Erasmus


05-05-04: Bloedvatafwijking speelt rol bij depressie

Rotterdam, 5 mei 2004 - Arteriosclerose, ook wel aderverkalking genoemd, speelt een rol bij het optreden van depressie. Onderzoekers van de afdelingen Psychiatrie en Epidemiologie & Biostatistiek van het Erasmus MC concluderen dit in een artikel dat in april is verschenen in het vooraanstaande tijdschrift Archives of General Psychiatry.

Arteriosclerose is vervetting en verharding van de slagaderwand, waardoor vernauwing van de bloedvaten optreedt. Tot nu toe richtte de zoektocht naar de oorzaken van depressiviteit bij ouderen zich vooral op sociale problemen en levensgebeurtenissen. Daarnaast bestond een vermoeden dat vernauwing van de bloedvaten een rol speelt. Dit vermoeden is nu bevestigd.

De onderzoekers screenden ruim vierduizend Rotterdamse 55-plussers op depressieve symptomen. Daarnaast hebben de onderzoekers gemeten hoe vaak arteriosclerose in deze groep ouderen voorkwam. Deze in de wereld unieke onderzoeksopzet konden ze uitvoeren in het kader van het ERGO-bevolkingsonderzoek in de Rotterdamse wijk Ommoord.

Vervolgens hebben de onderzoekers een psychiatrisch onderzoek verricht onder 285 ouderen, van wie uit de screening bleek dat ze depressieve klachten hadden. Ongeveer de helft van hen kampte met een echte depressie. Juist bij deze groep bleek de hoeveelheid arteriosclerose in de bloedvaten beduidend hoger dan gemiddeld in de groep van ruim vierduizend ouderen.

Waarschijnlijk hangt arteriosclerose op twee manieren met depressie samen. Aan de ene kant ontstaat directe schade in de hersenen door schade aan de kleine vaten (kleine beroertes) of door cellen die afsterven. Gevolgen van deze hersenschade zijn verminderde concentratie, vermoeidheid en een slechte stemming. Aan de andere kant veroorzaakt arteriosclerose ook aandoeningen als beroerte, hartaanval en diabetes, die op hun beurt een oorzaak van depressie kunnen zijn. Verder onderzoek zal zich richten op deze wisselwerking.