Gemeente Utrecht

Toelichting op besluiten van het college van burgemeester en wethouders

11 mei 2004

Persconferentie naar aanleiding van de collegevergadering om 15.30 uur in de perskamer van het stadhuis.


1. Geen aanpassing bouwplan Hart van Noord-Kanaleneiland De binnengekomen inspraakreacties op het bouwplan Hart van Noord hebben het college geen aanleiding gegeven het bouwplan aan te passen. Het plan omvat naast de bouw van een forumschool, nieuwbouw van 79 eensgezinswoningen en 24 appartementenop de locatie tussen de Trumanlaan, Eisenhouwerlaan, Peltlaan en Bernadottelaan.

Tegen het plan zijn bezwaren aangetekend die onder meer betrekking hebben op strijdigheid met het bestemmingsplan, de effecten voor bezonning van aangrenzende bebouwing, afname van woongenot en aantasting van het groen. Geen van de bezwaren wordt als zo zwaarwegend beoordeeld dat medewerking aan het bouwplan niet mogelijk zou zijn. Het college is daarentegen van mening dat met uitvoering van de bouwplannen het woon- en leefklimaat in de buurt sterk wordt verhoogd. Na verdere afwikkeling van de vrijstellingsprocedure en de besluitvorming in de gemeenteraad zou nog dit najaar een bouwvergunning kunnen worden afgegeven.


2. HOV-Busbaan 'om de zuid' komt langs noordkant spoor Het college van burgemeester en wethouders kiest definitief voor de Noordligging voor het tracé HOV om de Zuid. De HOV om de Zuid is de verbinding met vrije busbanen tussen het Centraal Station en De Uithof die loopt via de zuidkant van de binnenstad. Eind vorig jaar sprak het college al zijn voorkeur uit voor de Noordligging. Uit de haalbaarheidsstudie bleek toen dat de twee onderzochte tracévarianten (Noordligging en Gesplitste Zijligging) technisch en financieel haalbaar zijn. De Noordligging scoorde echter beter op het gebied van zowel technische inpassing, vervoerswaarde en exploitatie als financiën. Daarom werd dit de voorkeursvariant van het college. Tijdens de consultatieronde werd op die keuze door veel insprekers, die de keuze van het college ondersteunen, positief gereageerd. Ook bleek dat er weerstand is tegen beide tracévarianten. Voor het college zijn de resultaten van de consultatie geen aanleiding om zijn voorkeur te wijzigen. De consultatie heeft wel punten opgeleverd die extra aandacht krijgen tijdens het ontwerpproces.

De variant Noordligging loopt vanaf Utrecht CS richting De Uithof via de Adama van Scheltemabaan ongelijkvloers over de Bleekstraat en de Vaartsche Rijn. De busbaan zal op hoogte van het spoor tussen de Vaartsestraat en Pelikaanstraat en het spoor worden aangelegd. De busbaan kruist de Albatrosstraat en de fietstunnel bij de Laan van Soestbergen zodoende ongelijkvloers (hoog over). De route gaat verder via een hellingbaan langs de begraafplaats Soestbergen en komt daar op maaiveldniveau waarna het Oude Houtensepad gelijkvloers wordt gekruist. Vervolgens gaat de route langs de begraafplaats Kovelswade en onder de Waterlinieweg door om daarna met een grote bocht tussen de sportvelden door, via de Laan van Maarschalkerweerd, bij de Weg van de Wetenschap uit te komen. In de variant Gesplitste Zijligging zou de busbaan in één rijrichting gedeeltelijk gelijkvloers over het noordelijke tracé lopen en in de andere richting langs de zuidkant van de spoordijk.

De consultatie heeft een aantal punten opgeleverd die tijdens het ontwerpproces extra aandacht krijgen. Uiteraard is er oog voor de kwaliteit van de leefomgeving langs het tracé. Ook de inpassing bij de begraafplaatsen en de Lunet vraagt extra aandacht. Daarnaast zijn openbaar groen en fiets- en wandelpaden van belang. Veel reacties in de consultatie gingen over geluidsvoorzieningen. Uit indicatieve berekeningen is gebleken dat geen overschrijding plaatsvindt van de maximaal toegestane waarde van 65 dB(A). In het vervolgtraject worden definitieve geluidsberekeningen uitgevoerd. Deze dienen als uitgangspunt voor de te treffen geluidswerende voorzieningen. Ook de luchtkwaliteit blijkt een punt van zorg. Hoewel uit eerste berekeningen is gebleken dat op dit punt geen normoverschrijding zal plaatsvinden, wordt in de verdere uitwerking van het ontwerp aandacht besteed aan de luchtkwaliteit.

Tijdens de consultatie zijn ook alternatieven voor de varianten Noordligging en Gesplitste Zijligging aangedragen. Deze varieerden van light rail of andere spoorvarianten tot en met ondertunneling van (delen) van het tracé. Deze varianten waren allemaal in de eerste fase van de haalbaarheidstudie al niet haalbaar gebleken.

De volgende fase van het project is het ontwerp van de HOV-baan, variant Noordligging. Het voorlopig ontwerp is naar verwachting in het komend najaar gereed. Dan wordt het vrijgegeven voor inspraak. De reacties hierop worden meegenomen in het Definitief Ontwerp. De aanleg van de busbaan start op zijn vroegst eind 2005.


3. Voorbereidingsbesluiten diverse bestemmingsplannen Jaarlijks legt het college van burgemeester en wethouders een reeks voorbereidingsbesluiten tot het maken van nieuwe bestemmingsplannen voor aan de gemeenteraad. Een voorbereidingsbesluit maakt het mogelijk om ongewenste ontwikkelingen tegen te houden in het gebied waarvoor een bestemmingsplan in voorbereiding is. Zo kunnen beslissingen worden aangehouden op aanvragen om bouwvergunning die anders, op basis van het geldende bestemmingsplan, niet geweigerd kunnen worden. Ook maakt een voorbereidingsbesluit het mogelijk om sneller in te spelen op gewenste ontwikkelingen.

De nu aan de gemeenteraad voorgelegde voorbereidingsbesluiten passen binnen de meerjarenplanning, die er op gericht is om de gehele gemeente te voorzien van geactualiseerde bestemmingsplannen. In een aantal gevallen gaat om op beheer gerichte plannen voor gebieden waar geen ingrijpende ontwikkelingen worden voorzien. Het betreft hier de gebieden Oog in Al (inclusief Welgelegen, Den Hommel en Halve Maan), Wittevrouwen/Zeeheldenbuurt/Huizingabuurt, Vogelenbuurt en Tuinwijk, Hof van Zoudenbalch, Lunetten, De Uithof, Watervogelenbuurt en omgeving, Bedrijventerrein Overvecht en omgeving, de Noordelijke Stadsrand, Ondiep en Lombok.

Voor de gebieden Leidsche Rijnpark, As Kanaleneiland en Kanaleneiland Zuid/Westraven gaat het om bestemmingsplannen die gericht zijn op voorziene nieuwe ontwikkelingen. Zo gaat het in het geval van Kanaleneiland Zuid/Westraven om de herontwikkeling van de woonboulevard, de heroverweging van de bestemming van een vrijgekomen industrieterrein en uitbreiding van kantoren voor rijksdiensten.

Als de gemeenteraad akkoord gaat treden de voorbereidingsbesluiten op 1 juli 2004 in werking.


4. Gedeeltelijke herziening bestemmingsplan Zuilen Een uitspraak van de Raad van State (op 28 april jl.) maakt een gedeeltelijke herziening nodig van het bestemmingsplan Zuilen. De Raad van State is het niet eens met de reactie van het college van burgemeester en wethouders op een bezwaarschrift tegen de bouw van een moskee in een groenstrook aan de Berlagestraat. De uitspraak van de Raad van State keert zich overigens niet tegen de bouw van de moskee. Het rechtscollege deelt het standpunt van burgemeester & wethouders dat er ruimte is voor beperkte bebouwing van de groenstrook wanneer wordt afgezien van het bebouwen van de noordoostelijk deel van de groene lob. De Raad van State vindt echter dat het huidige bestemmingsplan geen bescherming biedt tegen mogelijke bouwplannen in dit deel van de groenstrook. De uitspraak van de Raad van State betekent dat het college van burgemeester en wethouders opnieuw over het ingediende bezwaarschrift moet beslissen. Om dit naar behoren te kunnen doen is het nodig dat een begin gemaakt worden met de procedure tot gedeeltelijke wijziging van het bestemmingsplan Zuilen.


5. Boomvellingen Universiteitsweg
Aan de universiteitsweg 100 is nieuwbouw gepland van een onderwijsvoorziening. De grond moet hiervoor bouwrijp gemaakt worden en kan dan tevens tijdelijk als parkeerplaats dienen voor het bouwverkeer. Op dit moment staan daar 177 struiken en 'doorgeschoten bosplantsoen' (wilgen en populieren). Het college heeft toestemming gegeven deze bomen te vellen. Dat zal gebeuren tussen december 2004 en mei 2005.


6. Inspraak welstandsnota
Naar aanleiding van de inspraak is de welstandsnota " De schoonheid van Utrecht" op een enkel punt aangepast. Op 2 maart gaf het college van burgemeester en wethouders de welstandsnota vrij voor inspraak.

De welstandsnota legt de basis voor een welstandsbeleid aan de hand van vooraf (door de gemeenteraad) vast te stellen criteria. Er is in de nota gezocht naar een balans tussen het geven van duidelijke richtlijnen en het bieden van ruimte aan indieners van bouwplannen.

De meeste inspraakreacties zijn opmerkingen en kanttekeningen bij de gekozen systematiek en de terminologie van de nota. Zo wordt de term "oogstrelend" als kwalificatie van een bouwwerk te subjectief gevonden. Om tegemoet te komen aan dit bezwaar is in de nota de omschrijving van deze term verduidelijkt. De kwalificatie oogstrelend heeft te maken de schoonheidsbeleving van een bouwwerk. De welstandsnota geeft aan dat het gebruik van die term afhangt van maatverhoudingen, de compositie van de onderdelen en de samenhang met de omgeving. De kwalificatie "oogstrelend" kan dan ook slaan op verschillende typen gebouwen. Zowel een complex als simpel bouwwerk, een bouwwerk in lijn met de omgeving of daarmee juist contrasteren kan als "oogstrelend" worden betiteld.

Naar aanleiding van inspraakreacties zijn waar nodig kaarten aangepast. Het gaat om de juiste begrenzing van wijken en buurten, eenduidigheid van aanduidingen, het toevoegen en op de juiste plaats markeren van monumenten. Tenslotte is in de nota duidelijker aangegeven dat zonder uitzondering alle bouwplannen binnen beschermde stadsgezichten of monumenten betreffend door de Commissie Welstand en Monumenten worden beoordeeld.

De welstandsnota vloeit voort uit de nieuwe Woningwet, die per 1 januari 2003 van kracht is geworden. Gemeenten zijn verplicht om voor 1 juli 2004 een eigen welstandsbeleid te formuleren en te publiceren. Het is de bedoeling dat de gemeenteraad van Utrecht op 24 juni over de nota " De schoonheid van Utrecht" een besluit neemt.


7. Prestatieafspraken over studentenhuisvesting Eind 2002 heeft de gemeenteraad bij de behandeling van het pakket prestatieafspraken met de Utrechtse woningcorporaties voor de periode 2002-2005 een motie aangenomen om te komen tot aanvullende afspraken over meer studentenkamers. Met de corporaties is nu overeengekomen dat in de periode tot en met 2005 in ieder geval 400 nieuwe kamers worden gebouwd, 750-900 tijdelijke kamers worden gerealiseerd en via aankoop van bestaande panden 120 nieuwe kamers aan de voorraad worden toegevoegd. Met deze prestatieafspraken wordt flink ingelopen op het tekort aan studentenhuisvesting, dat op basis van cijfers van 2002 geschat wordt op circa 2000 kamers.

Om te voorkomen dat studenten ook na hun studie op kamers blijven wonen is het van groot belang dat zij kunnen doorstromen naar zelfstandige woonruimte. In 2003 is een experiment gestart om 600 kleine zelfstandige eenheden (woningen


8. Gezamenlijk plan voor Kruisberg, De Meern
In 2003 dienden twee bewonersgroepen ieder apart een voorstel in om de Kruisberg in Vleuten de Meern te herinrichten. Eerdere pogingen om tot een gezamenlijk plan te komen waren gestrand. Hoewel het ene voorstel eerder werd ingediend, besloot het college beide voorstellen tegelijk te behandelen. De voorstellen zijn door het college doorverwezen naar de wijkwethouder Vleuten de Meern. Initiatiefnemers moesten eerst tot een gezamenlijk voorstel komen, waarover de wijkwethouder dan een besluit kon nemen. Als de bewoners niet tot een gezamenlijk voorstel zouden komen, diende de wijkwethouder beide voorstellen niet te honoreren.

Een lid van de wijkraad werd bereid gevonden te bemiddelen tussen de beide bewonersgroepen. Het lukte echter in 2003 niet meer om tot een gezamenlijk plan te komen. Het college heeft dan ook op 9 december besloten beide partijen nog tot 1 april 2004 de tijd te geven om tot een gezamenlijk voorstel te komen.

Uiteindelijk is dat gelukt en heeft de wijkwethouder besloten dat gezamenlijke voorstel te honoreren voor een bedrag van maximaal EUR 30.000. Alleen het verbreden en verplaatsen van het voetpad, waardoor er ook ruimte zou ontstaan voor geveltuintjes, is niet gehonoreerd.


9. Herinrichting Imhoffstraat
Op 10 december 2003 dienden bewoners van de Imhoffstraat een voorstel in in het kader van het Recht van Initiatief voor de herinrichting van de Imhoffstraat. Dit plan was door de bewoners in overleg met het wijkbureau West gemaakt. De gemeente zag echter geen kans meer op korte termijn een kostenraming te maken van het voorstel. Op 10 december heeft het college dan ook besloten het voorstel door te verwijzen naar de wijkwethouder West, die op basis van de kostenraming een besluit zou nemen over het al dan niet honoreren van het voorstel. Wel werd er een bedrag van maximaal EUR 30.000 gereserveerd van het budget Recht van Initiatief 2003 om het voorstel eventueel uit te voeren. De kosten voor de uitvoering zijn geraamd op EUR 30.000. De wijkwethouder West, de heer Verhulst, heeft besloten het voorstel te honoreren.


10. Nieuwe leden Adviescommissie Ouderenbeleid De Adviescommissie voor het Ouderenbeleid heeft vier nieuwe leden. Ze zijn benoemd door het college van burgemeester en wethouders. Het gaat om de dames A. Diepstraten en R. van Haren (OZU, platform Ouderen Zorg Utrecht), de heer W.J.A. Keune (voor het allochtonenbelang) en mevrouw N.C. Wuurman (ANBO, Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen). Voorzitter blijft mevrouw V. van Geen.

De adviescommissie voor het ouderenbeleid draagt bij aan het welzijn van ouderen in Utrecht door het college van burgemeester en wethouders gevraagd en ongevraagd te adviseren. Daarnaast vormt de commissie een platform waar informatie wordt uitgewisseld. De commissie telt 30 leden; zowel professionele als vrijwilligersorganisaties met verschillende culturele achtergronden zijn vertegenwoordigd.


11. Voetbalvereniging Magreb '90 naar Groenewoud Voetbalvereniging Magreb '90 gaat in 2005 verhuizen naar sportpark Groenewoud. Het college van burgemeester en wethouders heeft EUR 90.000 beschikbaar gesteld om dit voor te bereiden.

Magreb '90 zit nu op sportpark Terweide, waar de club één wedstrijdveld heeft en een trainingsveld deelt met andere sportverenigingen. In sportpart Groenewoud krijgt de club een eigen gras- en een kunstgrasveld, een uitbreiding dus. Deze uitbreiding is noodzakelijk om voldoende sportvoorzieningen in Leidsche Rijn te krijgen.

De verhuizing van Magreb hangt samen met een verplaatsing van rugbyvereniging URC. Deze rugbyvereniging zit nu op sportpark Strijland en moet verhuizen als gevolg van de verlegging van de A2. Met ingang van het rugbyseizoen 2005-2006 is een andere plek nodig. De definitieve bestemming van URC, het gebied Strijkviertel, is pas in 2008 beschikbaar. De oplossing is dat URC tijdelijk gebruik gaat maken van het veld dat Magreb '90 achterlaat op sportpark Terweide.


12. Nieuwe afvalstoffenverordening
Eind vorig jaar heeft de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) een model-afvalstoffenverordening vastgesteld. Dit model heeft aanleiding gegeven de Utrechtse verordening nog eens te bekijken en hier en daar aan te passen. Het college heeft vandaag ingestemd met deze gewijzigde verordening. Belangrijke wijziging is dat de gemeente op basis van de Wet Milieubeheer de grondslag van de verordening kan verbreden. Zo krijgt de gemeente de bevoegdheid regels te maken voor de inzameling van bedrijfsafvalstoffen in ruimere zin, zwerfafval en autowrakken. Ook kan de gemeente nu overtredingen strafbaar stellen op grond van de Wet op de Economische delicten, waarbij overtredingen bestraft kunnen worden met ten hoogste zes maanden gevangenis of een geldboete van maximaal EUR 11.250. Ten slotte geeft de verordening de mogelijkheid aan de reinigingspolitie nog adequater te handhaven. De nieuwe afvalstoffenverordening is pas van kracht na goedkeuring door de gemeenteraad.


13. Prioriteiten Jeugdbeleid 2004 - 2007
Veiligheid, voldoende speel- en verblijfsruimte, goede scholing en voorschoolse opvang, sluitende jeugdzorg, werkgelegenheid voor risicojongeren, participatie en interculturalisatie zijn de prioriteiten van de gemeente Utrecht voor het jeugdbeleid 2004 - 2007. Dit staat in de nota 'Wie de jeugd geeft, heeft de toekomst' die het college van burgemeester en wethouders heeft vastgesteld.

Het college wil dat ieder kind zich kan ontwikkelen tot een zelfstandige en betrokken burger. Het merendeel van de jeugd (circa 85 procent) weet prima zijn weg te vinden op weg naar volwassenheid. Zo'n 15 procent heeft daar ondersteuning bij nodig. Op basis van cijfers over jeugd en ervaringen worden prioriteiten gesteld in het ondersteuningsaanbod:

In de leeftijd van 0 tot 6 jaar wordt een belangrijke basis gelegd voor de ontwikkeling van een kind. Het college wil het bereik van kinderen in de voorschoolse periode vergroten om vroegtijdige achterstand te voorkomen. Ook krijgen specifieke groepen ouders opvoedingsondersteuning aangeboden.

De jeugd moet een eigen stem krijgen en spelenderwijs leren om invloed uit te oefenen op zijn omgeving of school. Dit kan nu via de Kinderraad en de Jongerenraad. Maar de gemeente wil de mogelijkheden uitbreiden. De gemeente zal een draaiboek/protocol voor jeugdparticipatie ontwikkelen dat volwassenen kan helpen jeugdparticipatie vorm te geven.

De gemeente geeft invulling aan haar taken die voortvloeien uit de nieuwe Wet op de Jeugdzorg die met ingang van 1 januari 2005 in werking treedt. Het gaat onder meer om goede informatievoorziening, licht pedagogische hulp, (vroegtijdige) signalering van problemen en coördinatie van zorg op lokaal niveau. Gewerkt wordt aan een convenant met de provincie over de aansluiting van het lokale jeugdbeleid en de provinciale jeugdzorg.

Binnen de aanpak van thuisgeweld is nog te weinig aandacht voor kinderen als slachtoffer of getuige van thuisgeweld. Het college wil dat signalen van kinderen snel worden opgepakt en er een passend (preventief) hulpaanbod komt. Er is speciale aandacht voor risicojongeren om te voorkomen dat ze (verder) afglijden naar jeugdcriminaliteit door hen een toekomstperspectief te bieden. Ook de verkeersveiligheid staat centraal de komende jaren. Dan gaat het met name om het investeren in veilige schoolroutes en het beïnvloeden van onveilig rijgedrag van jongeren.

Het college bespreekt het jeugdbeleid op 24 juni met de raad. In september verschijnt een uitwerking van de hoofdlijnen in het plan van aanpak 2004/2005.


14. Nieuwbouwwoningen Hooft Graaflandstraat-Hoograven Woningcorporatie Mitros wil 35 kleine boven en benedenwoningen aan de Hooft Graaflandstraat in Hoograven vervangen door 24 eensgezinswoningen. Het college van burgemeester en wethouders stemt (binnen de gestelde randvoorwaarden) in met uitvoering van dit plan. Een snelle aanpak is gewenst omdat de huurwoningen in een slechte bouwtechnische staat verkeren. Er is ook een tweetal andere varianten van het bouwplan onderzocht waarin een wat groter aantal woningen zou worden teruggebouwd.

Uiteindelijk heeft Mitros gekozen voor de variant met 24 woningen omdat dit plan een stedenbouwkundig beeld oplevert dat het beste aansluit bij de bestaande woningbouw in de buurt, het parkeren goed inpasbaar is en deze variant snel realiseerbaar is.

Een ruime meerderheid van de bewoners gaat akkoord met de vervanging van de verouderde huurwoningen. De nieuwbouw maakt deel uit van de herstructurering van de woningvoorraad in Hoograven en valt binnen het DUO-akkoord dat gemeente en Utrechtse corporaties hebben gesloten. In overleg met de bewonerscommissie heeft de woningcorporatie een uitgebreid sociaal plan opgesteld. Bewoners die niet terugkeren naar de nieuwbouw maken aanspraak op een vervangende woning met een vergelijkbare dan wel betere woonsituatie elders. Via de zogenoemde DUO-urgentie krijgen de bewoners extra voorrang bij het zoeken naar een woning in eigen wijk. In het sociaal plan zijn niet alleen bepalingen opgenomen over het vinden van nieuwe woningen, maar ook over onkostenvergoedingen, het beheer van de woningen tot aan de sloop en over de klachtenprocedure.


15. Tijdelijke extra financiële ondersteuning voor minima Het college heeft besloten om voor 2004 en 2005 extra geld beschikbaar te stellen voor huishoudens met een minimum inkomen. Het gaat om verschillende regelingen voor de kosten van medische voorzieningen en voor schoolactiviteiten. Hierdoor wordt de financiële situatie van huishoudens met een minimum inkomen, die zwaar getroffen zijn door bezuinigingen van het rijk, wat verlicht.

Het gaat om de volgende regelingen:

* een tegemoetkoming in 2004 en 2005 voor geneesmiddelen die zonder recept verkijgbaar zijn (of andere medische kosten) van EUR 100 per jaar voor huishoudens zonder kinderen en EUR 200 per jaar voor huishoudens met kinderen. Het gaat om huishoudens die langer dan 3 jaar op 110% van het (belastbaar) bijstandsniveau leven en onder de 65 jaar zijn;


* een tegemoetkoming in 2004 en 2005 voor geneesmiddelen die zonder recept verkrijgbaar zijn (of andere medische kosten) van EUR 200 per jaar voor alleenstaanden en EUR 300 per jaar voor huishoudens met meer personen. Het gaat om 65-plus huishoudens die langer dan 3 jaar een inkomen hebben tot 110% van het (belastbaar) bijstandsniveau;


* er komt voor 2004 en 2005 een aparte regeling voor chronisch zieken in de bijzondere bijstand;
* de vergoeding van tandartskosten uit de bijzondere bijstand wordt in 2004 en 2005 verruimd;
* het budget voor de U-pas wordt in 2004 en 2005 uitgebreid met EUR 250.000 per jaar voor schoolactiviteiten voor jongeren tussen 12 en 16 jaar. Het gaat hierbij om een tegemoetkoming in de kosten van verplichte en niet verplichte activiteiten waar ouderbijdrage/eigen kosten aan verbonden zijn. Er zijn in Utrecht ongeveer 2300 jongeren tussen 12 en 16 jaar uit huishoudens met een U-pasinkomen.

Uit onderzoek is gebleken dat huishoudens, die langer dan 3 jaar een laag inkomen hebben, verarmen. Recente maatregelen van het rijk, vooral bezuinigingen op de vergoeding van medische kosten, hebben de koopkracht van deze huishoudens verder verslechterd, vooral bij chronische ziekte. Huishoudens met kinderen zijn er (zeker als er medische kosten zijn) het slechtst aan toe. Ook bij ouderen (een groep die veel gebruik maakt van medische voorzieningen) is sprake van een forse achteruitgang in koopkracht. De hierboven genoemde maatregelen zijn erop gericht om de koopkracht van huishoudens met een langdurig laag inkomen, te vergroten.

Na de aanvankelijke korting op het budget van gemeenten voor Bijzondere Bijstand, heeft het rijk voor 2004 éénmalig extra geld beschikbaar gesteld. Bij de behandeling van het Meerjarig Beleidsplan Werk en Inkomen in december 2003 heeft de raad via een motie aan het college gevraagd om dit extra geld te besteden aan chronisch zieken, gehandicapten en ouderen.

Omdat alle groepen met een laag inkomen worden getroffen door de bezuinigingen op de medische voorzieningen, heeft het college maatregelen ontwikkeld voor een bredere groep dan alleen chronisch zieken, gehandicapten en ouderen.

Eerdere plannen voor tegemoetkomingen voor schoolactiviteiten konden door bezuinigingen niet door gaan. Nu is dat tijdelijk wel mogelijk via de U-pas. De totale kosten van de maatregelen voor 2004 en 2005 zijn EUR 2.944.00.


16. Stimulering ondernemerschap bij uitkeringsgerechtigden De Sociale Dienst zal in gesprekken met uitkeringsgerechtigden over werk meer aandacht besteden aan de mogelijkheden voor zelfstandig ondernemerschap. Ook zal via verschillende communicatiemiddelen meer bekendheid worden gegeven aan de mogelijkheden van ondersteuning voor startende ondernemers.

Dit stelt het college voor als uitwerking van de motie Ondernemerschap. De VVD diende deze motie in bij de behandeling van het Meerjarig Integraal Beleidsplan Werk en Bijstand 2004-2008 (in december 2003). Het college werd hierbij gevraagd om voorstellen voor de uitstroom van uitkeringsgerechtigden naar zelfstandig ondernemerschap.

Het starten van een eigen bedrijf is één van de mogelijkheden om niet meer van een uitkering afhankelijk te zijn. Uitkeringsgerechtigden kunnen hierbij ondersteuning krijgen via een voorbereidingstraject starten zelfstandig bedrijf of via het Utrechts Starterstraject.