Socialistische Partij
Welzijnswerk nooit privatiseren
Gemeente en stadsdelen moeten leren van het Alcides-drama, vindt de
SP.
---
door Meta Meijer en Lucien Stöpler
---
Het voormalige gemeentebedrijf Alcides werd, zoals meerdere
welzijnsorganisaties in Nederland, geprivatiseerd omdat marktwerking
voor kostenbesparingen zou zorgen. Desondanks bleef de gemeente
feitelijk de enige opdrachtgever en geldschieter. Het toezicht
verslechterde aanzienlijk: de gemeenteraad en het bestuur gingen af op
de jaarboeken en berichten in de media.
Dankzij die media kwam aan het licht dat Alcides de afgelopen jaren
veelvuldig in schandalen verwikkeld raakte. Enkele tonnen van het
gemeentebudget om kinderopvang, jeugdwerk en activiteiten voor buurten
te organiseren, verdwenen spoorloos. Er werd illegaal gehandeld in
gemeenschapsgoederen, er waren vertrekpremies van honderdduizenden
euro's voor foute bestuurder en een interim-directeur sleepte zakken
met geld binnen terwijl voor de ID'ers zogenaamd geen geld was.
Toen ging Alcides failliet. Ondertussen hadden de stadsdeelraden zich
nauwelijks geroerd en voor zover ze dit wel deden, bleken ze
machteloos: ze mochten alleen geld geven aan de organisatie, maar geen
enkele aanwijzing.
Wat heeft het de Amsterdammers opgeleverd? Een miljoenen kostend
complex in Zuidoost, waar ook veel Europees geld naartoe is gegaan, en
waar in haar driejarig bestaan nog nooit een evenement werd
georganiseerd door een betaalde medewerker. Jeugdwerkers werden juist
weggesaneerd. Die hadden tot taak de jeugd te behoeden voor
ontsporing, hun talenten te laten ontwikkelen en een bijdrage te
leveren aan de samenhang in de wijk.
De buurt werd niet bij de organisatie betrokken, dat deden
vrijwilligers die hart voor de buurt hebben. Zelfs hun ontoereikende
onkostenvergoeding van het stadsdeel wordt nu waarschijnlijk
wegbezuinigd. Terwijl vrijwilligers de drijvende krachten zijn achter
de initiatieven, worden juist zij verdrongen door werknemers van
commercieel bedrijf dat geen enkele binding met de buurt en de mensen
heeft.
De gemeenteraad en het bestuur moeten zich bewust zijn van de potentie
van welzijnswerk. Veel criminaliteit kan voorkomen worden door
jongeren zinvol bezig te houden. In wijken waar buurtbewoners weinig
perspectief hebben, kan welzijnswerk hen sociale vaardigheden en
discipline bijbrengen en hen meer zelfredzaam maken. Laagdrempelige
welzijnsprojecten, zoals gezamenlijk sporten, hebben de potentie om
criminaliteit en het gebrek aan integratie in de wijk te verhelpen.
Een gemeente die dit waardevolle werk in de steek laat, voedt
gettovorming en criminaliteit in deze wijken.
Uit het Alcides-drama moeten lessen worden getrokken. Ten eerste moet
vooral gebruik worden gemaakt van de lokale mensen en initiatieven.
Zij hebben de kennis en gedrevenheid die het welzijnswerk haar
meerwaarde geven. Ten tweede moeten de privatisering en
verzelfstandiging van welzijnsorganisaties worden teruggedraaid. De
structuur van welzijnsorganisaties moet zó zijn dat verantwoordelijke
bestuurders directe aanwijzingen kunnen geven aan de organisatie.
Gemeenteraadsleden die wél alert reageerden, kregen van het bestuur te
horen dat ingrijpen onmogelijk was gemaakt door de privatisering. Het
is onbestaanbaar dat een gemeente in dat geval moet toezien hoe
gemeenschapsgeld wordt verkwist.
Meta Meijer is gemeenteraadslid in Amsterdam voor de SP
Lucien Stöpler is kandidaat voor het Europarlement voor de SP
Dit artikel werd gepubliceerd in Het Parool van 3 mei 2004