Op voorstel van Vlaams minister van Wetenschappen en
Technologische Innovatie, Dirk VAN MECHELEN, heeft de
Vlaamse regering haar goedkeuring gegeven aan de Vlaamse
cofinanciering van het meerjarenprogramma voor
Nederlandstalige taal- en spraaktechnologie. Dit jaar
wordt al 760.000 euro uitgetrokken voor dit programma.
Naarmate informatie- en communicatietechnologie (ICT)
meer en meer deel uitmaakt van het leven van de burger,
wordt het steeds belangrijker om in de communicatie met
de informatieomgeving de moedertaal te kunnen hanteren.
Enkel op die manier worden taalbarrières opgeheven en kan
worden gestreefd naar een volwaardige participatie van
alle burgers in de meertalige informatiemaatschappij.
Elke taal die haar positie in de maatschappij wil
handhaven of versterken moet gelijke tred kunnen houden
met de ontwikkelingen op het vlak van taal- en
spraaktechnologie.
Taal- en spraaktechnologie maakt de communicatie tussen
mens en machine met behulp van natuurlijke taal mogelijk.
Taaltechnologie verwijst daarbij naar de ontwikkeling van
computersystemen die in staat zijn om op intelligente
wijze de natuurlijke taal te begrijpen, te verwerken en
te reproduceren. Bij spraaktechnologie gaat het om het
herkennen en produceren van gesproken taal door machines.
Taal- en spraaktechnologische toepassingen zijn enkel
mogelijk indien de vereiste digitale taalinfrastructuur
voorhanden is en voldoende kwaliteit biedt. De digitale
taalinfrastructuur is het geheel van
basistaalvoorzieningen (BATAVO), in feite de
'grondstoffen', die nodig zijn om taal- en
spraaktechnologische toepassingen te kunnen ontwikkelen.
Het gaat daarbij zowel om digitale gegevensbanken als om
software en trainingsmateriaal voor de verschillende
soorten verrijking van het desbetreffende taalmateriaal.
In de kleinere taalgebieden is het de taak van de
overheid om ervoor zorgen dat de benodigde digitale
taalinfrastructuur beschikbaar is.
Vlaanderen en Nederland moeten op dit vlak de krachten
bundelen zodat het Nederlandse taalgebied een volwaardige
speler kan blijven in de meertalige Europese en
wereldwijde informatiemaatschappij. Met het project
'Corpus Gesproken Nederlands', waarbij een digitale
databank is ontwikkeld van het hedendaagse
Standaardnederlands, en de oprichting van een
Vlaams/Nederlands platform voor de ondersteuning en
stimulering van het Nederlands in taal- en
spraaktechnologie, hebben Vlaanderen en Nederland alvast
aan aantal belangrijke stappen in de juiste richting
gezet.
Met de uitwerking van het meerjarenprogramma rond taal-
en spraaktechnologie wordt de bilaterale samenwerking nu
nog verder versterkt. Met dit programma kan de overheid
in Vlaanderen en Nederland de nodige (financiële)
impulsen aanreiken voor de realisatie van de vereiste
Nederlandstalige digitale taalinfrastructuur. Een
gezamenlijke aanpak kan de slagkracht om de belangen van
het Nederlandse taalgebied in een meertalig Europa te
behartigen alleen maar verhogen.
De Vlaamse overheid voorziet in een derde van de totale
financiering van het nieuwe meerjarenprogramma. Aan
Nederlandse kant staan het Ministerie van Economische
Zaken, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap en de Nederlandse Organisatie voor
Wetenschappelijk Onderzoek gezamenlijk in voor de overige
twee derde van de middelen. Het programma wordt
gecoördineerd en financieel beheerd door de Nederlandse
Taalunie.
"Dit is de eerste concrete vrucht uit de
intentieverklaring die ik vorige maand op 7 april met
mijn Nederlandse collega Brinkhorst afsloot". Minister
Van Mechelen vindt dat het intensifiëren van de
samenwerking met Nederland inzake onderzoek en
ontwikkeling een correcte strategische keuze was om in
onze regio meer welvaart te creëren.
persinfo : Philippe Heyvaert, woordvoerder van
minister Van Mechelen - tel. 02 553 64 11
e-mail: persdienst.vanmechelen@vlaanderen.be
De persconferenties van de Vlaamse regering kunnen worden
beluisterd op: www.vlaanderen.be/persconferenties
---
Vlaamse overheid