminatie. Daarbij herinnert het aan de mannen en vrouwen die in het verleden zijn onderdrukt en vervolgd op grond van hun seksuele geaardheid.

Het homomonument is ook het symbool van hen die in het verleden hebben gevochten voor de vrijheid en acceptatie van homo's. Een moeilijke en soms zwaar bevochten strijd die op vele plekken in de wereld nog steeds wordt gevoerd. Waarbij blijkt dat eenmaal verworven rechten niet vanzelfsprekend blijven bestaan.

Bijna 50.000 mensen zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog veroordeeld vanwege hun homoseksualiteit. Een paar duizend van hen vonden om die reden de dood in één van de concentratiekampen. Homo's werden door de Nazi's in de ban gedaan met als doel: totale repressie van homoseksualiteit. Alle uitingen van homoseksualiteit werden verboden en gelegenheden waar veel homo´s kwamen werden dichtgespijkerd.

Na de bevrijding in '45 leefde in homokring een gevoel van onkwetsbaarheid. De Nazi´s waren overwonnen en homo's, zouden zich nooit meer in een hoek laten drukken. De werkelijkheid was anders. De samenleving accepteerde homoseksualiteit nog steeds niet. Niet voor niks werd het COC opgericht onder een schuilnaam. COC, het Cultuur en Ontspanningscentrum (COC). Pas in 1961 werd de naam aangepast.

Ondertussen ging de strijd van homoseksuele mannen en lesbische vrouwen voor gelijkberechtiging en acceptatie door. En er is veel bereikt. Er zijn actieve homo- en lesbo organisaties, er zijn plekken in de stad waar je terecht kunt om te praten of hulp te vragen, er is volop gelegenheid voor homo's om uit te gaan in een gayfriendly scene en er zijn spraakmakende, internationale homo- en lesbo evenementen waar we trots op zijn en dat kunnen en mogen we uitdragen. In Amsterdam werden de eerste huwelijken gesloten na het openstellen van het Burgerlijk Huwelijk, de eerste Gay Games buiten de Verenigde Staten waren in onze stad en het homomonument onderstreept de positie van Amsterdam als Gay Capitol of Europe. Vele homoseksuele en lesbischeAmsterdammers hebben in allerlei opzichten bijgedragen aan de dynamiek die onze stad zo kenmerkt.

De praktijk van de afgelopen jaren maakt ook duidelijk dat niet iedereen daar even blij mee is. Intolerantie tegenover homo's neemt toe, vaak aangewakkerd door culturele verschillen of orthodox gelovigen. Afgelopen vrijdag las ik nog in de krant dat een gedeputeerde van de provincie Zeeland als jury-voorzitter de eerste prijs tijdens een fotowedstrijd weigerde uit te reiken, omdat op de winnende foto twee zoenende mannen staan. Het besef dat homoseksuelen weer een kwetsbare groep vormen, is daarmee terug. Dat bewees de aanwezigheid van velen hier op deze plek ruim een week geleden toen we hier stonden om de verworvenheden van de emancipatiestrijd te verdedigen. En dus de strijd aan te gaan tegen opruiende en kwetsende teksten die oproepen tot het doden van homoseksuelen. Teksten stammend uit tijden die héél ver achter ons liggen en teksten waarvan slechts resoluut afstand kan en moet worden genomen.

De resultaten van de emancipatiestrijd mogen niet worden verkwanseld. Wie zijn of haar vrijheid wil houden, moet optreden tegen intolerantie. Een tolerante stad vraagt om een intolerante houding tegenover intolerantie. De periode 40-45 heeft ons de onschatbare waarde van vrijheid op gruwelijke wijze duidelijk gemaakt. Vrijheid is niet vanzelfsprekend. Voor niemand. Dat geldt zeker voor homoseksuelen en dat geldt dubbel voor islamitische homo's. Zij hebben het vaak extra moeilijk. Het is daarom goed dat er vorige week ook moslimleiders waren die hun nek hebben uitgestoken en publiekelijk een signaal hebben afgegeven tegen de verkoop van boeken met opruiende teksten. Het is een teken van kracht dat we ons gezamenlijk verantwoordelijk voelen voor de vrijheid en de veiligheid van homoseksuelen in deze stad.

Juist degenen die het slachtoffer zijn of dreigen te worden van discriminatie en racisme moeten elkaar ondersteunen. We moeten ons niet tegen elkaar laten uitspelen, maar voor elkaar opkomen. Samen, hand in hand.

Bertrand Russell zei ooit dat de moeilijkheid in de wereld is dat gekken en fanatici altijd zo overtuigd zijn van zichzelf, terwijl intelligente mensen vaak zo vol twijfel zitten. Laten we niet te overtuigd zijn van onszelf, maar oog en oor houden voor elkaar. Laten we wel overtuigd en overtuigend blijven staan voor gelijke rechten. Omdat we weliswaar niet gelijk zijn, maar wel gelijkwaardig. Man en vrouw, homo en hetero, ongeacht kleur, ras, geloof of geboorteplaats.

Vandaag herdenken we hen die ons zijn voorgegaan in die overtuiging, die hebben gestreden voor gelijkwaardigheid en in het bijzonder herdenken we degenen voor die strijd hun leven hebben gegeven. We herdenken hen in ere.

© Gemeente Amsterdam