Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie

Persbericht

Den Haag, 7 mei 2004

Expertisecentra blij met toezeggingen

Europarlementariers nemen bestrijding van discriminatie serieus

De 7 Europarlementariërs (CDA, D66, GroenLinks, LPF, PvdA, SP, VVD - zie onder voor namen deelnemers) die hebben deelgenomen aan het lijsttrekkersdebat op vrijdag 7 mei in Den Haag zijn het over één ding eens: De discriminatiebestrijding binnen de EU moet worden uitgebreid. Over de vraag hoe dat moet worden aangepakt bleken ze het nog niet eens.

De aanwezige expertisecentra benadrukten hun wensen om voor alle non-discriminatiegronden (ras, sekse, seksuele gerichtheid, leeftijd, handicap en geloofsovertuiging) eenzelfde beschermingsniveau te bereiken. Dit betekent dat bij de toepassing van regelgeving geen van de gronden prioriteit mag hebben boven andere gronden. Dit pleidooi werd door alle aanwezige Europarlementariers overgenomen.

Het debat - georganiseerd door 6 expertisecentra op het terrein van discriminatie - spitste zich toe op de vraag of de EU "klaar" is met discriminatiebestrijding, of dat we nog aan het begin staan. Momenteel heeft de EU wetgeving tegen discriminatie op een aantal gronden, maar alleen bij ras gaat dit verder dan het terrein van de arbeid.

De parlementariers waren het er ook over eens dat er geld genoeg is in de Europese Unie. Het geld moet echter anders besteed worden. Enkele parlementariers pleitten ervoor om geld uit de landbouwsector (m.n. landbouwsubsidies) en structuurfondsen over te hevelen naar de discriminatiebestrijding.

Bij de vraag naar het 'hoe' bleek dat de meeste europarlementariers voorstander zijn van positieve actie als instrument om bestaande ongelijkheden tegen te gaan. Ook hebben zij toegezegd om een tweetal suggesties van Prof mr Jenny Goldschmidt over te nemen: om individueel gedupeerden toegang tot het Europese Hof van Justitie te geven, en om meer gebruik te maken van het initiatiefrecht van het Europees parlement (dwz. Het recht van het Europese parlement om de Europese Commissie te dwingen maatregelen te nemen).

De organisatoren van de bijeenkomst zijn blij met de toezeggingen die gedaan zijn om discriminatie te bestrijden. Zij vinden het verheugend dat de politiek het belang onderstreept van goede Europese regelgeving op dit gebied. Dat de politici van mening verschillen over de manier waarop dat bereikt kan worden is voor hun van minder belang. "Als de goede wil er is, komen we daar ook wel uit" aldus een van de organisatoren.


---