Persbericht
Noodgedwongen. Zorg voor niet-opgenomen acute psychiatrische patiënten
Jaarlijks hebben ongeveer 24 000 mensen met ernstige psychiatrische
problemen geen contact met de hulpverlening. Achtduizend van hen
verkeren geregeld in acute nood. Vaak mijden ze ook dan hulp. Hun
`nee' zomaar accepteren leidt echter tot verwaarlozing en soms tot
overlast, bijvoorbeeld op straat. Ze moeten dan ook actiever benaderd
worden. Succesvolle bemoeizorg begint als inmenging, maar kan
patiënten helpen hun eigen belangen beter te behartigen. Een nieuwe
wet is wellicht nodig om goed te regelen welke mate van sturing in
welke situatie gerechtvaardigd is. Dit schrijft de Gezondheidsraad in
een advies dat vandaag is uitgebracht aan de minister en
staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Voor grote groepen psychiatrische patiënten heeft de
vermaatschappelijking van de zorg geleid tot betere
leefomstandigheden, steeds vaker buiten psychiatrische ziekenhuizen.
Een beperkte groep kan echter niet goed gebruik maken van het scala
aan voorzieningen dat is ontstaan. Deze mensen staan buiten de
maatschappij (geen werk, woning of contact met familie), en mijden
hulp of weten het juiste `loket' niet te vinden. De combinatie van
psychiatrische stoornissen en verslaving compliceert de zorgbehoefte
nog verder.
De geestelijke gezondheidszorg is op dit moment niet voldoende
toegerust om deze moeilijk bereikbare patiënten zorg te bieden, al
bestaan er wel initiatieven voor bemoeizorg. Publieke organisaties
trekken zich daarnaast terug op hun kerntaken, waardoor bij nood en
overlast soms niemand meer ingrijpt. En de Wet Bijzondere Opnemingen
in Psychiatrische Ziekenhuizen (Bopz) staat pas ingrijpen toe als er
`gevaar' is. Dat ingrijpen is vaak een gedwongen opname - voor
patiënten soms een traumatische ervaring. Bovendien gaat opname niet
altijd samen met behandeling, omdat deze in de wet losgekoppeld zijn.
Respect voor zelfbeschikking, behalve bij gevaar, kan volgens de
Gezondheidsraad niet de belangrijkste leidraad zijn in de problematiek
van gemarginaliseerde psychiatrische patiënten. Hulpverleners moeten
actiever kunnen ingrijpen naarmate iemand zelf minder goed in staat is
zijn belangen te behartigen. Dat gaat van informatie geven, overleggen
en onderhandelen naar overreden en uitoefenen van drang en dwang. Het
aanbod van voorzieningen moet verder beter aansluiten bij waar deze
patiënten behoefte aan hebben. In eerste instantie zoeken ze vaak
onderdak en beschutting. Behandeling, ook ambulant, kan volgen als er
een stabiele hulpverleningsrelatie is opgebouwd. Psychiatrie en
verslavingszorg moeten meer samenwerken om patiënten met dubbele
problematiek te kunnen helpen. Bemoeizorgteams zijn nodig om wat er
aan zorg beschikbaar is ook toegankelijk te maken en te coördineren.
Het continuüm van interventies voor adequate hulp aan deze patiënten
vraagt ook om wettelijke verankering. De wet Bopz is sinds 1994 al op
veel punten aangepast. Gevaar voor de persoon zelf of zijn omgeving is
echter nog steeds het uitgangspunt, al bestaat over de invulling van
dat begrip steeds minder duidelijkheid. Op termijn zou een nieuwe wet
kunnen regelen dat steeds sturender vormen van inmenging
gerechtvaardigd zijn naarmate het recht op zorg meer in gevaar is.
Het advies is opgesteld door een commissie bestaande uit:
sB prof. dr BPR Gersons, voorzitter, hoogleraar psychiatrie;
Academisch Medisch Centrum, lid Raad van Bestuur, de Meren, Amsterdam
sB W van Ewijk MBA, psychiater; Voorzitter Raad van Bestuur, De
Geestgronden, Bennebroek sB dr HWJ Henselmans, circuitmanager GGZ 's
Hertogenbosch sB mr dr CJ van de Klippe, Gezondheidsraad, Den Haag sB
mr dr J Legemaate, beleidscoördinator Gezondheidsrecht; KNMG, Utrecht
sB J Lucieer, adviseur, psychiater; Inspectie voor de Gezondheidszorg,
Den Haag sB dr R.C. van der Mast, psychiater; Leids Universitair
Medisch Centrum (tot 2002) sB prof. dr M Muijen, directeur; Sainsbury
Centre for Mental Health, Londen sB prof. dr AH Schene, hoogleraar
sociale psychiatrie; Academisch Medisch Centrum, Amsterdam sB prof. dr
GAM Widdershoven, hoogleraar ethiek van de gezondheidszorg;
Universiteit Maastricht sB mr MW Zandbergen, rechter,
Arrondissementsrechtbank Alkmaar (tot 1999) sB drs M Bos, secretaris
(tot 2001), Gezondheidsraad, Den Haag sB dr RLP Berghmans, secretaris
(vanaf 2001), Gezondheidsraad, Den Haag sB dr P Slot, redacteur,
Gezondheidsraad, Den Haag
. Nadere inhoudelijke inlichtingen verstrekken dr P Slot (dinsdag en
donderdag), tel. (070) 340 7883, e-mail p.slot@gr.nl en dr M van
Leeuwen (overige dagen), tel (070) 340 6170.
10 mei 2004
Gezondheidsraad