NED VER VOOR PSYCHIATRIE
Ned. Vereniging voor Psychiatrie achter advies Gezondheidsraad
De Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie kan zich goed vinden in het
rapport 'Noodgedwongen'.
De vraag om ander beleid wordt herkend, evenals de noodzaak de (in de
vermaatschappelijking herwonnen) vrijheid van veel patiënten daarmee
niet te schaden.
Het pleit van de commissie voor nog meer gecoördineerde bemoeizorg
wordt onderschreven. Meer aandacht had kunnen worden besteed aan de
zich ontwikkelende nieuwe multidisciplinaire zorgvormen (zoals ACT en
FACT) in vele regio's. Ook de psychiater speelt daarin een belangrijke
rol.
Het pleit voor meer beschikbare middelen wordt herkend. De behandeling
en zorg voor deze groep is, zoals het advies stelt, 'intensive care';
daarbij past een financiering conform de gezondheidszorg.
Tenslotte ziet de NVvP met genoegen dat de commissie zich duidelijk
uitspreekt over de wenselijkheid om de BOPZ te vervangen door een
nieuwe wet en samen met de NVvP pleit voor een commissie die zich
daarover gaat buigen. De NVvP ziet daarin een krachtige ondersteuning
van haar pleit voor een 'behandelwet'.
Toelichting
In het rapport 'Noodgedwongen' adviseert een commissie van de
Gezondheidsraad over de zorg voor niet-opgenomen acute psychiatrische
patiënten. Men concludeert dat de transformatie van de GGZ in de
context van maatschappelijke veranderingen heeft geresulteerd in het
ontstaan van een nieuwe groep psychiatrische patiënten die tussen wal
en schip dreigt te raken of al is geraakt. De commissie vat
verschillende schattingen samen en komt tot een groep van 24.000
ernstige psychiatrische patiënten die geen of nauwelijks contact met
de ggz hebben. Men schat dat zo'n 8.000 van hen jaarlijks in acute
nood komt, zonder contact met de hulpverlening. Dat vraagt
aanpassingen van beleid. Die mogen echter geen inbreuk maken op de
herwonnen vrijheid van de grote groep patiënten die wel baat heeft
gehad bij de vermaatschappelijking van de zorg.
De commissie adviseert aanpassing in de hulpverlening en met name
'gecoördineerde bemoeizorg' met een actieve benadering. Ze adviseert
het opstellen van richtlijnen en het opleiden van hulpverleners. De
ggz ketenzorg kan nog worden verbeterd en medewerkers van
bemoeizorgteams moeten meer toegang hebben voor hun patiënten tot
voorzieningen in de gemeenten. Bemoeizorg typeert men als 'intensive
care', hetgeen passende financiering vraagt. Ook moet een scala van
opvang en zorgmogelijkheden goed toegankelijk zijn, hetgeen vraagt om
meer capaciteit. Tenslotte stelt de commissie om de BOPZ niet verder
aan te passen, maar te werken aan een nieuw wettelijk kader dat meer
geschikt is om een rechtvaardige balans te vinden tussen
zorginhoudelijk, ethische en juridische opvattingen.
De Nederlandse Vereniging van Psychiatrie kan zich goed vinden in dit
rapport. Het is terecht dat men vraagt om ander beleid, maar
daarbij waakt over de (in de vermaatschappelijking herwonnen)
vrijheid van veel patiënten. Het pleit van de commissie voor nog meer
gecoördineerde bemoeizorg wordt herkend. Alleen de term bemoeizorg is
niet zo gelukkig gekozen. Immers bemoeizorg was oorspronkelijk minder
teamgericht en minder multidisciplinair dan bijvoorbeeld de ACT
(assertive community treatment). ACT vraagt de actieve aanwezigheid en
outreach van een breed team van verschillende disciplines, zoals de
sociaal psychiatrisch verpleegkundige, de psychiater, de
verslavingsdeskundige en de arbeidsdeskundige. Inmiddels is en wordt
in vele regio's in het land reeds ACT of FACT (Functie ACT)
ingevoerd. Dat had meer aandacht mogen krijgen. Maar de richting van
rapport is dezelfde en dat stimuleert de verdere uitbouw. Tevens is
het pleit voor meer beschikbare middelen van groot belang. Het is
duidelijk dat de bemoeizorger een scala van zorg en
opvangmogelijkheden direct tot zijn beschikking moet hebben om
maximaal te kunnen inspelen op de eerste eigen (zorg)wensen van
voormalige zorgmijders. Ontstaat bij zo'n patiënt een vraag, dan zijn
wachtlijsten of second best oplossingen funest.
Interessant is dat het rapport in alle nuchterheid de ggz keten wil
versterken voor deze groep. Dat is een andere weg dan de in Zorg van
Velen bepleitte gedeeltelijke overheveling van functies naar de
gemeente. Voor de NVvP is het aansprekend dat de zorg aan deze groep
wordt gezien als 'intensive care'; daarbij past een financiering als
gezondheidszorg.
Tenslotte ziet de NVvP met genoegen dat de commissie zich zo duidelijk
uitspreekt over de wenselijkheid van een nieuwe wet en samen met de
NVvP pleit voor een commissie die zich daarover gaat buigen. De NVvP
ziet daarin een krachtige ondersteuning van haar pleit voor een
'behandelwet'. Deze samenloop kan de Minister de ruimte bieden om het
Regeringsstandpunt ten aanzien van de tweede BOPZ evaluatie het
startpunt van de door de NVvP bepleite wetsherziening te laten
zijn.
Meer informatie of toelichting kunt u krijgen via
R. S. Kahn, Voorzitter NVvP bereikbaar via UMC Utrecht afdeling
psychiatrie
030-2506025, fax 030-2505443, mobiel 06-53171365 email r.kahn@wxs.nl
J.R. van Veldhuizen, Woordvoerder mbt BOPZ en Behandelwet
Bereikbaar via 06 53 233 193; e-mail r.vanveldhuizen@ggz-nhn.nl
12 mei 04 17:25