Nationale Ombudsman
Den Haag, 14 mei 2004
Evaluatie samenwerking KLM - SLM laat te lang op zich wachten
Minister Verkeer en Waterstaat te passief
De minister van Verkeer en Waterstaat had bij de KLM en SLM meer moeten
aandringen op een rapportage over de oorzaken van de hoge vliegtarieven
tussen Nederland en Suriname. De Nationale ombudsman concludeert dit in een
vandaag uitgebracht rapport. Hij heeft onderzoek ingesteld na een klacht van
de Sociaal Kulturele Vereniging SHIVA en de Vereniging van Reizigers tussen
Suriname en Nederland over de rol van het Ministerie van Verkeer en
Waterstaat bij de hoge vliegtarieven tussen Nederland en Suriname .
In 1990 hebben Nederland en Suriname afgesproken dat twee
luchtvaartmaatschappijen, de KLM en de SLM, het vliegverkeer tussen
Amsterdam en Paramaribo exploiteren. De luchtvaartautoriteiten van beide
landen kregen de taak om toezicht te houden op de hoogte van de tarieven. De
tarieven moeten bijvoorbeeld ter goedkeuring aan hen worden voorgelegd. De
Nederlandse luchtvaartautoriteit valt onder de verantwoordelijkheid van de
minister van Verkeer en Waterstaat.
Samenwerkingskosten niet geëvalueerd
Het is algemeen bekend dat de tarieven voor vluchten tussen Amsterdam en
Paramaribo hoog zijn in vergelijking met de tarieven van andere trajecten
van gelijke vliegduur. Ook de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa)
concludeerde dit na onderzoek in 2001. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat
met name de kosten van samenwerking tussen KLM en SLM zorgden voor de hoge
tarieven. De conclusie van de NMa was voor de minister van Verkeer en
Waterstaat aanleiding om nader overleg te organiseren tussen de Nederlandse
en Surinaamse luchtvaartautoriteiten. Dit heeft geleid tot de opdracht aan
KLM en SLM om hun samenwerking kritisch te evalueren. In het bijzonder
moesten de kosten van de samenwerking worden geëvalueerd die gevolgen hebben
voor de vliegtarieven. Uiterlijk in april 2002 moest hierover aan beide
luchtvaartautoriteiten worden gerapporteerd, zodat verdere conclusies konden
worden getrokken over continuering van de samenwerking tussen KLM en SLM.
Deze afspraak is niet nagekomen. Tot op heden, twee jaar later, is deze
evaluatie niet gereed.
De Nationale ombudsman is van oordeel dat, gelet op de taak en de
verantwoordelijkheid van de minister, van de minister meer actie had mogen
worden verwacht om bij KLM en SLM aan te dringen op de totstandkoming van de
rapportage. De relatief hoge vliegtarieven tussen Amsterdam en Paramaribo
zijn hierdoor ongewijzigd gebleven.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Sandra Loois, 070 - 356 36
41 of Marjan Sieben, 070 - 356 36 43.
Zie: tekst volledige rapport
© 2004 De Nationale ombudsman